Meer dan 6,0 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Terug

Lezen /

Een kort verhaal van Eveline Karman

door Eveline Karman 6 reacties
In 2014 debuteerde Eveline Karman met de thriller 'Verstrikt'. Speciaal voor de Nederlandse Thriller Tiendaagse schreef ze een kort verhaal waarin twee mensen 'verstrikt' zijn in hun relatie.

Driehonderdnegenenzeventig. Zoveel seconden heb ik in stilte geteld voor ik zeker wist dat iedereen sliep. Eerst hoorde ik nog wat gehoest en gemurmel en Vincent ging nog naar de wc, maar toen was het stil. Het zal me geen enkele moeite kosten om ongemerkt anderhalf uur weg te glippen. We hebben vanavond nog meer gedronken dan normaal.
Met een beetje geluk ligt ze nu al gestrekt. De trut. Volgens mij denkt ze dat ik de afgelopen jaren ben gevegeteerd van haar 'allessie' naar een suffe huisman. Zo een die niets ziet en hoort, en die de potten wel op het vuur houdt. Die haar bleef bedienen à volonté , net zolang tot mevrouw er na elf jaar genoeg van had. '"Ik ben vanavond wat later thuis, het is druk op de zaak."' Ze had het zo vaak aan de telefoon gezegd. Druk in haar broekje zal ze bedoelen.
Ik weet al een tijdje dat ze vreemdgaat. Het begon met gewhatsapp op alle mogelijke uren, en ik vond nieuwe lingerie in haar kast die ze nooit voor mij droeg. Ik wist het zeker toen ik bij het ramen wassen een bilafdruk ontdekte op de binnenkant van de keukendeur. Precies ter hoogte van Sanne's kont zat er een vettige vlek op het glas: twee doffe kleine cirkels. Mijn wereld was voor mijn ogen uiteengescheurd als een natte krant. Onherstelbaar ook. Zelfs als ik de krant droog had geföhnd waren de letters niet meer te lezen en de rafelige snippers pasten eenmaal opgedroogd niet meer tegen elkaar. Nooit meer.                  

Ik had mijn mond gehouden. De eerste weken omdat ik mijn ontdekking moest laten bezinken. Daarna had ik tijd nodig om mijn plan te maken. En ik had geobserveerd. Want als Sanne haar minnaar mee naar huis durfde nemen tijdens mijn vrijdagse mannendag, dan kwam die lul hier vast vaker. Mevrouw vond een hotelkamer zeker te duur. Zouden ze ook in ons bed liggen? Elkaar zachte kusjes op het voorhoofd geven, waarna zijn gretige vinger zich tussen de benen van mijn vrouw zou hebben gewrikt? Of had ze haar benen meteen voor hem wijd open gespreid, hitsig, gulzig, om daarna het slaapkamerraam open te zetten zodat de sekslucht weg was tegen de tijd dat ik terugkwam van mijn etentje?

Het was de enige activiteit buitenshuis die ik nog had sinds mijn ongeluk: de kookclub. Concentratiestoornissen beletten me sindsdien mijn werk als accountant uit te voeren. Zelfs de belastingaangiftes die ik voor vrienden invulde, hadden vol fouten gestaan. Korte simpele dingen lukten nog wel. Huishoudelijke taken. Grasmaaien. Sanne's printer repareren. Om mezelf te prikkelen vertrok ik sinds een jaar of drie elke vrijdag direct na lunchtijd en slenterde met mijn kookvrienden over de markt, op zoek naar malse diamanthaas, kurkumawortel, en mooie kazen voor op het afsluitende plateau. Eenmaal bij Rens, omdat die nu eenmaal de grootste keuken had, dronken we ons eerste glas 'levenssap' en amuseerden onszelf terwijl er een dun zweempje stoom vanonder de deksels van de pruttelende pannen de lucht in danste. Een beetje hakken, snijden en filosoferen met een glas Merlot in mijn hand kan ik prima. De spaarzame keren dat ik echt totaal vergeten was waar ik mee bezig was, keek ik gewoon in het kookboek voor me. Na onze dag samen, met onze buik rond en onze gespen op de vreethaak, vermeden we het om op de klok te kijken, omdat we geen van allen wilden opstaan en een einde maken aan ons 'heerlijk avondje', zoals wij het noemden.

Ik was degene die ons weekendje weg had georganiseerd. Ik had net zolang gezeurd tot iedereen mee wilde naar het vakantiepark op zo'n veertig kilometer rijden van mijn huis. '"Er zit zelfs een vaatwasser in de keuken,"' had ik enthousiast geroepen. '"We gaan heerlijk bijkletsen en koken de sterren van de hemel."'
'"Vind je het erg?"', had ik Sanne gevraagd. Haar glimlach had ze goed verborgen weten te houden, maar ik kende haar lang genoeg om te weten dat het trillende spiertje boven haar oog opwinding verraadde.
'"Nee, geniet er maar van. Ik ga lekker een avond in bad liggen."'
'"Nodig anders je vriendin uit,"' had ik gezegd. "Ik zet wel wat lekkers voor jullie klaar in de koelkast."
'"Leuk,"' reageerde ze. '"Doe ik!"'                  
Toen ik die vrijdagochtend mijn tas inpakte, vond ik achter de schoenendoos waarin ik mijn reservetelefoonoplader bewaarde, een pakje in het cadeaupapier van de dorpsparfumerie. Ik had het voorzichtig open gepeuterd. Het was hetzelfde merk aftershave dat Sanne voor me had gekocht toen we een jaar verkering hadden en waar ik allergisch voor bleek.

Het was een visschotel geworden. Daar was ze dol op. Kabeljauw met gedroogde tomaat, olijventapenade en een korst van zwarte rijst. Het enige waaraan ik me niet had gehouden bij het recept, was dat ene extra ingrediënt dat ik had toegevoegd. Want voor ik de vis maskeerde met een dikke laag knoflookolijven en tomaat, had ik hem overdadig geïnjecteerd met strychnine. Strychnine veroorzaakt een verschrikkelijke dood, had ik gelezen op internet. Het valt het zenuwstelsel aan, waardoor het hele lichaam in spasmen en krampen samentrekt tot de gene die het toegediend heeft gekregen uiteindelijk gruwelijk aan zijn einde komt.
Ik was er tamelijk eenvoudig aan gekomen, die vrijdagavond nu vijf weken geleden. Rens' veeartstas stond zoals gebruikelijk in de hal tegen de donkerbruine radiator naast de wc. Ik had vooraf uitgezocht welke medicijnen een veearts gebruikt en na ons bacchanaal en voor het gebruikelijke rondje 'nawijnen', had ik de tas onder mijn arm geslingerd, was op de wc gaan zitten en had op mijn gemak de inhoud bestudeerd. De oranje sticker met het doodshoofd maakte het makkelijk. Ik viste de lege injectiespuit op uit de binnenzak van mijn ribjasje en zoog de inhoud van twee ampullen erin op. Het was een koud kunstje om de naaldopening te verzegelen met het stuk kurk dat ik thuis al had geprepareerd. Daarna had ik met een meegebrachte latex handschoen aan de ampullen gebroken, goed oplettend dat het etiket nog leesblaar bleef, en ik had de restanten inclusief de tuitjes weer in het goede vakje teruggestopt, keurig en heel voorzichtig naast de andere buisjes. Met glas moest je uitkijken. Ik wilde geen krassen in mijn handpalm. Ik had de handschoen uit getrokken, voor de vorm het toilet doorgespoeld, en de tas weer op zijn vaste plek teruggezet. Rens zou niet anders denken dan dat er iemand bij het naar de wc gaan ietwat aangeschoten tegen de tas had geschopt en dat de strychnine was verdampt. Alarm zou hij niet slaan. Er was toch immers niets verdwenen? Ongemerkt had ik even later in de keuken de handschoen weggemoffeld in een lege chipsverpakking.                  
Met in gedachten de afschuwelijke lijdensweg die internet had geschetst, had ik Sanne nog één kans gegeven. De eerstkomende vrijdag had ik me afgemeld voor mijn eetclub en een dinner-for-two gemaakt, inclusief de aardbeienmousse waar ze altijd zo van houdt. Uit de kelder had ik de vijfarmige kandelaar gehaald en die in het midden van de tafel gezet tussen het peper- en zoutstel en een klein accubakje met een dahlia uit de tuin.                  
Ze had verrast gereageerd. Heel verrast. En was direct naar de wc gegaan waar ik haar zacht had horen smoezen. '"Ik vind het ook vervelend,"' had ik opgevangen toen ik de lege olijfoliefles en abrikozenjampot op het vaste plekje in de nis naast de voordeur zette voor de glasbak. We hadden gegeten, maar het was anders dan anders. Anders dan ik had gewild. Sanne was rusteloos en de keren dat ik het servies had afgeruimd of een nieuw gerecht uit de keuken had gehaald, had ik haar snel haar mobieltje onder een bovenbeen terug zien duwen. Vier keer had ik geprobeerd een gesprek te openen over onze relatie, over hoe ik haar miste, en dat ik vond dat we van elkaar vervreemd waren. Vier keer had ze naar het plafond gestaard. De volgende dag vond ik een briefje, haar begin van het einde, op de keukentafel.
Ik houd het niet meer vol op deze manier. Dit moet eindigen. Ik wil rust. Sorry.
Ik had erom gegrinnikt. Zo makkelijk kwam ze niet van me af.

Vanuit het vakantiehuisje belde ik haar, anderhalf uur nadat ze volgens haar secretaresse van haar werk was weggereden. Ik ben geen man van risico's. Ik moest zekerheid hebben. In plaats van de stilte van het bos, verkoos ik de achtergrondgeluiden van kletterend bestek en foute grappen.
'"Dag lieverd. Is Monique er al?"'
'"Ja, al een klein uur. We hebben het heel gezellig."'
'"Ik hoop dat je het eten lekker vindt. Ik ben alleen vergeten de witte wijn koud te leggen."'
'"Geeft niets. Monique drinkt vanavond rode wijn."'
Monique houdt helemaal niet van rood. Sanne wil gewoon de lege fles in de hal morgen vast verklaren. Ze liegt sowieso, want Monique is net zo'n fervent amateurkok en wijngenieter als ik. Ze zal nooit rode wijn drinken met een visschotel op het menu. Ik raap mijn moed bij elkaar.
'"Mag ik haar even aan de telefoon? Ik wil nog iets vragen over dat recept dat ze vorige keer gaf."'
'"Moet dat nu? "'
'"Heel even maar?"'
'"Dit lijkt me geen goed moment, Luc. Ik vraag wel of ze jou morgen even terugbelt. We zitten net in een lastig gesprek, okay?"'
Eigenlijk had ik nog willen zeggen dat ik vergeten was de deur van de berging af te sluiten, maar Sanne had al opgehangen.
Ik belde Monique. Die zat in de auto en was onderweg naar de sportschool. Met een gevoel van opluchting had ik mijn telefoon terug in mijn broekzak gestopt. Om hem er weer meteen weer uit te halen en alvast uit te schakelen voor straks. Die satellieten van tegenwoordig weten elke minuut van de dag waar je bent.

Vincent was naar me toegekomen en had me een gevulde dadel gegeven met een prikkertje van een piratenvlag erin. Ik had met mijn vrienden over onbenulligheden gekeuveld en intussen geprobeerd me mijn huiskamer voor te stellen. De hufter zat op de bank met een wijnglas in zijn hand. Het wijnglas dat ik vanmorgen uit de vaatwasser had gehaald en had opgeruimd. Achter hen was de tafel gedekt voor twee. Casual, maar gezellig. Zoals ik dat zou doen voor Sanne en haar beste vriendin. Sanne had waarschijnlijk cashewnoten in het zwarte kommetje gedaan en ongezien het aluminiumfolie op de visschotel vervangen, omdat ik er met watervaste stift een hartje op had getekend. Ze had het briefje met de tekst 25 minuten op 200 graden. Eet smakelijk! vast al gelezen en de oven voorverwarmd.
Ik kon niet wachten.

Vanavond heb ik mijn alcoholinname beperkt. Ik kan het me niet permitteren een bekeuring te krijgen. Laat iedereen vooral denken dat ik net als de rest stomdronken in het kleine, houten bed met het veel te harde matras heb liggen ronken.
Ik tel de seconden en nadat de deur van Vincents kamer weer dicht klikt, valt er zo'n rust over het huisje dat de egels of vossen vast snel komen om ongezien bij de afvalbak na te genieten van de resten van de stoofschotel en het zelfgebakken olijvenbrood, waarvoor ik dezelfde knoflookolijven had gekocht als die waarmee ik thuis de vis had gegarneerd. Mijn enige taak nu is om thuis het aluminiumfolie en het briefje met de oveninstructie te vernietigen en om Sanne's afscheidskrabbel op tafel te leggen. Natuurlijk ging haar tekst over onze relatie en de scheiding waarover ze deze maand vast zou beginnen, maar in de context van haar affaire lijkt het me aannemelijk dat de politie denkt dat ze een andere weg verkoos. Die van hand in hand sterven met haar nieuwe grote liefde. Dat moet ik ook niet vergeten. Hun vingers verstrengelen, alsof ze in vrede zijn gegaan. Of zou dat opvallen, als de arts de strychnine vindt en concludeert dat niemand midden in een lange, pijnlijke spasme een andere hand kan vasthouden? Hmm. Laat ik straks eerst maar even kijken wat de schade is en er dan een googletje op loslaten. Dat is wel zo efficiënt.                  
Nog vijf minuten verroer ik me niet, maar wanneer het stil blijft, schiet ik in mijn spijkerbroek en pullover. Met mijn schoenen in de hand trippel ik op kousenvoeten naar de voordeur, neem de sleutel van het haakje,  en laat met mijn hand over de cilinder de deur dichtvallen. Nu is het mijn tijd. Morgen zal ik opgehaald worden door de politie en de rouwende weduwnaar zijn. Ik zal gillen, huilen, en op mijn knieën neerzakken.
Rouwen zal ik zeker, maar niet om Sanne. Ik denk dat mijn verdriet vooral zal zijn om verloren tijden en geschonden vertrouwen. Om de toekomst die ze me heeft afgenomen. De domme trut. Altijd was ik er voor haar. Maar het was niet genoeg. Ik was niet genoeg.

Wanneer ik kom aanrijden, is het donker in de straat. Alleen in mijn huis brandt nog één lamp. Het is de schemerlamp in de slaapkamer. In de parkeerhaven aan de overkant staat de auto van Sanne's baas onder de enige lantaren. Ik herken hem van de keren dat hij haar kwam ophalen wanneer ze met hem naar een congres moest.
Muisstil en met trillende handen open ik de voordeur, die ik gisteren speciaal voor de gelegenheid nog met smeerolie heb behandeld. Ik hoor Sanne boven giechelen. '"Ik zal jou eens even pakken!"' Een mannenstem. Op mijn tenen gluur ik door het glas van de woonkamerdeur. Twee lege wijnglazen op tafel. Ernaast een witte plastic tas. Witte plastic bakjes. Twee lege borden met afgekloven satéstokjes. Een granaat ontploft in mijn maag.

Met een dikke keel van het slikken rijd ik terug naar het vakantiehuis. Morgen trek ik de kurk van de lege fles in de hal en zoek in de verbandtrommel een nieuwe injectiespuit. En ik moet vast nadenken over een nieuw gerecht met een dominante smaak die de strychnine verhult. Ik zal Monique maandag als ze weer komt en we lekker in bed liggen nahijgen eens vragen naar het recept van de Italiaanse versie van beef Wellington die ze laatst serveerde toen Sanne weer eens overwerkte. Maar laat ik wel eerst even checken of Sannes baas van vis houdt.

(c) Auteursfoto Thomas Schlijper. 



Over de auteur

Eveline Karman

34 volgers
0 boeken
0 favorieten
Auteur


Reacties op: Een kort verhaal van Eveline Karman

 

Over

Eveline Karman

Eveline Karman

Op uitnodiging van Hebban schreef Eveline voor de ThrillerTiendaagse 2015 het ko...