De trendwatcher #4 - Waar wij deze voorjaarsvakantie warm voor lopen
Even voorstellen...
Na twintig jaar uitgever te zijn geweest, heb ik sinds kort een nieuwe rol. Ik ben trendwatcher, of liever gezegd: TIO, trendwatcher in opleiding, aan de Rozenbrood Trendacademy in Amsterdam.
Dat betekent dat beeld voor het eerst in mijn leven belangrijker voor me is dan woord. Dat betekent dat ik moet kijken en niks mag vinden van wat ik zie. Best lastig voor iemand die altijd zijn mening klaar heeft. En dat betekent dat ik niet mag praten met en niet mag luisteren naar mensen – help, ik heb het netwerken juist onder de knie – maar dat ik mensen moet observeren. Zodra ik met ze praat, ben ik marktonderzoeker geworden, en is mijn trendwatchen ‘verpest’. Helemaal uit mijn comfort zone begin ik dus als 45-jarige aan een compleet nieuwe carrière.
Of toch niet? Ik ben een boekenfreak, en dat zal ik altijd blijven. Boekenvak-trendwatcher (in opleiding) is het dus geworden. Ik begeef me tussen de boeken en de boekenvakkers en de lezers, maar ik kijk om ze heen en door ze heen op zoek naar de boekentrends van morgen. Want een trendwatcher is een soort archeoloog: ik zoek scherven. Scherven, die me naar de toekomst leiden.
Voor de mensen die me niet kennen, ik ben dus diegene die op beurzen en borrels niet met je praat en al helemaal niet naar je luistert!
Over waanzinnige boomhutten, de LEGO Batman film en Ikigai
Het is voorjaarsvakantie, mijn tienjarige is elf dagen vrij - en het regent. Volgens de voorspellingen gaat het weer de rest van de vakantie niet opknappen ook. Niks lentewandeling, lang buitenspelen en een eerste terrasje. En toch is onze vakantie nu al een groot succes. Zoon en ik keken reikhalzend uit naar de twee hoogtepunten van dit voorjaar: het verschijnen van De waanzinnige boomhut van 78 verdiepingen en de première van De LEGO Batman film. Ik weet niet wie zich er meer op verheugde: hij of ik. En dat is knap, dat je boeken en films weet te maken die ouders bijna nog leuker vinden dan hun kinderen. Met lekker veel laagjes en verwijzingen. Voor elke generatie een eigen knipoog. Wat is het geheim van deze film en de boomhut-serie? Welke trends spelen daar een rol? Dat kan ik alleen maar duiden door middel van een ander hebbeding-boek, waarvan in ieder geval de bloesem op het omslag een voorjaarsgevoel geeft: Ikigai.
De waanzinnige boomhut
Er zijn nogal wat boeken die zoonlief leuk vindt, zoals Het leven van een loser, Dummie de Mummie en De verschrikkelijke badmeester. Ik begrijp ook waarom: ze zijn grappig. En er zijn kinderboeken die ik uit weemoed koop, zoals de prachtige heruitgave van Alleen op de wereld. Maar er is maar een serie, waarbij we allebei niet kunnen wachten op een nieuw deel en dat is De waanzinnige boomhut. Bij deel 1 raakten we verslaafd en die verslaving neemt steeds ergere vormen aan. We stoppen geeltjes op elk 1/8 deel van het boek, dat zijn stop-met-lezen-of-het-is-weer-te-snel-uit signalen, en die negeren we vervolgens. We maken ruzie over wie de tekst voorleest en wie de tekstballonnetjes in de illustraties. En we riepen dit keer hardop ‘We gaan echt niet op elke pagina de KOE zoeken!’, maar we doen het toch.
De boomhut, een combinatie van oud en nieuw: de romantiek van een boomhut buiten en lekker spelen zonder toezicht van ouders, en tegelijkertijd de snufjes van de moderne technologie, met bijvoorbeeld een combineermachine waar je allerhande dieren en spullen in kunt mixen – zodat je met een druk op de knop een elektrihoorn krijgt (een sidderaal met een eenhoorn dus – wel even je fantasie gebruiken!). Boeken waarin volwassenen weer kind zijn, en de lezers de kinderen die hun hart vast houden bij het onverantwoordelijke gedrag van de meerderjarige hoofdpersonen. De omkering en overdrijving en absurde humor die we kennen van Monty Python in de mix met de graphic novels van nu. Een formule die wel moest slagen.
En toch is de ware reden van het succes volgens mij een andere. Er zijn hier een tekenaar en een auteur aan het werk gegaan met hun hobby en hun passie. Ze moeten ongelooflijk veel lol hebben gehad bij het bedenken van elke verdieping van de boomhut. Terwijl ze blauw lagen om elkaars ideeën en hun fantasie de vrije loop lieten, zonder te letten op deadlines van uitgeefbonzen en strenge redacteuren, werkten ze in een flow samen. In volle vaart bedachten ze het ene na het andere krankzinnige verhaal in een format dat uitdijde tot inmiddels 78 verdiepingen en zes delen. En net toen ze serieus bedachten dat ze toch eigenlijk aan het werk moesten om hun brood te verdienen, bleek er een boek te liggen. Net zoals in de boomhut zelf, waar Andy en Terry alleen doen waar ze zin en lol in hebben, terwijl ze meneer Grootneus, de uitgeefdirecteur, zoveel mogelijk ontlopen, maar zo ongemerkt een boek vol schrijven en dus de deadline halen. Dat plezier is echt en dat spat van de pagina’s af. In een tijd waarin we snakken naar authenticiteit, oprechtheid en passie, en een broertje dood hebben aan fake, komen deze boeken als geroepen. Ze zijn met veel plezier en liefde gemaakt. Dat voelen we. Zodra wij thuis het boek openslaan, stroomt die passie en lol ook ons leven binnen en vergeten we te koken en wordt bedtijd een rekbaar begrip.
Lees verder op pagina 2