Theodor Holman is voor een verzwaring van de literatuurlijst. Dat schrijft hij in zijn column in Het Parool. Hij wil een totaal andere inrichting van de uren waarin literatuur wordt onderwezen binnen het vak Nederlands.
Holman reageert in zijn column op het pleidooi van schrijver Kluun die vindt dat de literatuurlijst op school afschrikt. De auteur van onder andere Komt een vrouw bij de dokter vindt het onderwijs met zijn verplichte literatuurlijst achterhaald. 'Waarom gedwongen Reve, Mulisch en Hermans doorploegen?', vraagt hij zich af. 'Hoezo verplicht drie boeken van voor 1880 lezen? Wie zit daar in 2016 op te wachten?'
'Literatuur hoeft helemaal niet leuk te zijn', is het antwoord van Holman. 'Je moet het zien als wis- of natuurkunde. Ikzelf zou ook voor een vak zijn als 'film' of 'filmgeschiedenis', maar ook dat vak hoeft niet 'leuk' te zijn. Onderwijs is 'leuk' voor wie leuk onderwijs krijgt. Wat dat ook is.' Wie niet een paar boeken van voor 1880 kan lezen, moet naar een ander, lager, type onderwijs, vervolgt hij. 'Op een atheneum of gymnasium moet je aan het einde van het zesde jaar toch echt 250 (liefst 500) boeken hebben gelezen. Daarvan zou ik graag honderd verplichte boeken zien.'
Lezen kan ook pijn doen, stelt Holman. 'Je wordt er droevig van, het troost je en soms helpt het je om iets van de wereld te begrijpen, maar meestal vergroot lezen het raadsel. En ja, je kan er ook gelukkig, opgewonden en ranzig geil van worden....'
(foto Holman: Twitter)
Nieuws /
Columnist pleit voor verplichte boekenlijst van 100 titels
