Anatomie van de psychologische thriller: het geheugen
Volgens de Griekse mythologie was Mnemosyne de personificatie van het geheugen. Ze had een sterke relatie met woorden en taal, aangezien ze verantwoordelijk werd gehouden voor het ontstaan hiervan. Als moeder van de negen muzen, ontstond er volgens de oude Grieken op dat moment een verband tussen literatuur en het geheugen.
In misdaadliteratuur is het geheugen een thema dat het afgelopen decennium steeds geliefder wordt bij de thrillerschrijver. Vergeten, herinneren en op zoek gaan naar je eigen identiteit zijn de overige ingrediënten die het genre van de psychologische thriller groot heeft gemaakt. Andrew Neiderman, schrijver van Advocaat van kwade zaken (tevens verfilmd als The Devil’s Advocate), legt uit waarom het geheugen de perfecte start voor een psychologische thriller is: ‘Iemand die aan geheugenverlies lijdt, verkeert in een zeer kwetsbare staat. Je kunt alleen vertrouwen op de verhalen die over je verleden worden verteld. Deze situatie leent zich voor interessante plotlijnen en potentiële problemen voor een personage. Samen vormen ze een interessante basis voor een schrijver.’
In gevecht met jezelf
In psychologische thrillers zijn personages vaak in strijd met zichzelf: ze moeten erachter komen wat ‘echt’ is in hun leven, wie ze zelf zijn en wat hun uiteindelijke doel is.
Een klassiek voorbeeld van een personage dat deze drie opdrachten moet voltooien, is Jason Bourne, het seriepersonage dat werd gecreëerd door de Amerikaanse schrijver Robert Ludlum. Zijn zoektocht start in de thriller Het Bourne bedrog. Bourne wordt op een dag door een visser gevonden, meer dood dan levend. Er is echter één groot probleem: Bourne lijdt aan amnesie en is zelfs zijn eigen naam vergeten. De enige aanwijzing naar zijn werkelijke identiteit is een microchip die in zijn heup is geplaatst. Stukje bij beetje ontdekt Bourne wie hij echt is. Na de trilogie van Ludlum, verscheen de actieheld in nog zeven thrillers die werden geschreven door Eric Van Lustbader. De Bourne-verfilmingen worden inmiddels als kaskrakers betiteld.
Een ander voorbeeld is de US marshal Teddy Daniels, het hoofdpersonage uit de thriller Gesloten kamer (beter bekend als Shutter Island) van Dennis Lehane. In deze thriller wordt het geheugen van Daniels dusdanig op de proef gesteld als hij zich stort op de ontsnapping van een moordenares uit het Ashecliffe Hospital, een inrichting voor psychopatische misdadigers. Wat volgt is een plot waarbij een volledig nieuw perspectief van het geheugen belicht wordt. De plottwist zal in ieder geval nog lang door je hoofd blijven spoken…
Lapsus memoriae
Veel personages kampen met het probleem dat er dingen aan hun geheugen ontsnapt zijn (of zoals men in het Latijn zegt: lapsus memoriae). Soms bewust, andere keren onbewust doordat zij een ziekte hebben of lijden aan de gevolgen van een trauma.
In Engeland werd de thriller Ze is zoek (tevens verschenen als Elizabeth is zoek) van Emma Healey een regelrechte hit doordat hoofdpersonage Maud Horsham een realistische achtergrond heeft: het is een dame op leeftijd die lijdt aan een beginnende vorm van dementie. Een ongewone invalshoek voor een thriller, maar zeer dichtbij ons werkelijke bestaan, aangezien Maud beseft dat haar goede vriendin Elizabeth verdwenen is. Maar wie neemt een oudere dame met geheugenproblemen serieus? De thriller geeft een dubbele lading aan het woord zoektocht, door de onmogelijke gangen van het eigen geheugen en de verdwijning van een goede vriendin. Daarnaast wordt de term onbetrouwbare verteller in deze thriller anders geïllustreerd doordat Maud haar eigen brein niet meer kan vertrouwen. Emma Healey , die de thriller Ze is zoek schreef om de gedachten van haar oma beter te begrijpen, zei in een interview het volgende over haar thema: ‘Het is verschrikkelijk om te zeggen, maar het thema van dementie is een geschenk voor iedere schrijver. Het laat je de gewone dingen in het leven vanuit een vervreemdend perspectief benaderen.’
Sinds S.J. Watson wereldwijd succes boekte met zijn debuutthriller Voor ik ga slapen, krijgt heel veel vragen over de basis van het verhaal van hoofdpersonage Christine. Is het bijvoorbeeld medisch gezien mogelijk dat iedere dag je geheugen wordt gewist? Watson dacht van niet en beschouwde dit gedeelte van zijn verhaal als pure fictie, totdat een soortgelijk verhaal in de krant opdook. De vrouw was ironisch genoeg van dezelfde leeftijd en maakte bijna hetzelfde door als de fictieve Christine. ‘Ik vond het onthutsend om te lezen dat de fictieve omstandigheden die ik bedacht had, deel uitmaken van iemands dagelijks leven,’ aldus Watson op zijn website.
Collectief geheugen
Naast het vormen van ons eigen geheugen, dragen we ook een collectief geheugen mee. Het is de herinnering die een groep personen deelt over een bepaalde gebeurtenis in combinatie met de geleerde lessen die iemand naar aanleiding van deze gebeurtenis heeft opgedaan. Hoewel er met de introductie van dit begrip een aantal andere registers worden opgetrokken die nauw samenhangen met de geschiedenis van een land, is het geen vreemd fenomeen in misdaadliteratuur. Fictie wordt in verschillende werelddelen gebruikt om het collectief geheugen van een volk in een fictief jasje te steken, waardoor een schrijver indirect kritiek kan leveren of bepaalde zaken uit het verleden juist bespreekbaar maakt.
In de spannende trilogie Jouw gezicht morgen vertelt Javier Marías het verhaal van de Spanjaard Jaime Deza, voormalig docent aan de Universiteit van Oxford en in Engeland inmiddels betrokken als agent voor een geheime organisatie. Dagelijks heeft Deza de taak om te onderzoeken wat mensen in de toekomst zullen doen en te achterhalen hoe hun gezichten morgen zullen zijn. Tijdens zijn zoektocht komt hij erachter dat wanneer we in aanraking komen met het verraad en geweld van onze westerse wereld, we daarmee worden besmet als een gif. Wat volgt is een ijzingwekkende zoektocht naar de waarheid in plaatsen als Londen, Madrid en Oxford.
Marías schreef een indrukwekkende trilogie waarin het collectieve geheugen ten aanzien van de Spaanse burgeroorlog onder de loep wordt genomen. Marías behoort tot de generatie die is opgegroeid onder de dictatuur van Franco en bracht een deel van zijn jeugd in de Verenigde Staten door omdat zijn vader geen les mocht geven aan Spaanse universiteiten (Julián Marías koos de zijde van de Republiek tijdens de burgeroorlog). Hoewel Javier Marías zelf niet bewust de Spaanse burgeroorlog meemaakte, benadert hij in zijn trilogie de herinnering aan deze periode vanuit verschillende perspectieven. Wat al snel duidelijk wordt is dat Marías verder gaat dan de schuldvraag in deze kwestie en spreken en zwijgen zijn een metafoor voor herinneren en vergeten.
In juni zal de 1328 pagina tellende trilogie, dat door critici wordt beschouwd als het magnum opus van de auteur, opnieuw worden uitgegeven bij Meulenhoff. Hoewel de trilogie niet echt onder het label psychologische thriller is in te delen, tonen deze spannende romans aan dat de grens tussen goed en kwaad niet zo zwart wit is als we op het eerste gezicht denken. En dat laatste vraagstuk wordt dankbaar gebruikt door thrillerschrijvers wereldwijd.
Lees verder op pagina 2