Column /
Greet Beukenkamp
Voor eeuwig de jouwe is inmiddels mijn 20e boek. Ik heb er met veel plezier aan gewerkt, vooral ook omdat het opnieuw een magisch tintje heeft.
Sinds een paar jaar ben ik gegrepen door het Magisch Realisme, een stroming in de literatuur die een poosje is "weggeweest" maar nu weer aan het terugkomen is. Hubert Lampo, Johan Daisne en Simon Vestdijk zijn bekende vertegenwoordigers van deze stroming.
Mijn boek Mist was een eerste poging om een verhaal te schrijven waarbij meerdere werkelijkheden door elkaar speelden. Daarna kwam Anne & Anne, een boek waarin parallelle werelden een rol spelen. Het idee ervoor kwam van mijn dochter Marianne. Ik wilde eens een lekker, griezelig spookverhaal schrijven dat zich afspeelde in een oud huis in Zeist. Toen kwam mijn dochter met het idee om in dat huis twee parallelle werelden samen te laten komen. Mijn hersens sloegen meteen op hol. Een prachtig idee! Het is dan ook een fascinerend boek geworden. Aan het eind weet de lezer nog steeds niet hoe het zit: Bestaat de andere Anne nu echt, of is het toch een hersenschim geweest van Anne.
Toen kwam Zwarte Panter, een verhaal voor kinderen van 10 - 12 jaar. Zelfs voor deze leeftijdsgroep een magisch verhaal met een magisch dier, een zwarte panter die zich in een mens kan veranderen, of toch niet...?
Het is best een hele klus om zo'n verhaal kloppend te maken. Zo was het ook met Voor eeuwig de jouwe. Het is net een soort puzzel, waarbij de twee werelden meerdere raakvlakken moeten hebben. In Voor eeuwig de jouwe is dat de onderwereld, die van de criminelen en die van de doden. Ook is er een verband tussen het verhaal van Orpheus en Euridice dat van Chantal. Het is een uitdaging om de werkelijkheid te verweven met dingen die niet echt kunnen gebeuren, maar die toch heel echt moeten lijken. De lezer wordt daardoor telkens op het verkeerde been gezet, wat nieuwsgierig maakt en tegelijk ook kan irriteren.
Ik zou zeggen: lees het boek en oordeel zelf.