Boekenpraat: Meespeuren met het kamermeisje
Het kamermeisje
Nita Prose, vertaald door Els van Son
Molly is een wat zonderlinge en onopvallende jonge vrouw. Ze is geknipt voor haar werk als kamermeisje in het Regency Grand Hotel, waar ze met overgave de kussens opschudt en het stof en de geheimen van de gasten wegveegt, zonder dat iemand aandacht voor haar heeft. Toch komt ze – ongewild – in de spotlights te staan wanneer ze Mr Black, een beruchte en steenrijke gast, dood in zijn bed aantreft. Zo wordt ze opeens hoofdverdachte in een moordzaak en belandt ze in een web van leugens. Hoe kan ze daar nog uit ontsnappen? Gelukkig krijgt ze hulp uit onverwachte hoek, maar zal het op tijd zijn, vóór de moordenaar opnieuw toeslaat?
De grote cosy crime-vergelijking
Anouk: 'Ik ben fan geworden van cosy crime dankzij Agatha Christie, maar ik merk steeds meer dat zij zich verhoudt tot cosy crime als Jane Austen tot romantische feelgood – in beide gevallen doet die omschrijving tekort aan hun humor en scherpzinnigheid. Ik heb dus ook echt moeten leren "nieuwe" cosy crime te waarderen, omdat het veel lichter en luchtiger is en niet altijd even goed zijn best doet een ingewikkeld plot neer te zetten. En ik hou juist zo enorm van speuren.
Zo’n mastermind als Agatha Christie vinden we natuurlijk niet meer, maar als ik dat loslaat, kan ik enorm genieten van het genre en bevalt dat lichte me juist wel. De vaste elementen blijven immers: een beperkt aantal verdachten, onbetrouwbare vertellers, een afgesloten ruimte met de sleutel in het slot en al die droge humor, heerlijk is het. Zo vond ik zowel De moordclub (op donderdag) van Richard Osman als De moord op Windsor Castle van S.J. Bennett erg leuk.
Merk jij verschil in de cosy crime van vroeger en nu, en heb je een voorkeur?'
Hilde: 'Mijn enthousiasme voor cosy crime is begonnen met Pietje Puk (Henri Arnoldus), De Vijf (Enid Blyton), Pim Pandoer (Carel Beke) en Bas Banning (A. Van Aardenburg). Nog voor mijn twaalfde ben ik aan Agatha Christie begonnen, mijn eerste was De man in het bruine pak. Er ging een wereld voor me open! In haar kielzog volgden Dorothy Sayers, met lord Peter Wimsey, Ngaio Marsh met Roderick Alleyn en Edmund Crispin met de kogelronde Oxford professor, allemaal Britse auteurs.
'Nog voor mijn twaalfde ben ik aan Agatha Christie begonnen. Er ging een wereld voor me open!' – Hilde
In de jaren 80 tot 2015 heb ik minder cosy crime gelezen: carrière, kinderen ... P.D. James en Ruth Rendell kwamen nauwelijks in de buurt. Ik heb de echte cosy crime teruggevonden bij Richard Osman, Helen Cox en S.J. Bennett, alle drie Brits. Daarnaast las ik Tante Poldi (Mario Giordani), Miss Merkel (David Safier) en Madame le Commissaire (Pierre Martin). Die zijn het net niet helemaal. In de Scandinavische of Amerikaanse literatuur vind ik geen enkel cosy crime boek.
Cosy crime is uitgevonden door Agatha Christie en typisch voor die periode in de geschiedenis. Brittannia ruled the waves en de samenleving was netjes geordend in klassen. Haar personages zijn archetypes. Niet voor niets doen mensen de schrandere Miss Marple altijd denken aan mensen die ze al kent. Daarnaast ontbreekt er nog een enorme hoeveelheid gerechtelijke technieken, technologie en medische wetenschap. Agatha is en blijft voor mij de queen of cosy crime, al doet Richard Osman niet voor veel haar onder. Het kamermeisje is veelbelovend. En jawel, echte cosy crime.'
Anouk: 'Ik ben door mijn moeder begonnen met het lezen van Agatha Christie, maar ik was wel iets ouder. Ik denk dat ik begin twintig was toen ik mijn eerste Agatha oppakte. Dat was Moord in het vliegtuig, ik weet nog dat ik compleet weggeblazen werd door het feit dat die belangrijke bij helemaal niet belangrijk was. Ik was er net zoals de personages compleet in getrapt. Dat smaakte naar meer en nadat ik Waarom Evans niet? las was ik echt verkocht.'
We houden van Molly!
Anouk: 'De huidige cosy crime is voor mij soms wat te licht en dat merk ik ook wel bij Het kamermeisje. Het is voor de lezer niet moeilijk om uit te puzzelen op welke manier Molly de mensen om haar heen verkeerd interpreteert en dat laat weinig te raden over. Maar toch zit de plot ingewikkelder in elkaar dan ik in eerste instantie dacht, en blijkt niet iedereen zo zwart-wit te zijn. Naast Molly als hoofdpersonage vind ik Giselle en Mr. Preston ook heel interessant.
Wie waren jouw favorieten om over te lezen?'
Hilde: 'Het hoofdpersonage, kamermeisje Molly, is mijn favorietje. Ze is het prototype van een wereldvreemde, laagopgeleide jonge vrouw met nauwelijks sociale contacten, op haar oma na. Ze is niet autistisch, asociaal of dom, maar haar "diploma’s" bestaan uitsluitend uit de levenslessen van haar oma en de cursussen van hotelmanager Alexander Snow. Die oneliners zitten er bij haar ingestampt. Door die combinatie van stijve uitspraken en een gebrek aan sociale vaardigheden is Molly een buitenbeentje. Haar gebrek aan mensenkennis en het verlies van haar oma hebben haar kwetsbaar gemaakt. Getuige de oplichting door haar eerste Beau en het verlies van het Appeltje.
'Ik hoop dan ook van harte dat het niet bij dit boek over Molly blijft. Van mij mag ze over nog wel een aantal lijken struikelen.' – Anouk
Ze is al dood voor het boek begint, maar ik vond Molly’s oma, een poetshulp, een fijn personage. Ze moet een bijzondere vrouw zijn geweest. Ze leeft voort in de inrichting van het sjofele appartement, haar levenswijsheden en haar poetsregels. Keukenhulp Juan Manuel Morales is een cliché: Mexicaan met verlopen verblijfsvergunning, zonder huisvesting, met onvoldoende kennis van het Engels en veel te goed van vertrouwen. Maar hij komt net genoeg tot leven om meer te zijn dan een flauwe doordruk van Molly zelf. En die twee vullen elkaar zo prachtig aan.'
Anouk: 'Ik vermoed zelf dat Molly wel ergens op het neurotypische spectrum zit wanneer ze praat over het niet goed kunnen herkennen van gezichtsuitdrukkingen en het te letterlijk nemen van wat iemand zegt. Dat levert grappige, maar ook heel droevige situaties op die zorgen dat je je héél goed in Molly in kunt leven. Ik hoop dan ook van harte dat het niet bij dit boek over Molly blijft. Van mij mag ze over nog wel een aantal lijken struikelen.
Ik ben het helemaal met je eens wat betreft Molly’s oma. Al speelt ze technisch gezien geen rol in het boek omdat ze al voor aanvang overleden is, heeft zij haar kleindochter met veel liefde opgevoed. Ze heeft Molly zoveel mogelijk praktische kennis mee proberen te geven en Molly weet zich ondanks haar verdriet goed te redden zonder oma. Ik ben van nature niet zo poetsgevoelig aangelegd, maar de manier waarop Nita Prose Molly en haar oma liet genieten van een schone omgeving maakt het heerlijk rustgevend om over te lezen.
Juan Manuel is inderdaad wat cliché, maar dankzij de manier waarop hij met Molly omgaat, vind ik hem toch een lieverd. Rodney daarentegen is voor mij echt te cliché, daar zit geen enkel verzachtend randje aan. Ik denk dat ik het leuker had gevonden als hij net zo ingewikkeld was geweest als Giselle, want die heeft Nita Prose goed neergezet. Ik wist echt niet wat ik aan haar had.
Wat denk jij van het moordmysterie zelf? Was dat spannend en onverwacht genoeg voor jou?'
Wie heeft het gedaan?
Hilde: 'Qua plot is het mysterie niet super-mysterieus. De aanwijzingen liggen door het hele boek dik gezaaid, nog net niet met een fluorescerende pijl erboven. Denk maar aan de lege kamer voor Juan Manuel, zijn onafscheidelijke sporttas, zijn brandwonden, de stoffigheid, de beschrijvingen van Rodney in zijn gesprekken met Molly, het flauwvallen als Molly in de spiegel kijkt ... Ze stapelen zich hoog op en de lezer kan makkelijk conclusies trekken.
De ontknoping, bij Molly’s getuigenis op het proces, is wél een echte verrassing, origineel ook, zij het niet erg spannend. Maar in mijn ogen is dat voor Molly hoogst onwaarschijnlijk gedrag. Het past gewoon niet in haar karakter om zo’n belangrijk iets zo lang voor zich te houden. De rest van haar getuigenis is tot in den treure geoefend en gerepeteerd. Dat vond ik een beetje jammer.
'Het past bij een cosy crime dat het hoofdpersonage aan het eind van het boek de oplossing als een konijn uit zijn hoge hoed tovert.' – Hilde
Anderzijds past het bij een cosy crime dat het hoofdpersonage aan het eind van het boek de oplossing als een konijn uit zijn hoge hoed tovert. Het kamermeisje oogt als een degelijk breiwerk. Miss Marple breide ook in elk boek een gedegen babytruitje, sjaal voor neef Raymond of omslagdoek voor het nieuwste keukenmeisje. Zij het dat daar behalve degelijkheid ook veel fantasie en smokwerk aan te pas kwam.'
Anouk: 'Wat een leuke vergelijking maak je met een breiwerk! Dat van Miss Marple is superieur, maar deze cosy crime doet zijn best om in de voetsporen van Agatha Christie te treden. Het voldoet aan alle eisen, maar mist hier en daar inderdaad wat ingenieuze steekjes. Toch zou ik een vervolg wel weer oppakken, want Molly is een heerlijk personage. Wat dat betreft mag Nita Prose zeker thuishoren in het rijtje van Richard Osman en S.J. Bennett.
Ik moest erg lachen om je beschrijving van een fluorescerende pijl boven de aanwijzingen, want dat vond ik héél herkenbaar. Voor ons "echte speurders" viel er niet zoveel te speuren in dit boek, maar dat neemt niet weg dat het fijn lezen was.
Ook voor mij paste de verrassende ontknoping niet zo goed in Molly’s karakter. Ze is heel loyaal, maar er is ook vele malen gezegd dat als Molly iets ziet gebeuren in het hotel dat niet correct is, zij dat direct rapporteert. Haar gedrag zou logischer zijn geweest als je in een van de vele flashbacks met oma had gezien dat oma haar uitlegt dat je soms iets door de vingers mag zien als je daarmee een vriend uit een moeilijke situatie helpt. Maar dat is de auteur vertellen wat ze moet doen en dat is natuurlijk niet zo netjes van me.'
Het eindoordeel
Anouk: 'Ik denk dat ik hierna ga starten met Tante Poldi en de Siciliaanse leeuwen en Miss Merkel en een onverwachte wending. Intussen ben ik ook de Parker Pyne-verhalen van Agatha Christie aan het herlezen. Heb jij alweer een nieuwe cosy crime op het oog?'
Hilde: 'Het is een beetje jammer dat Hebban enkel met hele sterren werkt, ander zouden Nita Prose en Het kamermeisje 3.5 ster van me krijgen. Ik heb eerlijk getwijfeld, maar ben naar 3 gegaan. Het boek is beter dan de doorsneedetective en heeft een sterk, origineel hoofdpersonage. Minpuntjes voor mij zijn het clichégehalte van sommige personages en, erger, een ongeloofwaardig stukje van de plot.
Op basis van mijn leeservaring zet ik een auteur op mijn "Ga ik opvolgen"-lijst (A). Of op mijn "mmmm… misschien nog ooit uit de bieb halen"-lijst (B). Of op mijn "Dit was eens maar niet weer"-lijst (C). In de vuilnisbak, kortom. Het leven is te kort om slechte boeken te lezen. Nita Prose komt op mijn A-lijst, met dien verstande dat haar tweede boek sterker moet zijn dan haar debuut. Anders verhuist ze alsnog naar de B-lijst.
' Ik ga zeker een tweede boek lezen als dat er komt. Molly is écht voor herhaling vatbaar.' – Anouk
Agatha Christie staat op mijn AAA-lijstje: boeken die in mijn huis aanwezig moeten zijn en blijven. Zodat ik er altijd stiekem eentje kan lezen als ik zin heb. Richard Osman staat daar nu ook. Tante Poldi kan daar misschien nog ooit belanden, maar moet haar best nog doen. Mijn volgende cosy crime wordt deel drie in de serie, die ligt dus nu klaar.'
Anouk: 'Ik denk dat ik ook naar de 3 sterren ga. Ik merk dat ik door het enkel geven van hele sterren door de jaren heen meer gedecideerd beslissingen ben gaan maken. Boeken die fijn, vermakelijk en mooi zijn, maar geen emotionele snaar raken, krijgen van mij drie sterren. Ik ga zeker een tweede boek lezen als dat er komt, gezien dit een debuut is verwacht ik dat Nita Prose het schrijven van cosy crime steeds meer in de vingers gaat krijgen. Molly is bovendien écht voor herhaling vatbaar.
Ik geef ook Agatha Christie weleens drie sterren (Oh! Hoe durf ik?) als het verhaal me minder aanspreekt. Boeken die favoriet zijn en me echt weten te verrassen, die krijgen vier sterren. Vijf geef ik maar zelden, vooral de laatste jaren.
Ik vond dit een ontzettend leuke Boekenpraat, wat heerlijk om zo van gedachten te wisselen met iemand die net zo van cosy crime houdt als ik. We zijn vrij eensgezind over het boek en toch bleef het een levendige discussie met heel wat grappige beeldspraak van jou. Dat past wat mij betreft precies bij het genre dat we net gelezen hebben.'
Hilde: 'Anouk, het was een fijne ervaring om samen dit boek te lezen en te bespreken. Ik heb uitgekeken naar je elektronische schrijfsels en genoten van je ideeën, je schrijfstijl en je humor. Dit soort besloten leesclubje is voor herhaling vatbaar voor mij!'
Wil jij ook een keer meedoen met een Boekenpraat? Lees elke maandag de Hebban Weekopening.