Interview /
De vijf w’s volgens… Paulien Cornelisse
Wie denkt Paulien Cornelisse wel dat zij is?
‘Ik zit meteen disproportioneel lang na te denken over het antwoord op deze vraag, haha. Want wat is ‘zijn’ eigenlijk? Nou goed, komt ‘ie: Ik ben cabaretier en schrijver en ook nog vriendin en moeder en dochter. Ik doe wat ik het liefste doe.’
Wat heb jij met cavia’s? Wat heb jij met het kantoorleven?
‘Ik heb nooit een cavia gehad, wij hadden vroeger thuis katten. Ik vind dat cavia’s iets schrikachtigs en passiefs hebben; mijn hoofdpersoon Cavia heeft die karaktertrekken ook. Met het kantoorleven heb ik wel enige ervaring. Ik heb gewerkt op een filiaal van ABN Amro, en ook bij het maandblad J/M. En bij Folia, het blad van de UvA. Eigenlijk allemaal wel positieve ervaringen, behalve de ABN. Ik bedenk net dat ik ook nog secretaresse ben geweest op een advocatenkantoor. Ik verdring dat omdat ik te slecht was in het werk. Er was een kopieermachine die zelf een stapel papier kon invoeren. Maar dan moest je wel eerst de nietjes eruit halen. Dat ging vrij vaak fout.’
Waar was je toen je bedacht dat je een verhaal over een verwarde cavia wilde schrijven?
‘Ik geloof gewoon thuis. Ik weet het niet meer precies. Maar het was eind 2012 of begin 2013. Toen zou Wie is de mol bijna op tv komen, en ik was een beetje angstig over alle exposure die daarbij zou horen. Ik had behoefte om iets heel anders te doen. Toen besloot ik te schrijven onder pseudoniem. En dat werkte. Ik voelde veel vrijheid en had een soort schaduwleven.’
Wanneer is taal zeg maar echt jouw ding?
‘Ehm, heel erg vaak eigenlijk. Ik hou van luisteren naar andere mensen. En dan denk ik na over waarom iets mij ontroert of waarom ik iets grappig vind klinken.’
Waarom een boek over een verwarde cavia die op kantoor werkt? En bijvoorbeeld geen konijn met drie poten, een muis waarvan de tanden zijn getrokken of een hyperactieve hamster?
‘Zoals ik al zei: een cavia heeft mijns inziens iets passiefs en schrikachtigs, en dat past goed in een kantooromgeving. Een kat zou waarschijnlijk gewoon haar eigen gang gaan. Die zou zich niet laten opnaaien door het vervelende hoofd van de HR-afdeling. Een konijn zou waarschijnlijk niet neurotisch genoeg zijn om de steken onder water van het hoofd financiën op te pikken. Een cavia wel.’
En dan nog iets…
Wanneer vind jij dat je als auteur geslaagd bent?
‘Als ik iets gemaakt hebt waarvan ik zelf denk: ja, dit was ongeveer wat ik voor ogen had.’
(c) Auteursfoto: Tessa Posthuma de Boer.