Nieuws /
DWDD opent Pop-Up Museum in Amsterdam
Televisiepresentator Matthijs van Nieuwkerk en Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Jet Bussemaker opende vanavond de tweede editie van het DWDD Pop-Up Museum. Na herhaaldelijke vragen vanuit het publiek vorig jaar is dit jaar gekozen voor een bijpassende catalogus met als bonus de tentoonstellingen van de gastcurators van vorig jaar. De minister nam, onder toeziend oog van alle aanwezigen waaronder de gastcurators, het eerste exemplaar in ontvangst. Zij schreef het voorwoord.
Een avontuur, aldus Matthijs van Nieuwkerk
Van Nieuwkerk over de tentoonstelling: ‘Het is gewoon een avontuur om doorheen te lopen. Het is veel groter dan de vorige keer qua afwisseling. Er zit heel veel variatie in.’ En dat klopt. Geen zaal is dezelfde. Waar de een donker is van opzet, is de ander licht en open. Zo heeft Zo is de zaal van Carice van Houten een salonopstelling van prachtige schilderijen uit het depot van het Kröller-Müller geworden. Van Houten ‘kon bijna niet kiezen’, maar het resultaat is volgens de actrice ‘weemoedig, doch romantisch.’
De Wunderkammer van Robbert Dijkgraaf ligt op steenworp afstand van de zaal van Van Houten vandaan, maar als je niet goed op let, loop je er zo langs. Verstopt achter een deur en een halletje is het alsof je iemands kamer binnenloopt. Even ben je gedesoriënteerd en wil je je verontschuldigen totdat blijkt dat de Wunderkammer inderdaad een kamer moet voorstellen. Sterker, het is een kamer, de oude directeurskamer. Het staat en hangt vol objecten die ‘de verbeelding kunnen prikkelen.’ De kamer bleek een van de ingewikkeldste kamers van het museum. Het was nogal een onderneming om de directiekamer in het museum te krijgen, maar het is gelukt en het resultaat is prachtig.
Een boor en handschoenen
Vorig seizoen vierde DWDD haar tienjarig jubileum. Ze hadden altijd de stille wens een eigen museum te openen. Na lang praten, plannen en voorbereiden werd het uiteindelijk een Pop-Up Museum in het Allard Pierson Museum. Het werd meteen een groot succes en er werd besloten het nog een keer te doen. Dit keer negen tafelgasten die in de eerste serie niet aan bod zijn gekomen.
Wim T. Schippers, Sander van de Pavert, Paul de Leeuw, Beatrice de Graaf, Daan Roosegaarde, Robbert Dijkgraaf, Paulien Cornelisse, Sywert Van Lienden en Carice van Houten werden gevraagd een eigen zaal in te richten met verborgen kunst dat ze in de verschillende museumdepots verborgen zouden ontdekken. ‘Dat was fantastisch,’ vertelt Sywert Van Lienden. ‘Ik voelde me net een schatgraver. Dan ging je met een boor en je handschoenen naar de depots en mocht je aan rekken trekken en kisten openmaken. Soms hadden de medewerkers van het museum zelf geen idee wat er in een kist zat.’ De zaal van Van Lienden is het eerste vertrek waarin je loopt, als je de tentoonstelling bezoekt. Het is er donker en alleen de kunstvoorwerpen zijn verlicht. Klassiek en modern hangt door elkaar heen hetgeen uitstekend in het verlengde van het Bonnefantenmuseum ligt. De combinatie van de collecties in het Limburgse museum is precies waarvoor Van Lieden gevallen is. ‘Fascinerend. Zo is er oud, klassiek werk te zien naast moderne kunst.’
Geen zaal
De zaal van W.T. Schippers is geen zaal. Hij is de enige wiens objecten verspreid en verborgen in hoeken en gaten tentoongesteld zijn. Zelfs het invalidentoilet werd daarbij niet overslagen. Schippers wil graag verwarring scheppen. Iets dat aardig lukt met twee gigantische skeletten van landschildpadden in het toilet. ‘Kunst is kijken en je gaat toch anders naar de wc-pot kijken. Moet je kijken wat een rare voorwerpen dit eigenlijk zijn,’ zegt Schippers wijzend op de toiletpot en armsteunen. Ook voor het menselijke skelet dat naast een klassiek beeld op een stoel zit is er een Schippers-uitleg: ‘Ik vond het leuk om er een menselijke vorm naast te zetten.’
Out of the box
Daan Roosegaarde doorbreekt de traditionele manier van schilderijen kijken. Wie de zaal binnenloopt, vraagt zich af of het licht wellicht aan kan. De zaal hangt vol schilderijen uit de depots van het Scheepvaartsmuseum in Amsterdam op ooghoogte, maar ze zijn allen in het donker gehuld. Er is slechts een lichtspot aanwezig, die de ene keer met de klok meedraait, dan weer tegen de klok in draait. Door die spot wordt ieder schilderij letterlijk in het spotlicht gezet. Met ingehouden adem wacht je tot een nieuw schilderij wordt verlicht. Het heeft iets spannends om te wachten, want pas in het volle licht komt het schilderij tot leven. De opzet van Roosegaarde was om out of the box te gaan. Nou, dat is uitstekend gelukt.
En een boek
Als aanvulling op de tentoonstelling is er dit jaar ook een catalogus uitgebracht. Bijzonder aan dit boek is dat beide edities van het DWDD Pop-Up Museum zijn gebundeld. Mocht u de editie van vorig jaar hebben gemist, dan kunt u met de boek in de hand in de herhaling. Niet alleen worden de keuzes van alle gastconservatoren getoond, ook krijgt u tekst en uitleg over het idee achter de tentoonstelling. Vaak zijn de teksten een op een uit de zalen overgenomen, maar sommige gastcurators geven een uitgebreidere toelichting in het boek. Heerlijk om tijdens een wandeling door de tentoonstelling doorheen te bladeren, of anders om thuis, gezeten in een fauteuil en met een glas wijn binnen handbereik de tentoonstelling nog eens dunnetjes over te doen.
Het Allard Pierson Museum is het archeologiemuseum van de Universiteit van Amsterdam. Het DWDD Pop-Up Museum wordt mede mogelijk gemaakt door het Mondriaan Fonds, de BankGiro Loterij en het Amsterdams Universiteitsfonds. Het NRC Handelsblad geeft net als bij de vorige editie een speciale pop-up krant uit.
Het boek 'DWDD Popup Museum' is verschenen bij uitgeverij Lebowski.