Aan de debutant gevoeld: Berend Sommer
Wie is Berend Sommer en waarom ben je gaan schrijven?
'Ik ben opgeleid tot historicus, een nuttige leerschool. Halverwege mijn studie kwam ik erachter dat ik het doen van historisch onderzoek maar mild interessant vond. De anekdotes trokken me meer dan de wetenschap. Dat was een belangrijk inzicht. Ken uzelf, zegt het orakel van Delphi altijd, en daar houd ik mij aan. Schrijven geeft een hoge mate van autonomie: je bent helemaal zelf verantwoordelijk voor wat er op papier staat. Als het goed is, is het goed; en als het slecht is, is het slecht. Dat vind ik een geruststellende gedachte.'
Weet je nog wanneer je voor het eerst aan iemand hebt verteld dat je bezig was met het schrijven van een boek?
'Het was in café Plantage. Ik at een tosti (met schapenkaas, tomaat en koriander op een pita, echt een vondst) en biechtte op dat ik wat schreef aan een roman zonder lagen. Tijdens het schrijven was dat een belangrijke stip aan de horizon. Ik weet niet of het daadwerkelijk is gelukt; maar het resultaat stemt toch tevreden.'
Hoe hoorde je dat jouw boek genomineerd is voor de Hebban Debuutprijs 2017?
'Ik zag het op Twitter.'
Wat was je eerste reactie?
'Ik was blij verrast, want ik had het absoluut niet verwacht.'
Hoe ben je aan het onderwerp van je debuut gekomen?
'Tijdens de zomer van 2016 keek ik veel naar detectives, Maigret van Simenon vooral, vaak tot midden in de nacht en in combinatie met sterke drank. Tijdens één van die, overigens zeer leerzame avonden bedacht ik me dat ik zelf ook wel een detective kon schrijven. Ooit heb ik met mijn vader (Martin Sommer) afgesproken om samen een detective te maken, maar dat project komt moeilijk van de grond. Het leek me daarom beter om alvast zelf te beginnen. Het fijne aan een detective is de terugkerende structuur: Duchamp, het hoofdpersonage, gaat vrij systematisch te werk. Na de moord volgt altijd de oplossing, is een van zijn stellingen.'
Zit er een bepaalde gedachte achter de openingszin van je roman?
“In het holst van de nacht voeren verstandige mensen geen discussies meer over het ontstaan en nut van referenda, toch was dit onherroepelijk het geval in café Bolle Jan.”
'De eerste zin bevat eigenlijk geen relevante informatie over wat komen gaat, behalve een tijdsaanduiding en een plaats. Als ik me niet vergis, is die zin ook de eerste die ik daadwerkelijk op papier zette. Daarna heb ik er niet veel meer bij stilgestaan. De laatste zin van het boek (“Zonder zijn kamerjas uit te trekken viel hij in slaap.”) heb ik veel langer over nagedacht.'
Wat vond of vind je het lastigste van het schrijven?
'Het belangrijkste is om consistent te zijn, niet alleen in stijl, maar ook in werkritme. Ik vond het lastig om op te staan, te bedenken dat ik over een halfuur zou beginnen met typen – zonder nog helder voor ogen te hebben wat er die dag op papier zou verschijnen.
Bij het schrijven van Duchamp dacht ik steeds één hoofdstuk vooruit: ik wist halverwege nog niet hoe het verhaal zou eindigen. De moord had ik opgelost in december, toen was ik halverwege de eerste versie. Wel wist ik al snel zeker dat met de detective slecht zou aflopen, maar dat gevoel bekruipt de lezer (D.V.) al tijdens de eerste hoofdstukken.
Omdat ik heel erg leunde op het improviseren, was ik er beducht voor dat de ideeën minder goed zouden worden, of dat ik uitgekeken zou raken op Duchamp en zijn assistent. Daar was geen sprake van.'
Hoeveel brieven/manuscripten heb jij naar uitgeverijen gestuurd om ze van jouw boek te overtuigen?
'Ik heb de eerste twintig bladzijden opgestuurd naar Uitgeverij Prometheus. Die vonden de opzet interessant, daarna ging het allemaal vrij snel. Die snelheid is erg prettig; bij oponthoud begint het getob. Ik denk dat ik daar geluk mee heb gehad.
Hoe ver ben jij gegaan om je boek onder de aandacht te brengen?
Nou, ik kreeg een advertentie in de Volkskrant, met de verkeerde beschrijving ernaast. Naast de typerende omslag van Duchamp stond een beschrijving van het boek van Loethe Olthuis over sojamelk en andere voedzame producten. Dat was heel geestig. Tot mijn grote vreugde werd er de week daarop een nieuwe advertentie geplaatst, dit keer met de goede tekst.
Wat heb ik er zelf aan gedaan? Ik ben langs geweest bij een aantal boekhandels om te praten over Duchamp. Er circuleert ook een gesprek op youtube, waarin ik met historicus Geerten Waling praat over de last van het schrijverschap.'
Heb je plannen of ideeën voor een volgend boek?
'Volgens mij is het belangrijk om niet te blijven hangen in behaalde successen. Er wordt gesmeed aan een nieuw plan, waar ik weinig over kan zeggen, behalve dat het wenkbrauwen zal doen rijzen.'
Mocht je de Hebban-award winnen, zou dat jou vertrouwen geven bij het schrijven van een volgend boek? Of zou het je juist druk geven?
'Ik ben niet competitief. Het is erg eervol om erkenning te krijgen van een site die veel lezers samenbrengt, maar uiteindelijk gaat het erom wat ik er zelf van vind. Met Duchamp wilde ik een boek maken waar ik zelf om kan lachen. Dat klinkt pedant, en dat is het misschien ook.'
25 woorden-pitch: Vertel in max 25 woorden waarom we jouw debuut moeten lezen!
'Sommige auteurs zijn als een volle Bourgogne: waarbij sluimerend talent al in de knop zichtbaar is. Daarom is het zaak om er vroeg bij te zijn. De lezer is als een sommelier die zegt: ik had deze schrijver al vroeg in het oog.'
Meer lezen?
Benieuwd naar deze genomineerde debuutroman?