De Vrienden van Hebban #13: Marieke Scheers
‘Mijn naam is Marieke en ik ben getrouwd met David en heb twee kinderen – Tobias (18) en Jasmijn (16) – en nog een kat Teigje in huis. Ik werk 28 uur per week in ons eigen bedrijf. Ik ben een veel- en alleslezer. Waren het vroeger vooral thrillers, nu zijn het (feelgood) romans die ik achter elkaar verslind. Ook niet zo heel gek, want sinds vorig jaar ben ik een van de 10 van de Feelgood Club op Hebban. Om toch nog wat bank-zitten-en-lezen te compenseren, loop ik een keer per week een paar kilometer hard, gecombineerd met een luisterboek. Want elke minuut die ik aan boeken kan besteden, benut ik ook optimaal.’
Voor mij is het beste boek allertijden:
‘Vraag 1 is gelijk een dilemma en ik ga waarschijnlijk tegen alle regels in en noem er twee. De eerste is mijn favoriete jeugdboek: Kruistocht in spijkerbroek van Thea Beckman. Wat een avontuurlijk boek was dat. Mijn liefde voor lezen heeft zeker te maken met die schrijfster. Het beste boek allertijden is een van mijn andere favoriete schrijfster: Agatha Christie en dat boek is Tien kleine negertjes, nu ook uitgeven als Toen waren er nog maar... Dat boek zit zo goed in elkaar, de plot is verrassend, de personages zijn echt en het verhaal is werkelijk tijdloos.’
Ik zou de volgende auteur weleens willen ontmoeten:
‘Het zou lastig worden, want ze is overleden, maar ik had graag Thea Beckman nog een keer gesproken. Toen ik een jaar of twaalf was, zat ik in de kinderjury en bij de afsluiting van dat jaar kwam zij in de bibliotheek. Het was heel bijzonder, maar dat heb ik me achteraf pas gerealiseerd. Ik zou nu heel graag met haar op een terrasje gaan zitten, met een high tea en dan maar praten over boeken en schrijven en lezen.’
Zo ziet mijn ideale leesdag eruit:
‘Ik ben een vroege vogel. Soms ben ik zo vroeg wakker dat ik mijn ereader maar pak en een stuk lees (een goed begin is het halve werk). Daarna moet er toch echt iets gedaan worden in huis, maar zodra ik kan plof ik neer op de bank (of bij mooi weer op de loungeset buiten) met een pot thee en wat lekkers. En dan blijf ik het liefst de hele dag zitten met een stapel boeken om me heen. Lekker afwisselen. En zo kan ik echt heel lang blijven zitten!’
Ik hecht totaal geen waarde aan dit boek:
‘Zelfhulpboeken, ik kan daar echt helemaal niets mee. Misschien heb ik geluk en heb ik het ook niet nodig, maar het oplepelen van lijstjes en tips gaat totaal aan mij voorbij. Onlangs toch weer een exemplaar onder ogen gehad, correctie, in mijn oren gehad. Een zelfhulpboek als luisterboek... Ik hoop dat ik het snel compleet vergeet.’
Naar dit boek kijk ik enorm uit:
‘Onlangs stond er een interview in het AD met Marlies Kieft, moeder van een dochter met Downsyndroom. Zij schreef het boek Anders mooi, over haar dochter. Er was ook een stukje uit het boek geplaatst. Dat raakte me zo, dat ik het boek direct heb besteld. Het ligt dus al klaar. Ik ga het lezen als ik er echt de tijd voor heb, zodat ik het verhaal helemaal tot zijn recht kan laten komen.’
Mijn boekenkast is ingedeeld op:
‘Deels op kleur, maar dat was toen we een paar maanden geleden eindelijk onze boekenkast kregen. De meeste boeken staan nog wel op kleur, maar alles wat daarna binnen is gekomen is voornamelijk ingedeeld op beschikbare ruimte. Dat laatste is er steeds minder, zo gek.’
Dit boek geef ik vaak cadeau:
‘Mag ik deze vraag ombuigen naar welk ik boek ik vaak tip? Ik geef wel eens een boek cadeau, maar het is nooit hetzelfde boek. Maar als boekentip, tip ik vaak Voor wie ik heb liefgehad van Marcel Vaarmeijer. Zo mooi, zo vol liefde en humor, maar ook met een dosis drama en heel mooi geschreven. Mag ik de vraag niet ombuigen? Nee, dan ga ik gewoon dit boek voortaan als cadeau weggeven, opgelost.’
Dit boek zouden ze echt moeten verfilmen:
‘Ik hou me niet echt aan de vragen geloof ik, want het boek dat ik hiervoor kies is al verfilmd. Ik doe weer lekker eigenwijs en creatief en buig de vraag om naar van welk boek ik de verfilming nog graag wil zien. Het is namelijk Het meisje met alle gaven van M.R. Carey. Dat boek was zo'n verpletterende verrassing, dat ik na het lezen echt nog een tijdje heb stilgezeten en het heb moeten laten inwerken. Zou dat in de film net zo over komen? Ik durf eigenlijk niet te gaan kijken.’
Het slechtste boek dat ik ooit las is:
‘Dat is toch niet iets dat je je wilt herinneren? Helaas is het wel blijven hangen. Het is In het wild van Nadja Hupscher. Het klonk zo leuk, de schrijfster die onderweg of in restaurants gesprekken oppikt en dat gebruikt voor haar verhaaltjes. Geweldig concept, maar waardeloos uitgewerkt, onsamenhangend en gewoon echt heel erg slecht.’
Zo zorg ik ervoor dat lezen leuk blijft:
‘Afwisseling! Dat is echt mijn manier om het leuk te houden. Ik lees verschillende boeken tegelijk, steeds een stukje uit het een, daarna weer wat uit een ander. Sommige verhalen zijn zo intensief, dat ik die niet achter elkaar door kan lezen, maar door af te wisselen is dat geen probleem meer.’
Volgende week:
‘Ik nomineer Rita Leyman, haar heb ik een paar keer getroffen in leesclubs, o.a. de luister-leesclub van Sonja Barend. De luisterboeken zijn voor haar een uitkomst, want zij luistert terwijl ze administratie doet voor haar eigen apotheek. Dat is mij nog nooit gelukt, dus ben ik erg nieuwsgierig hoe ze dat toch doet. Het lijkt me erg leuk om meer te weten te komen over haarzelf en haar leesvoorkeuren.’