Listmania /
De beste true crime van eigen bodem
Klassieker der klassiekers
Met een kleine half miljoen boeken in omloop is De ontvoering van Alfred Heineken het bestverkochte Nederlandse true crime-boek aller tijden. Neerlands bekendste misdaadjournalist Peter R. de Vries zette het verhaal van Heineken-ontvoerder Cor van Hout begin jaren tachtig op papier, tijdens diens ‘ballingschap’ (met partner-in-crime Willem Holleeder) in Parijs. De Vries vertelt daarover in een interview met Crimezone: ‘Ik zat aan een tafeltje achter mijn schrijfmachine en Cor lag op bed in mijn hotelkamer. Hij vertelde het verhaal en ik stelde vragen, vaak getriggerd door zaken die ik in het politiedossier had gelezen. Het waren hele uitputtende sessies. Toen ik naar huis ging had ik een volledige bekentenis in mijn koffer zitten. En dat terwijl hij nog terecht moest staan.’
Het boek dat uiteindelijk in 1987 verscheen betekende de grote doorbraak van de jonge Telegraaf-verslaggever. Bijna dertig jaar later en inmiddels twee verfilmingen verder (een Nederlandse en een Amerikaanse, beide overigens niet naar de zin van De Vries) spreekt het verhaal nog altijd velen aan. De ontvoering van Alfred Heineken is met recht een klassieker, en hoewel het boek veel zo niet alles betekende voor De Vries, bestempelt hij niet dát, maar Een moord kost meer levens (1994) als ‘het beste dat hij ooit heeft gemaakt’. Daarin vertelt de misdaadverslaggever het aangrijpende levensverhaal van Paul Spruit. Hij was zestien toen zijn vader in 1974 werd gearresteerd voor de geruchtmakende moorden op de 9-jarige Basje Bloemena en de 10-jarige Heleentje Isaac. Tien jaar later belandt ook Paul zelf in het gevang voor moord.
Ook boeiend: voormalig hoofdinspecteur Gert van Beek vertelt in Meneer Heineken, het is voorbij (2013) over de drie uiterst spannende weken van de Heinekenontvoering vanuit het perspectief van de Amsterdamse recherche.
Holleeder en Van Hout
De namen zijn al gevallen. Willem Holleeder en Cor van Hout. Na hun gevangenisstraf voor de ontvoering van Heineken en diens chauffeur groeiden ze uit tot de belangrijkste criminelen van ons land en met name Holleeder werd daarmee een geliefd onderwerpen voor true crime-schrijvers. Meest recent verscheen het boek Verraad, de misdaadbiografie van Holleeder. NRC-journalist Jan Meeus werkte zich door een indrukwekkend aantal politiedossiers heen en slaagde er in daar een helder verhaal uit te distilleren. Holleeder is een meester-manipulator, gevaarlijk voor iedereen die in de weg stond (of staat) bij zijn zoektocht naar geld en macht in de Amsterdamse onderwereld. Crimesite noemt Verraad ‘een doorwrocht en knap gecomponeerd onderzoeksjournalistiek boek’. Ook journalist Auke Kok stortte zich op Holleeder, maar dan op de jaren voordat hij de boeken in zou gaan als een van de Heineken-ontvoerders. Matthijs van Nieuwkerk noemde Holleeder, de jonge jaren in de Wereld Draait Door ‘een fascinerende geschiedenis van hoe de kleine Wimpie de keiharde Willem Holleeder werd’.
In 2008 publiceerden John van den Heuvel en Bert Huisjes hun versie van het misdadige leven van Willem Holleeder onder de titel Tijdperk Willem Holleeder. Eerder dit jaar verscheen een geactualiseerde versie van het boek.
Collega-ontvoerder en ‘mastermind’ Cor van Hout werd op 24 januari 2003 op klaarlichte dag geliquideerd. Het zou echter nog meer dan tien jaar duren voordat het eerste soloboek over Van Hout verscheen: Cor, opgetekend door Hendrik Jan Korterink. De misdaadjournalist ontmoette Cor van Hout voor het eerst in 1986, in augustus 2000 voor het laatst. Hij baseerde zijn verhaal op de vele gesprekken met zijn familie (zus Laura en broer Ad, halfzus Nancy en halfbroer Martin), zijn vele vrienden en mede-ontvoerders Frans Meijer en Martin Erkamps. Zo krijgt de lezer een aardig beeld van de sociale omgeving en de armoede waarin Van Hout opgroeide en zijn pad naar de criminaliteit.
Ranking the criminals
Onder de titel Crime Top 100 publiceerde de redactie van Crimesite eind mei dit jaar een overzicht van ‘de meest ernstige strafbare feiten, markante personen en gebeurtenissen uit de criminele geschiedenis van Nederland sinds 1975’. Anders dan je bij de titel zou vermoeden is het alles behalve een ‘eregalerij’ van misdadig Nederland. Zo vinden we er niet alleen de bekende criminelen als Bruinsma, Holleeder, Van Hout, Mieremet en Martha, maar bijvoorbeeld ook Pim Fortuin-moordenaar Volkert van der G., Joran van der Sloot en Desi Bouterse. Een mooi en bij vlagen verrassend naslagwerk van de mensen achter Crimesite, die drugsbaron Klaas Bruinsma op nummer 1 van de ranglijst plaatsten.
Bruinsma wordt dan ook gezien als dé grondlegger van de georganiseerde misdaad in Nederland. Eind jaren tachtig leidde hij het grootste en gewelddadigste misdaadsyndicaat dat ooit in Nederland actief is geweest, met divisies voor moord, drugs en beleggingen. De Bruinsma-organisatie wordt verdacht van circa tien liquidatiemoorden. In juni 1991 werd ‘de Dominee’, zevenendertig jaar oud, voor het Amsterdamse Hilton Hotel geliquideerd. Parool-verslaggever Bart Middelburg vertelt in De dominee (1992) uitvoerig over de opkomst en ondergang van de eerste echte Nederlandse godfather. Regisseur Gerrard Verhage maakte op basis van Middelburgs verhaal de film ‘De Dominee’, waarin hij - onder druk van Bruinsma’s opvolger Etienne Urka - de namen van de hoofdrolspelers veranderde. Acteur Peter Paul Muller speelde hierin de rol van de godfather, in de film omgedoopt tot Klaas Donkers. Vlak voor de verschijning van de film in 2004 kwam Vrij Nederland-journalist Marian Husken met het boek In de ban van Bruinsma, ‘een goed gedocumenteerd, vlot geschreven, boeiend portret van een kleurrijke, charismatische topcrimineel’. In 2011 verscheen van de hand van misdaadjournalist Hendrik Jan Korterink een derde boek over Bruinsma, getiteld De BV Bruinsma, waarin hij zich met name richt op de jaren tussen de moord op Bruinsma in 1991 en de moord op vastgoedmagnaat Willem Endstra in 2004.
Bank van de onderwereld en moordmakelaar
Het bruggetje van Bruinsma naar Endstra is snel gemaakt. Na diens liquidatie in 2004 werd al snel bekend dat hij, ‘de bank van de onderwereld’, in het geheim met de politie sprak in een geblindeerde BMW. In de gesprekken verklaarde Endstra te worden afgeperst door Willem Holleeder. In de rechtszaak tegen Holleeder, die begon in mei 2006, werden de tapes door het Openbaar Ministerie opgevoerd als bewijsmateriaal. De uitgeschreven gesprekken kwamen echter nog voor het proces in handen van verschillende journalisten, waaronder die van Het Parool, Bart Middelburg en Paul Vugts. Zij lieten ‘de achterbankgesprekken’ in boekvorm verschijnen, De Endstra-tapes (2006). De tapes vormen een uniek document in de geschiedenis van de georganiseerde misdaad in Nederland. Ze geven ook een onthullend, soms ontluisterend inzicht in de manier waarop CIE-rechercheurs hun informanten ‘runnen’.
In 2008 verscheen Stille Willem van onderzoeksjournalist Harry Lensink, waarin hij het verhaal vertelt van de steenrijke vastgoedhandelaar die door zijn eigen toedoen verstrikt raakte in een crimineel web waaruit ontsnappen onmogelijk leek. Jarenlang had hij in het verborgene hand- en spandiensten verricht voor kopstukken uit het Nederlandse misdaadcircuit. Het leverde hem de bijnaam ‘bank van de onderwereld’ op en uiteindelijk een paar kogels.
Na Endstra was er nog iemand die uit de school zou klappen: kroongetuige en ex-moordmakelaar Fred Ros. Hij was de troefkaart in het grootste misdaadproces uit de Nederlandse geschiedenis: het Passageproces. Hij werd zelf tot dertig jaar veroordeeld wegens het regelen van huurmoordenaars, vluchtauto’s en wapens in opdracht van de onderwereld. Van het OM krijgt hij 15 jaar minder celstraf en een nieuwe identiteit als hij verklaart tegen zijn oude opdrachtgevers. Hendrik Jan en Anna Korterink vertellen in Moordmakelaar het verhaal over deze Fred Ros, die Holleeder aanwees als opdrachtgever voor de liquidatie van Cor van Hout. In exclusieve interviews met vele betrokkenen en reportages ter plekke schetsen de auteurs de achtergronden van het Passageproces. Zij weten veel onbekende details te onthullen over de zaken die Ros verklaart.
Amsterdamse onderwereld, Haagse penoze en Mocro Maffia
We sluiten af met een drietal boeken die de reikwijdte, maar ook de verandering van de poldermaffia inzichtelijk maakt. De oorlog in de Amsterdamse onderwereld (2006), eveneens van Parool-duo Middelburg/Vugts, beschrijft de intrede van een nieuwe generatie criminelen in de Amsterdamse onderwereld in de jaren 80 en 90 terwijl de kopstukken van de Hollandse netwerken uitgroeiden tot Bekende Nederlanders: Bruinsma, Klepper, Mieremet, Van Hout en Holleeder, die zich meer en meer toelegden op onderlinge afpersing en ‘ripdeals’. Tot in 2000 een gangsteroorlog uitbrak die jaren zou aanhouden, en uitmondde in een ongekende liquidatiegolf in zowel de boven- als de onderwereld.
Omdat het keurkorps aan misdaadjournalisten zich vooral rondom de Amsterdamse BN-maffia beweegt, zocht misdaadjournalist Hendrik Jan Korterink de relatieve rust op van de Haagse criminaliteit. Minder bekend dan de Amsterdamse onderwereld, maar minstens zo ‘groot’ en gewelddadig, verklapt de flaptekst van Haagse Penoze (2015). In het boek tekent Korterink het verhaal op van Hagenees Nico van Empel, die hand- en spandiensten verleende aan oplichters en moordenaars en over de ‘vrije jongens’ in de rosse buurt, in de gokwereld, in de drugshandel en in het vastgoed.
Inmiddels is de Amsterdamse onderwereld allang niet meer het domein van de Hollanders. In Mocro Maffia (2014) schetst het journalistenduo Wouter Laumans (Panorama, Nieuwe Revu) en Marijn Schrijver (AT5, Nieuwe Revu) het inside-verhaal over de opkomst van een nieuwe generatie zware criminelen, de Mocro Maffia. Een paar jaar geleden trokken ze gezamenlijk door het land om juweliers te beroven, nu vermoorden ze elkaar met zware wapens in de strijd om cocaïnemiljoenen. En dat doen ze niet alleen in Amsterdam, maar door heel Nederland en zelfs tot in België en Marokko is het oorlog. In de Marokkaanse onderwereld in Nederland strijden geld, ambitie, hoogmoed en verraad om voorrang. Dit ‘wereldje’ bestaat uit kleine groepen en gelegenheidscoalities. Maar met grote conflicten. Centraal staan de bendes rond Gwenette Martha (in 2014 slachtoffer van een brute liquidatie) en Houssine Ait S. en Benaouf A.
‘Fedeli sono i cani’, luidt het motto van Mocro Maffia, oftewel ‘Trouw zijn alleen honden’. Dit citaat van Salvatore ‘Totò’ Riina, de baas der bazen van de Siciliaanse maffia, laat er geen misverstand over bestaan: je kunt geen mens vertrouwen.
Verwachte true crime
De grote man van de poldermaffia
Journalist Denise Mosbach wist door te dringen tot de inner circle van topcrimineel Stanley Marshall Hillis, Neerlands Capo di tuiti capo, de grote man van onze poldermaffia. Hillis werd verdacht van beroving, afpersing, moord, drugshandel en witwassen en zat vast voor een bankoverval, maar wist uit de gevangenis te ontsnappen. Op 21 februari 2011 werd Hillis geliquideerd onder toeziend oog van justitie. De daders wisten te ontkomen.
Hillis staat ook centraal in De kouwe ouwe van Martijn Haas en Vico Olling. Zij laten zien in hun boek zien welk sluw spel deze beruchte crimineel jarenlang speelde, en schetst daarmee tevens dertig jaar Nederlandse misdaadgeschiedenis.
Stanley Hillis verschijnt 18 januari bij uitgeverij Nieuw Amsterdam. De kouwe ouwe (uitgeverij Lebowski) verschijnt drie dagen later.
Never-ending story
Op 9 januari 1994 werd de 23-jarige Christel Ambrosius verkracht en vermoord in het huis van haar oma in de Gelderse plaats Putten. Wilco Viets en Herman du-Bois werden in 1995 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 jaar. Ze kwamen in 2002 vrij en werden in hoger beroep alsnog vrijgesproken. Zes jaar later werd een nieuwe verdachte, Ronald P., schuldig bevonden. Hij kreeg 18 jaar. De Puttense moordzaak staat vanwege de onterechte veroordeling van Viets en Du Bois bekend als een van de grootste gerechtelijke dwalingen van de laatste decennia in Nederland.
Deze maand verschijnt het persoonlijke verhaal van Anja du-Bois, vrouw van de onterecht veroordeelde Herman du-Bois. Terwijl haar man veroordeeld wordt en voor jaren onterecht de gevangenis in gaat, probeert Anja haar gezin draaiend te houden.
Noot meer hetzelfde van Anja du-Bois en Marlou Roossink verschijnt op 19 januari bij uitgeverij De Fontein.
Opkomst en ondergang van de cocaïnebaronnen
Journalist Nico Verbeek (1961) woont al ruim 20 jaar in Colombia waar hij getuige was van de opkomst van de drugskartels. Op geen enkel moment in de geschiedenis was de macht van drugsbaronnen zo groot als in het Colombia van de jaren '80 en '90. De corrumperende macht van de narco's bepaalde het leven van meer dan een generatie Colombianen. In Medellín en omstreken werden deze nieuwe rijken de mágicos genoemd, de duivelskunstenaars.
Het kartel van de narcos vertelt het onvoorstelbare verhaal van de generatie topcriminelen (Escobar, Gacha en Lehder) die er gedurende twee decennia in slaagden hun wil op te leggen aan een compleet land en ervoor zorgden dat Colombia te boek kwam te staan als het gewelddadigste land ter wereld.
Het kartel van de narcos verschijnt half februari bij Just Publishers.