Dossier /
De 77 beste Nederlandstalige thrillers / 59. Tranen over Hollandia
Hoewel hij sinds enkele jaren via zijn eigen imprint beginnende thrillerauteurs onderricht geeft in zijn specialiteit, geldt Tomas Ross nog altijd als de vaandeldrager van de Nederlandse factie: een mix van politieke of historische feiten en fictie. Hij werkt een bestaand historisch gegeven of gebeurtenissen die tot een affaire leidden dan wel volgens hem in de doofpot dreigen te stikken uit tot een spannend verhaal waarin de authentieke feiten van even groot belang zijn als de fictieve personages en verzonnen ontwikkelingen. Het laatst deed hij dat in samenwerking met collega Corine Hartman in Doodskopvlinder waarin de crash van MH17 en de agressieve buitenlandpolitiek van de Russische president Vladimir Poetin ter sprake komen.
Ook Ross' in mei 2001 verschenen thriller Tranen over Hollandia is een schoolvoorbeeld van het genre factie. In het boek brengt Ross de lezer terug naar het begin van de jaren zestig toen de crisis rond Nederlands toenmalige kolonie Nieuw-Guinea op zijn hoogtepunt was. Van de personen die destijds bij het conflict betrokken waren, komen er acht met naam en toenaam voor in de thriller: Joseph Luns (minister van Buitenlandse Zaken), Jan de Quay (premier), Edzo Toxopeus (minister van Binnenlandse Zaken), Paul de Groot (partijsecretaris CPN), Marcus Bakker (CPN-Kamerlid), Achmed Soekarno (president van Indonesië), Abdel Haris Nasoetion (stafchef Indonesische strijdkrachten) en Willem Oltmans (journalist).
Het verhaal speelt zich af in 1962: de Nieuw-Guineacrisis is in alle hevigheid losgebarsten. Na het gezichtsverlies met Nederlands-Indië dreigt een nieuwe politieke uppercut voor Nederland. Ditmaal is er een forse aanvaring met president Soekarno over de kolonie. In Moskou is rond diezelfde tijd een delegatie van de CPN op bezoek. Een van de leden, de oud-Indiëganger Theo Geutjes, wordt in het diepste geheim door twee hoge Sovjetfunctionarissen op de hoogte gesteld van een plan om Nieuw-Guinea binnen de communistische invloedssfeer te trekken. Geutjes gelooft zijn oren niet. En evenmin zijn ogen, als een aantrekkelijke Indonesische het vertrek binnenkomt: nog even aantrekkelijk en opwindend als veertien jaar geleden, toen hij haar voor het laatst zag, naakt onder een klamboe in een hotelkamer op Java.
En dan is er nog een verhaallijn die begint in Devon. Daar daalt de 40-jarige Axel Boreel, een illustrator van vogelgidsen, de klifkusten af op weg naar zijn huis. Daar aangekomen ziet hij een auto voor zijn huis stoppen. Uit de wagen stapt 'een schim uit Boreels verleden'. Dat verleden heeft alles van doen met zijn overleden vrouw, met de Binnenlandse Veiligheids dienst en met de zorgen en woede van Luns over Soekarno's aanspraken op Nieuw-Guinea.
Ross' toenmalige uitgeverij Fontein bracht bij het verschijnen van het boek een uitgebreid persbericht uit om het belang van de thriller te onderstrepen. Zo schreef Fontein dat Ross onthullingen deed over contacten die de CPN over deze kwestie onderhield met Moskou. De CPN wilde niet dat Nieuw-Guinea onafhankelijk zou worden, maar zou toevallen aan de pro-communistische Soekarno. De Sovjet-Unie had in het diepste geheim duizend man aan troepen in Nieuw-Guinea gedropt om Indonesië te helpen bij een eventuele Nederlandse verdedigingsactie. Wanneer de Verenigde Staten hiervan op de hoogte waren geweest, dan had dat ongetwijfeld geleid tot een Aziatische 'Cubacrisis'. Ross baseerde zich op toen net gedane onthullingen uit Kremlinarchieven dat Russische soldaten vermomd als Indonesische militairen op het eiland waren geïnfiltreerd.
Op het moment van publicatie van Tranen over Hollandia was de Beweging van Vrije Papoea's weer actief geworden. Zij wilde Nieuw-Guinea losmaken van Indonesië, dat bij de machtsovername immers had toegezegd een referendum over onafhankelijkheid te organiseren. Dat referendum heeft nooit plaatsgevonden, iets wat de Papoea's nog steeds als een verraad zien. Ook de toenmalige opstelling van de Nederlandse regering viel bij hen niet in goede aarde. Zij had namelijk aan de Papoea's onafhankelijkheid beloofd, terwijl zij uiteindelijk onder internationale druk akkoord ging met machtsovername door Indonesië.
Ross' stelregel is dat in zijn boeken bestaande personen niet met verzonnen personages 'in aanraking komen'. Maar als het om bestaande personen gaat, veroorlooft hij zich veel vrijheid. De eerste alinea's van Tranen over Hollandia zijn daar een schitterend voorbeeld. Ross is er natuurlijk nooit bij geweest, maar hij beschrijft daarin een bijeenkomst van de ministerraad alsof hij zelf aan tafel heeft gezeten:
'Ze zouden die verrekte Kennedy's allebei dood moeten schieten', zei de minister van Buitenlandse Zaken. Zijn geaffecteerde stem klonk zacht en toonloos, als voor een terloops bedoelde opmerking. Hij nam ook niet de moeite op te kijken van de krant voor zich. De reacties rond de tafel waren wisselend, al zei aanvankelijk niemand van de bewindslieden iets. De uitdrukking op hun gezichten varieerde van gêne tot verbazing, van verbluftheid tot wrevel.
'Nou, nou, Jo!' zei de enige vrouwelijke minister ten slotte. 'Ik zou je willen verzoeken je taal voortaan te matigen al zijn we dan ook onder ons.'
Eerder verschenen in de serie De 77 beste Nederlandstalige thrillers:
6. De zesde mei van Tomas Ross
9. De zaak Alzheimer van Jef Geeraerts
29. Cleopatra van Felix Thijssen
35. Het lijk in de Haarlemmer Houttuinen van Janwillem van de Wetering
40. Wetland van Jacob Vis
61. Koude lente van Lieneke Dijkzeul
64. Dietz van Peter de Zwaan