25 jaar Libris Literatuur Prijs
“En verder zul je op die avond ook al een paar weken weten dat je op de shortlist staat voor de Libris Literatuurprijs. En die win je natuurlijk veel liever. Dat is de grootste. Dat is de hoofdprijs.”
- Ilja Leonard Pfeijffer in Brieven uit Genua
De Libris Literatuur Prijs is niet zomaar een aalmoes in de literatuur. Met een prijzengeld van 50.000 euro voor de winnaar is het een van de grootste literaire prijzen van Nederland. Ofwel ‘de hoofdprijs’, zoals Ilja Leonard Pfeijffer de prestigieuze prijs noemt in zijn autobiografische boek Brieven uit Genua. In 2014 won hij de Libris Literatuur Prijs voor zijn roman La Superba. Hiermee mag hij aansluiten in een rij met grote Nederlandse en Vlaamse auteurs, zoals Harry Mulisch, Hugo Claus en Tommy Wieringa.
Naar Engels voorbeeld
Het begon in 1993, toen het bestuur dat in 1986 de AKO Literatuur Prijs in het leven riep, de onafhankelijke Stichting Literatuur Prijs oprichtte. De stichting had als doel om jaarlijks een literaire prijs uit te reiken, om een auteur in staat te stellen zich een jaar lang te storten op zijn of haar werk, zonder zich zorgen te hoeven maken over financiën. Tegelijkertijd wil de stichting met de publiciteit rondom de uitreiking van de prijs de belangstelling voor Nederlandstalige literatuur stimuleren.
Hiermee volgde de stichting het Britse voorbeeld van de Man Booker Prize, de prijs voor het beste literaire werk uit het Britse Gemenebest, Ierland en Zimbabwe, die 25 jaar eerder in het leven was geroepen. 'Het belangrijkste verschil is dat bij de Booker Prize het aantal titels dat een uitgever mag insturen begrensd is, afhankelijk van of titels van die uitgever al dan niet op de longlist van de vijf voorgaande jaren hebben gestaan', zegt Patty Voorsmit, organisator van de Libris Literatuur Prijs. 'Dit betekent dat uitgevers zelf al een soort voorselectie moeten maken bij hun auteurs en dus jury zijn. Bij de Libris Literatuur Prijs is die begrenzing er niet.'
Snel na de oprichting vond de stichting een sponsor in boekhandelsorganisatie Libris, waarna de prijs werd gedoopt tot Libris Literatuur Prijs. Dit houdt in dat alle zelfstandige boekhandels, die zijn aangesloten bij Libris, samen het prijzengeld bekostigen: 50.000 euro voor de winnaar en 2500 euro voor ieder van de zes auteurs die op de shortlist belanden. Boekhandels zien voorafgaand aan de uitreiking een toename in interesse voor de genomineerde titels. 'We merken dat genomineerde titels meer aandacht krijgen van de media en van het algemene lezerspubliek', zegt boekhandelaar Aytun Çaka, van boekhandel Verkaaik in Gouda. 'Dit betekent vaak meer belangstelling en meer verkoop, daarom lichten we de shortlist uit in de winkel en in de etalage. Het is een fijn moment in het jaar om je winkel voor het voetlicht te brengen en contact te maken met je klant. ‘Wist u dat dit boek genomineerd is voor de Libris Literatuur Prijs?’, kan een openingszin zijn waardoor je met je klant kunt praten over het boek, de auteur en het lezen van literatuur in het algemeen.'
Grote Impact voor de winnaar
Dat het winnen van de prijs geen sinecure is, beschrijft Pfeijffer in Brieven uit Genua:
“Maar onder ons gezegd en gezwegen kan ik je wel zeggen dat het effect van zo’n prijs enorm is. (…) Die prijs is echt je doorbraak. Iedereen die je daar kent waar jij nu bent, kent je als dichter die af en toe ook romans schrijft. Dat is afgelopen waar ik nu ben. Je komt in een ander kaartenbakje terecht.”
Niet alleen Ilja Leonard Pfeijffer ervoer een grote impact van het winnen van de Libris Literatuur Prijs. 'Voor mij kwam de prijs op een belangrijk moment', reageert Arthur Japin per mail. 'Een Schitterend Gebrek was pas mijn derde roman. Dat die bekroond werd met de Libris-prijs bestendigde het succes van de twee eerdere romans en maakte mijn naam bij een breder publiek bekend. De verkoop schoot enorm door, van bestseller werd de roman een zogenaamde ever-seller, wat betekent dat hij nog steeds gestaag verkoopt. Het winnen van de prijs hielp ook enorm bij de verkoop van de buitenlandse rechten. Het boek is er nu in meer dan twintig andere landen. Ik denk niet dat ze deze prijs daar kennen, maar zo'n predicaat ondersteunt het werk van je agent.'
Japins werk is inmiddels veelvuldig bekroond. 'Ik mocht zo'n dertig prijzen en bekroningen ontvangen', zegt Japin. 'Elke keer is het even bijzonder. En elke keer, ook bij het winnen van de Libris prijs al, wordt er gevraagd: 'Hebt u dat nou nog nodig, zo'n prijs?' Natuurlijk heeft een mens dat soms nodig. Schrijven gaat - noodgedwongen - gepaard met zoveel voortdurende twijfels. (Alleen uit wanhoop en twijfel, helaas, kan iets nieuws worden geboren.) Zulke erkenning helpt altijd en geeft wat zekerheid dat je goed bezig bent, daarin is de Libris prijs niet anders dan andere, kleinere prijzen. Maar voor alle prijzen geldt, ze blijven van minder belang dan de waardering van je lezers.'
Maar wie schudt die kaarten dan?
Een ander kaartenbakje dus. Niet meer het kaartenbakje van de dichter die af en toe een roman schrijft, maar de kaartenbak van Belangrijke Grote Schrijvers. Maar wie bepaalt welke kaarten op de stapel komen, wie schudt de kaarten en op basis waarvan wordt een kaart getrokken? Om te beginnen heeft de stichting een aantal spelregels opgesteld. 'Het bestuur kijkt elk jaar naar het reglement. In het verleden is in verschillende jaren besloten geen autobiografieën, jeugdboeken, graphic novels of verhalenbundels meer toe te laten', legt Voorsmit uit. Hoewel D. Hooijer in 2008 de prijs won met haar bundel Sleur is een roofdier, zijn de regels daarna aangepast. 'Het aantal ingezonden titels werd steeds hoger, voor de jury bijna ondoenlijk, om ook nog verschillende genres te beoordelen. Daarom is een aantal jaren geleden een heldere keuze gemaakt: de Libris Literatuur Prijs is de prijs voor de beste Nederlandstalige literaire roman.' Bovendien moeten de romans in het voorgaande jaar voor het eerst gepubliceerd zijn, door een professionele uitgeverij.
Om een gedegen selectie te maken, wordt door het bestuur ieder jaar een onafhankelijke vijfkoppige jury samengesteld. De precieze procedure omtrent de selectie van de juryleden is in nevelen gehuld. Wel wordt de jury steevast voorgezeten door een belangrijke persoon uit de cultuur of politiek, zoals Winnie Sorgdrager of Philip Freriks in het verleden deden. 'Voor de uitstraling van de prijs zoekt het bestuur een vakkundige voorzitter die zelf van lezen houdt, het juryproces in goede banen leidt en past bij de status van de Libris Literatuur Prijs', zegt Voorsmit. De overige juryleden zijn steevast literair auteur, criticus of literatuurwetenschapper, waarvan tenminste één jurylid uit Vlaanderen moet komen. Een jaar lang lezen ze de boeken die door de uitgevers zijn aangedragen, waar uiteindelijk een longlist van achttien titels uit voortkomt. Volkskrant-recensent Hans Bouman is dit jaar een van de juryleden: 'Ik probeer een boek zo onbevangen en intuïtief mogelijk te lezen, dus als lezer die voor zijn of haar plezier leest. Gaandeweg het leesproces ontstaat er een voorlopig oordeel. Als ik het boek uitheb, probeer ik voor mijzelf vast te stellen waar dat oordeel vandaan komt.'
In de loop van zijn carrière als recensent heeft Bouman gemerkt dat een aantal terugkerende zaken voor hem van belang zijn, ook al leest hij niet met een lijst aan criteria in zijn achterhoofd. 'Spreekt het onderwerp of de thematiek me aan, is die thematiek op oorspronkelijke wijze vormgegeven, zijn de personages geloofwaardig, is het boek goed opgebouwd en goed geschreven, doet het boek me op een andere, nieuwe manier naar bestaande zaken kijken en heeft het boek me van mijn stuk gebracht?', somt Bouman enkele van die zaken op. 'Het hangt natuurlijk wel af van het type roman hoe deze criteria worden toegepast. Daarnaast moet ik mijn oordeel verantwoorden. Daarom zet ik vaak al lezend opmerkingen in de marge, als ‘mooie zin’, ‘opmerkelijke uitspraak’ of ‘geweldige metafoor’. Al lezend verzamel ik materiaal om mijn oordeel mee te illustreren, waarna het mijn taak als recensent of jurylid is om een en ander zo helder mogelijk in woorden om te zetten.'
De jury in 2018
De Libris-jury kwam afgelopen jaar zo’n tien keer bij elkaar om uit alle inzendingen een longlist van achttien titels samen te stellen. Naast Bouman, bestond de jury dit jaar uit Johan de Haes (literair recensent van de VRT), Lotte Jensen (letterkundige aan de Radboud Universiteit Nijmegen) en Judith Uyterlinde (programmamaker en uitgeefdirecteur World Editions Londen). De jury werd voorgezeten door Abdelkader Benali, die zelf in 2003 de prijs won met De Langverwachte. Voorsmit: 'We zijn zeer verheugd dat Abdelkader Benali voorzitter is van de jubileumeditie, omdat de Libris Literatuur Prijs vooral het belang en plezier van het lezen van literaire romans wil benadrukken.' Of de jury nog voor het plezier kan lezen na een jaar van verhitte discussies om de longlist van achttien titels te bepalen, is maar de vraag. 'Natuurlijk zijn er verschillen in smaak en literaire opvattingen onder de vijf juryleden', vertelt Bouman. 'Gelukkig maar. Tijdens de vergaderingen kwamen die van tijd tot tijd naar voren. Dit zorgt voor levendigheid in het jureringsproces en het draagt bij aan de diversiteit van de door de jury uit te verkiezen boeken. Bij deze jury constateer ik een grote bereidheid om naar elkaars opvattingen te luisteren en zich eventueel door elkaar te laten overtuigen. Dat levert levendige discussies op.'
Het resultaat van die levendige discussies werd op 5 maart 2018 duidelijk, toen bekend werd welke zes titels van de achttien zijn overgebleven voor de shortlist:
- De pelikaan van Martin Michael Driessen
- En we noemen hem van Marjolijn van Heemstra
- Wees onzichtbaar van Murat Isik
- Peachez, een romance van Ilja Leonard Pfeijffer
- Aantekeningen over het verplaatsen van obelisken van Arjen van Veelen
- De heilige Rita van Tommy Wieringa
De uiteindelijke winnaar van de Libris Literatuur Prijs wordt op 7 mei 2018 tijdens een feestelijke uitreiking bekendgemaakt.