De 77 beste Nederlandstalige thrillers / 37. De klusjesman
Met De klusjesman vergaarde Peter de Zwaan in 2003 de zesde van zijn tot dusver acht nominaties voor de Gouden Strop. Hij moest het toen opnemen tegen Saskia Noort, het duo Tomas Ross/Rinus Ferdinandusse en Ross solo. De laatste scoorde zijn derde hoofdprijs met De zesde mei. Kenners weten dat De Zwaan in 2000 de Strop mocht ontvangen voor Het alibibureau.
Of de in Meppel geboren schrijver nog een negende nominatie in de wacht zal slepen, mag Joost weten. In een column op zijn website schreef hij in mei vorig jaar dat zijn nieuwe Jeff Meeks-thriller De dwergbowler af is. Maar een datum van verschijnen is nog niet bekend.
Geen zin meer
Terug naar De klusjesman. Bij een gasontploffing in zijn huis zijn de vrouw en drie dochters van parttime journalist Jeff Marckens omgekomen. Jeff heeft er na de dood van zijn familie 'geen zin meer in', constateert Coot Sonders, de tachtigjarige die door iedereen Opa wordt genoemd. Jeff spreekt hem niet tegen.
Opa is eigenaar van CleanCo, een schoonmaakbedrijf, waarvan de werknemers bij tijd en wijle een raam open laten staan. Opa vraagt Jeff wat inbreekklusjes op te knappen. Zijn kleindochter Becca, Opa’s steun en toeverlaat, zal Jeff inwijden in de geheimen van CleanCo. Maar bij de eerste klus gaat het al mis. Hij wordt op heterdaad betrapt en er ligt een lijk in het huis.
De Zwaan noemde Een keel van glas ooit een favoriet boek uit zijn oeuvre. Een boek dat er uitspringt. ‘Al was het maar omdat je zo’n boek, zo’n type boek maar één keer kunt schrijven. Overigens ben ik over De klusjesman zeer tevreden. Er zit, naar mijn gevoel, iets meer vernuft in dan in Het alibibureau’.
Ingehaald door de werkelijkheid
In een interview met De Thrillerkrant (2003) zegt De Zwaan dat zijn verhalen soms worden ingehaald door de werkelijkheid. ‘Het begon met Dietz. Dat boek was nog niet uit of de Arbeiderspers kreeg een nieuwe directeur die zo heette. Of neem Het alibibureau. Vrijwel tegelijk met het verschijnen van dat boek wilde een Engels bedrijf hier zo’n bureau vestigen. (…) Met De klusjesman was het weer raak: ik had het boek net af, toen bekend werd dat een klusjesman werd verdacht van de moord op twee Nederlandse echtparen, in de buurt van Toulouse. Heel raar allemaal, vooral omdat ik zo mijn best doe om geen herkenbare personen of situaties in mijn boeken te verwerken.’
In NRC Handelsblad stond ooit een recensie over zijn boek De regels. Een zinnetje daaruit bleef steken als een splinter onder een vingernagel: De vrouwen zijn natuurlijk weer allemaal mooi en begeerlijk. De Zwaan hierover: ‘Ooit, nam ik me toen voor, schrijf ik nog eens een boek waarin de belangrijkste vrouw lelijk is, want ik wil van dat gezeur af zijn.’ En de schrijver hield woord: Becca uit De klusjesman is een grote, tamelijk zware lelijke vrouw.
Niet alle recensenten waren overigens uitermate ingenomen met De klusjesman. Bij De Zwaans collega M.P.O. Books gingen bij lezing de nekharen recht overeind staan. ‘Deze thriller is hard, niet omdat het zo enorm spannend is, maar wel door de omgang van de verschillende personages. Het gaat over criminelen die elkaar bedriegen. Het zijn types die niet malen om een moordje meer of minder. Al gauw ontpopt het verhaal zich tot een lastig schaakspel waarbij twee opponenten het elkaar op indirecte wijze moeilijk proberen te maken. Dit leidt tot een climax met moorddadige voornemens waar je maag van omdraait. (…) In plaats van op enige wijze het verlangen naar rechtvaardigheid te bevredigen, loopt het nogal wrang af. Je kunt er hooguit een droge soort humor in ontdekken. Ik houd er geen prettig gevoel aan over.’
Weerbarstig proza
NRC-recensent Gert Jan de Vries (die later uit de kast zou komen als thrillerschrijfster Tess Franke) was een heel andere mening toegedaan. ‘Zijn weerbarstige proza geeft je als lezer ternauwernood de informatie die je nodig hebt. De Zwaan roept hierdoor op fenomenale wijze de beperkte visie en/of de bewustzijnsvernauwing op van de personages in zijn boek. Bovendien weet hij van tijd tot tijd dankzij die zelfopgelegde beperking zeer geestig uit de hoek te komen. (…) De Zwaan doseert meesterlijk en levert een uiterst functioneel skelet af. Koel, strak, meedogenloos en uitgekiend. Dat moge thrillertechnisch allemaal aanbevelenswaardig zijn, daarnaast heeft De Zwaan een literaire prestatie geleverd die weinigen hem zullen nadoen.’