De Top Tien van Hebbanrecensent Tanja

1. Dief van de tijd (Schijfwereldserie) – Terry Pratchett
De Schijfwereldserie (Discworld in het Engels) behelst momenteel 40 boeken en verschillende films en series. Het speelt zich af op een platte, ronde wereld, die op de ruggen van vier olifanten ligt die weer op een schildpad staan. Qua setting praten we over een wereld aan het eind van de middeleeuwen, waar tovenaars, draken, goden en mythologie deel van het dagelijkse leven zijn. Terry Pratchett beschrijft verhalen die vaak erg dicht bij de problemen komen die zich voordoen op onze globe, met veel gebruik van humor.

2. De bende van Anansi – Neil Gaiman
Ik heb de boeken van Neil Gaiman leren kennen door zijn samenwerking met Terry Pratchett (Hoge Omens). Zijn werk heeft vaak een donker tintje en laat een wereld zien waarin iedereen zijn best doet om te overleven. De protagonisten zijn niet perfect, en hebben vaak geen flauw idee waar ze in terecht zijn gekomen, maar proberen het beste ervan te maken. Vaak met ‘hulp’ van bovennatuurlijke wezens en goden. Andere favorieten zijn Niemandsland en American Gods.

3. Belgarath de Tovenaar – David Eddings
David Eddings heeft een reeks gecreëerd waarin hij de geschiedenis van zijn wereld en met name het koninkrijk Riva beschrijft vanuit verschillende gezichtspunten. De rode draad wordt gevormd door het geslacht Van Riva, de tovenaar Belgarath en zijn dochter Polgara, en hun queeste om de Orb van de god Aldur veilig te houden van zijn broer Torak. De boeken zijn doorspekt van humor en zijn vooral lekkere weglees-boeken: verstand op nul en lekker doorlezen met een kop thee erbij. Belgarath is een oude brombeer die zo goed als de hele geschiedenis van de Orb heeft meegemaakt. Hij is liever lui dan moe en mijn favoriete personage uit deze serie.

4. Het Noorderlicht – Philip Pullman
Philip Pullman heeft een trilogie geschreven over Lyra, een meisje dat in Oxford woont in een parallele wereld waar iedereen een daemon heeft, een wezen in de vorm van een dier waar ze hun leven mee delen. De boeken zijn fantastisch en fascinerend met tijdloze thema’s over macht en vriendschap. Lyra zelf is nog een kind en Pullman richtte zich bij het schrijven op een breed publiek, van kinderen tot volwassenen. De verschillende lagen in het verhaal zorgen dat iedereen zich door deze boeken aangesproken kan voelen, hoewel bepaalde dingen voor jonge kinderen mogelijk wat eng zijn of hen volledig over het hoofd gaan.

5. De Magiërs – Lev Grossman
Iedereen kent Hogwarts, maar ken je Brakebills ook? Quentin was als kind al helemaal gefixeerd op Fillory, een fictieve wereld die te vergelijken is met Narnia. Na zijn middelbare school wordt Quentin uitgenodigd voor een intake test op Brakebills, een soort universiteit voor magie. Brakebills is moeilijk en de prijs voor het leren van magie is hoog, maar het is het waard, want wie wil er nou geen magiër zijn? Maar lost dit nou echt al Quentins problemen en twijfels op? The Magician King en The Magician’s Land, deel 2 en 3 van de trilogie, volgen de lotgevallen van Quentin en zijn vrienden na Brakebills.

6. Draken van de Herfstschemer – Weis en Hickman
Weis en Hickman hebben een wereld gecreëerd vol met fantastische personages, waar we een vreemde groep avonturiers volgen op weg om hun wereld te redden van de indringers. De schrijfstijl is doorspekt met humor, maar spreekt ook meer serieuze onderwerpen aan, zoals broederliefde en hoe ver iemand kan gaan om te bereiken wat hij wil. Ook een serie voor een koude winteravond, een dekentje en een kopje thee op de bank.

7. De Hongerspelen – Suzanne Collins
Populariteit bij het grote publiek betekent in mijn ogen vooral dat een boek goed wegleest, niet persé dat het te simpel is of geen boodschap heeft. Een voorbeeld is de Hongerspelen. De boeken zijn donkerder en harder dan de films, en geven een wereld beeld waar je niet vrolijk van wordt. Na een grote oorlog laat de winnende partij 24 kinderen uit 12 districten per jaar strijden tot de dood, om nog even aan te geven wie de verliezers ook al weer waren. Katniss is één van deze 24, een jonge vrouw die nadenkt bij wat ze doet en die nu moet vechten om te overleven.

8. The Stepsister Scheme – Jim C. Hines
En ze leefden nog lang en gelukkig… het klinkt zo logisch, maar is het echt zo? Jim C. Hines heeft nog wel eens de neiging om een minder conventioneel vertelpunt te nemen, en gaat hier verder waar de sprookjes ophouden. En dan hebben we het niet over de Disney-versie van de sprookjes. Dit eerste boek gaat over Assepoester, die haar prins moet redden met behulp van Sneeuwwitje en Doornroosje, die beide niet bepaald lieve prinsesjes zijn die de hele dag zitten te borduren.

9. Leerling en Meester – Robin Hobb
Leerling en Meester (Assassin’s Apprentice) is het eerste deel van de Zieners-trilogie. Fitz wordt als klein kind naar de burcht gebracht met de mededeling dat hij een bastaard van de kroonprins is die zijn moeder heeft verloren. De trilogie volgt het leven van Fitz vanaf dit punt, waarbij hij veel leert over zichzelf, het leven en de intriges aan het hof en hoe oneerlijk het leven soms is. Al snel blijkt er een taak voor hem weggelegd, die misschien minder glorieus is dan Fitz had gewild.

10. Allerzielen – Deborah Harkness
Deborah Harkness heeft geprobeerd een boek te schrijven waarin zowel hekserij als vampiers en demonen werden verklaard door de wetenschap. En waarin werd verklaard waarom dit niet bekend is bij het grote publiek. Voeg een verloren manuscript toe, een heks die geen heks wil zijn en een wetenschapper die toevallig ook vampier is, en je krijgt de Allerzielentrilogie. Een volwassen en intelligente versie van de vampierboeken die tegenwoordig zoveel voorkomen. En aangezien het geschreven is door een geschiedenisprofessor, kan je je verheugen op kloppende historische details en intrigerende historische en niet-historische personages.