De favorieten van Deon Meyer

Mijn zeven favoriete boeken allertijden? Dat is een onmogelijke vraag om te beantwoorden, omdat het voor mij onmogelijk is om, bijvoorbeeld, het werk van J.M. Coetzee te vergelijken met de perfecte politieprocedures die worden beschreven in het werk van Ed McBain. Of het geweldige non-fictieve werk Stalingrad van Anthony Beevor met het werk van David Walker, Steven Pinker of John Wyndham.

Ik heb favoriete thrillers, non-fictie boeken, wetenschappelijke boeken en science-fiction boeken. Maar ook favoriete verhalen die behoren tot een periode uit mijn leven: van mijn tienertijd tot mijn leven vandaag de dag. 

Om deze boeken terug te brengen tot één lijst voelt voor mij als ontrouw naar alle schrijvers die me al jarenlang plezier hebben gegeven om te lezen. Maar ik moet kiezen! Ik beperk me deze keer alleen tot fictie en ik moet opmerken dat ik een liefde voor nostalgie heb. Zeven favorieten op geheel willekeurige volgorde:

Imperium van Robert Harris

Op zijn eenentwintigste heeft Marcus Cicero slecht één levensdoel: heerschappij over de Romeinse staat, imperium. In zijn adembenemende literaire thriller beschrijft Robert Harris hoe Cicero uitgroeit tot de meest briljante en welbespraakte advocaat uit de geschiedenis.

Single & Single van John le Carré

Twee families, een Engelse en een Russische, en twee misdadige vaders en hun nakomelingen. Een fascinerend verhaal over de morele standaards van het moderne bedrijfsleven en de totale versmelting van het reguliere zakenleven en de misdaad.

Tien plus één van Ed McBain

Een aantal schijnbaar onsamenhangende moorden door een sluipmoordenaar plaatst de politie voor grote problemen.

Het diepblauw vaarwel van John D. MacDonald

In Het diepblauw vaarwel trekt Travis McGee zich het lot aan van Cathy Kerr die door Junior Allen helemaal is leeggezogen en vertwijfeld en wanhopig is achtergelaten. Travis zou McGee niet zijn als hij haar niet zou wreken. Voordat hij dat kan doen moet eerst Allen boven water komen zodat McGee ook zijn deel van het gestolen goed kan opeisen.

Geordie van David Walker

Geordie, het verhaal van een kleine jongen die er alles aan wil doen om groter te worden. Hij legt zich toe op The Samson manier, dat hem uiteindelijk naar de Olympische Spelen zal brengen.

Muiterij op de Caine van Herman Wouk

De pas afgestudeerde jonge Luitenant ter Zee, Willis 'Willie' Keith, krijgt de opdracht zich te melden aan boord van de USS Caine, een oud afgeleefd marineschip dat nog uit de Eerste Wereldoorlog stamt en onder bevel staat van Kapitein DeVriess. Op een dag wordt deze bevelhebber echter vervangen door de zeer strenge Kapitein Philip Francis Queeg die de marine-regels aan boord wil naleven tot in het kleinste detail. Dit leidt al gauw tot conflicten onder zijn bemanning en officieren waaronder Luitenant Tom Keefer en Luitenant Steve Maryk. Als zijn bevelen absurde vormen gaan aannemen en hij eigen falen met leugens wegmoffelt, gaat men sterk twijfelen aan zijn psychische gesteldheid.

Jennie van Paul Gallico

Jennie is het verhaal van het achtjarig jongetje Peter, dat 'ernaar verlang had een poes te hebben zolang hij zich kon herinneren, en dat was lang, van zijn vierde jaar af'.