De Vrienden van Hebban #8: Inge Drewes
‘Ik ben Inge, ik ben 56 jaar, ik woon in Haarlem en ik werk fulltime als onderwijsinspecteur. Ik lees altijd en overal. In de trein, in bed en op het strand. Ik hou vooral van Nederlandse en Engelstalige literatuur, van biografieën en van reisverhalen. Leesclubs: daar heb ik wel wat mee. Ik ben al jarenlang trouw lid van een ‘live’ leesclub. En een aantal jaren geleden heb ik zelfs een boek geschreven over ‘Lezen en leesclubs’. Natuurlijk heb ik inmiddels ook een aantal malen met een Hebban-leeclub meegedaan. Met veel plezier, want wat doet iedereen enthousiast mee, zeg (zelfs als het een slecht boek is).’
Ik zou de volgende auteur weleens willen ontmoeten:
‘Alice Munro. Haar korte verhalen zijn verbijsterend goed, ze raken de menselijke kern heel precies en elk woord is afgewogen. Ik zou haar willen ontmoeten omdat ze me zo’n wijze, rustige vrouw met humor lijkt.’
Zo ziet mijn ideale leesdag eruit:
‘Ik reis voor mijn werk het hele land door. Mijn ideale leesdag begint dus al ’s morgens vroeg in de trein. Heel fijn als het een lange reis is, dan kan ik zowel de heen- als de terugweg lang lezen.’
Ik hecht totaal geen waarde aan dit boek:
‘Het klinkt misschien raar voor een leesgek, maar ik hecht helemaal geen waarde aan het bezit van boeken. Ik geef de boeken die ik gelezen heb bijna altijd weg en ik heb maar één kleine boekenkast met boeken die ik wél wil houden.’
Mijn boekenkast is ingedeeld op:
‘Mijn boekenkast is maar heel klein, er staan alleen boeken in die ik per se wil houden. Alles van Voskuil, Frida Vogels, Alice Munro, een paar biografieën en een aantal gedichtenbundels. Alles door elkaar…’
Dit boek geef ik vaak cadeau:
‘Dat zijn meestal boeken die ik zelf net gelezen heb en erg goed vond. Op dit moment ben ik gek op de boeken van Robert Seethaler, een Oostenrijker. Zijn boek Een heel leven is prachtig, heel ontroerend en goed geschreven, dus dat is nu het cadeauboek.’
Het eerste boek dat ik helemaal zelf las was:
‘Volgens mij was dat Pim, Frits en Ida van Godfried Bomans, een leesboekje voor kinderen. Ik kreeg dat van mijn oom Hans, die hoofd van een basisschool was, en die leesboekjes had liggen.’
Dit boek zouden ze echt moeten verfilmen:
‘Nou, Een heel leven van Robert Seethaler, zou een mooie film opleveren, denk ik. Maar Machten der duisternis van Anthony Burgess zou een heel kleurrijke film worden. Of dichter bij huis: ik zou ook wel een verfilming willen zien van Het sterkste meisje van de wereld van Alex Boogers.’
Het slechtste boek dat ik ooit las is:
‘Nou, ooit… als je veel leest kom je natuurlijk ook wel eens een slecht boek tegen. Meestal leg ik dat dan na een paar bladzijden al weg, zonde van mijn tijd. Maar soms moet je wel, bijvoorbeeld voor een leesclub. Dus vooruit, een recent voorbeeld: De zes freules van Laura Thompson, een familiekroniek over de zusjes Mitford. Tenenkrommend slecht geschreven.’
Zo zorg ik ervoor dat lezen leuk blijft:
‘Sta open voor nieuwe schrijvers, nieuwe boeken, nieuwe genres. Lees geen slechte boeken, of leg ze snel weg. Luister naar leestips van andere mensen. En praat over boeken met anderen, zo haal je meer uit een boek.’
Volgende week:
‘Ik wil graag Eus Wijnhoven nomineren. Ik heb een of twee keer met hem aan een Hebban-leesclub meegedaan, en hij is prettig eigenwijs, heeft duidelijk een eigen mening. Bovendien schrijft hij zelf ook.’