Een zomer met Proust

Uitgeverij Athenaeum-Polak & Van Gennep startte onlangs met een nieuwe vertaling van een reeks heruitgaven van het levenswerk van Marcel Proust (1871-1922). Swanns kant op werd vakkundig vertaald door Martin de Haan en Rikus Hofstede en is het eerste deel van À la recherche du temps perdu ( Op zoek naar de verloren tijd ), het magnum opus van de Franse modernist. Deze romancyclus bestaat uit zeven delen, twaalf boeken en beslaat maar liefst 3000 pagina’s.

Swanns kant op is opgebouwd uit drie losse delen. In Combray, de ouverture, worden de in Combray doorgebrachte jeugdvakanties van de verteller uiteengezet en wordt de wereldwijd bekende madeleine-passage beschreven. Daarna volgen Een liefde voor Swann en Plaatsnamen: de naam, waarin de blik van hoofdzakelijk naar binnen is gericht en Proust helemaal los kon gaan met zijn innerlijke associaties.

“Deze recente vertaling is uitermate geschikt voor lezers die houden van een frisse en scherpe stijl. In deze versie komen de humor en zelfspot van Marcel Proust zeer duidelijk tot uiting”, schrijft Guy Doms in zijn Hebban-recensie *****.

Om de drempel tot het lezen van Proust wat te verlagen bracht Athenaeum-Polak & Van Gennep ook Een zomer met Proust uit, een introductie door de Franse literatuurkenner Antoine Compagnon, door Maartje de Kort naar het Nederlands vertaald. Volgens Compagnon haken veel lezers na het lezen van het eerste deel van Prousts À la recherche- reeks af vanwege de lange zinnen, de enorm uitvoerig beschreven mondaine avonden én vanwege het feit dat men bang is boeken te lezen die de lezer veranderen. In Een zomer met Proust doet Compagnon samen met zeven andere kenners een pleidooi voor het werk van deze grote schrijver. Het boekje bestaat uit achtendertig korte hoofdstukken waarin wordt geillustreerd waarom Proust de beroemdste Franse schrijver is, waarom zijn werk zo graag gelezen wordt en waarom het toch wel echt gelezen moet worden. Op anekdotische wijze beschrijven de Proust-aanhangers de filosofische hoofdthema’s van de schrijver. Over emoties, het menselijk onvermogen, over de impact van tijd op ons bestaan, over de herinneringen en gedachten die we zelf kleuren. En alhoewel dit allemaal vrij zwaar klinkt, en al helemaal niet laagdrempelig, valt er ook genoeg te lachen met Proust. Zo schrijft recensent Victor de la Vieter over dit boek:



“Filosoof Raphael Enthoven schrijft in Een zomer met Proust dat hij juist door de lach Proust heeft leren waarderen. Hij noemt als voorbeeld de avonturen van de familie Verdurin, vermakelijke nitwits die denken dat ze heel slim bezig zijn. Als je sarcastische beschrijvingen van burgerlijkheid à la Camera Obscura grappig vindt, kan je je lol op. Wat dacht je van dit stukje over de bekakte Parijse familie Villeparisis, uitgekozen door schrijver Michel Erman: "Als ik het goed heb heeft Oriane een nicht die een Grandin [] de l’Éprevier is?" "Nee", antwoordde madame de Villeparisis, "Dit zijn gewóón Grandins. Grandins nergens van (‘de rien’). Al zouden ze dolgraag van wat dan ook zijn.” (De volledige recensie lees je hier)


Een zomer met Proust brengt structuur in de thema’s, personages en de verschillende romans van de grote Franse schrijver. Altijd al benieuwd geweest waarom Marcel Proust drieënnegentig jaar na zijn dood nog steeds zo wordt gehypt? Lees het introductieboekje en breng de zomer door met Proust!