Column /
Hoogtepunt van het jaar
Mijn jeugdherinneringen aan Sinterklaas bestaan uit enkele flarden, zoals een Sinterklaasfeest bij mijn opa en oma toen ik hooguit een jaar of 5 was en gefluisterde, meewarige opmerkingen van klasgenoten over een ander klasgenootje dat nog in Sinterklaas geloofde terwijl ze al 8 jaar! was en de kruidnootjes en kleine Sintcadeautjes die mijn moeder in mijn tas verstopte toen ik op kamers woonde.
Sinds ik kinderen heb, is het Sinterklaasfeest hier in huis een van de hoogtepunten van het jaar. De voorpret, toen ze nog geloofden, begon al weken van tevoren met het Sinterklaasjournaal en natuurlijk de intocht van Sinterklaas. Vaak konden ze slechts een glimp opvangen van de Goedheiligman, maar dat leek ze niet te deren omdat de Pieten die de kruidnootjes uitdeelden minsten zo interessant waren. Een paar keer per week mochten ze hun schoen zetten, nadat natuurlijk wel de nodige Sinterklaasliedjes waren gezongen. Vervolgens werden de interne wekkertjes van de kinderen automatisch op midden in de nacht gezet , in de hoop dat ze Sinterklaas of Zwarte Piet nog konden zien terwijl die een pakje in de schoen liet glijden. Voor ons als ouder was het een kwestie van goed timen, wanneer we de schoenen vulden.
En dan was eindelijk de grote dag aangebroken. Voor de volwassen was het wat regelwerk. Van tevoren met de buren overleggen wie wanneer bij wie hard op de deur bonst. Familieleden die aankomen tijdig opvangen en hun meegebrachte cadeaus tijdig verstoppen voordat de kinderen het kunnen zien. Voor de kinderen een groot feest, desondanks liepen ze de hele dag wel in afwachting rond: zou Sinterklaas wel komen, wat zouden ze krijgen, wat zouden ze allemaal gaan eten.
Zoals iedere familie hebben wij ook onze vaste Sinterklaasrituelen. Als we er allemaal waren, iedereen wat gegeten, gesnoept en gedronken had, werd er hard op de voordeur gebonsd en vlogen de pepernoten in het rond. De kinderen renden naar de voordeur en vonden een grote wasmand vol cadeaus. Zodra de wasmand midden in de kamer stond, begon het pas echt. Om de beurt pakte iedereen een cadeau, las het gedicht voor, wat meestal een aanwijzing voor het cadeau bevat of een meestal humoristische verwijzing is naar gebeurtenissen van het afgelopen jaar. Uren later was de woonkamer veranderd in een vrolijke chaos met bergen pakpapier, rondslingerende gedichten en stapels nieuw speelgoed.
En nu? De kinderen geloven niet meer in Sinterklaas. De oudste was in groep 3 van haar geloof gevallen toen een meisje uit groep 4 haar inlichtte: “Zeg weet jij wel dat Sinterklaas helemaal niet bestaat?”. Ze twijfelde al, dus kwam ze naar ons toe voor een bevestiging van het feit dat Sinterklaas niet bestaat. En wat voelde ze zich daarna groot, dat zij al wist van Het Geheim van Sinterklaas en haar jongere zusje en broertje nog niet. Het jaar daarop voelde ze zich nog groter, toen ze ook mee mocht doen met het loten van de volwassenen en de grote kinderen en een gedicht mocht schrijven. De middelste en de jongste hebben we toen ze naar groep 5 gingen in de zomervakantie verteld over Het Geheim. Beiden waren supertrots dat ze het nu ook wisten. Gelukkig geen verdrietige kopjes. Wel wat bezorgde vragen: krijgen we wel cadeaus met Sinterklaas? (ja) mogen we nog onze schoen zetten (nee) gaan we nu ook lootjes trekken en gedichten schrijven (ja).
Dit jaar waren we er vroeg bij met de voorpret en voorbereidingen. Begin november hebben we al lootjes getrokken. De eerste surprises en gedichten worden al gemaakt. Mijn oudste blijkt het dichttalent van haar vader en opa te hebben geërfd, dus die moet ik tijdig vragen om hulp bij mijn gedichten. Ik ben beter in het zorgen voor de lekkere hapjes en het kopen van de gewenste cadeaus…