Lezen /
Feuilleton Loes den Hollander en Marjan van den Berg (1)
Ha Marjan,
Wat ik nu weer heb beleefd! Luister en huiver.
Ik zit op een terras aan de chocolademelk met slagroom (moet kunnen, ik ben heel erg goed op gewicht) en links van me nemen twee mannen plaats. Aardige kerels, op het eerste gezicht, een blonde en een grijze. Ze lijken mijn aanwezigheid totaal niet op te merken en raken snel met elkaar in gesprek. Ze hebben het over ene ‘Annie’. Er is niet veel fantasie voor nodig om te begrijpen dat Annie niet alleen niet moeders mooiste is, maar ook zeker niet moeders leukste kind. Als ik het goed begrijp is de blonde van haar aan het scheiden en haalt ze hem het bloed onder de nagels vandaan. Hommeles, grote trammelant, idiote alimentatie eisen en gesjoemel met de omgangsregeling van de kinderen. Er komt bier op tafel, snel daarna het tweede glas. En bitterballen. Tegen de tijd dat ze aan hun derde glas toe zijn, is Annie dodelijk verongelukt, vergiftigd en in repen gesneden. Het hele verhaal gaat gepaard met veel onbedaarlijk gelach, dat dan gelukkig wél weer.
Ik doe of ik lees in het boek dat ik bij me heb, maar ik sla geen bladzijde om. Terwijl ik daar zit, realiseer ik me dat ik nog geen boek heb geschreven waarin een vechtscheiding centraal staat. Maar dat gaat nu wel gebeuren.
Waar pik jij je ideeën op?
Ha Loes!
Terrassen zijn goede plekken. Niet alleen voor chocolademelk. Ik houd ook erg van de trein. Beetje doen alsof je leest en onderwijl afluisteren. Maar het meeste borrelt vanuit mijn onderbewuste naar boven. Ik merkte dat mijn moordlust toenam toen de overgang toesloeg. Bij iedere opvlieger één willekeurig slachtoffer; het leek me niet meer dan redelijk. Op een dag zat ik te puffen en te steunen, waarop mijn echtgenoot zei: 'Ja, maar Marjan, het is vandaag ook een heel warme dag...'
Op dat moment zag ik haarscherp waar in ons schuurtje de bijl hangt. Eigenlijk was ik al op weg om hem te halen. Ik zag botsplinters wegspringen, bloedspatten op het plafond en die verbaasde blik die me woordloos vroeg: 'Maar ik zei alleen maar dat het warm was?!' En dan gaat zo'n opvlieger weer over en doe je net of je wel een heel redelijk lief leuk mens bent.
Ben jij eigenlijk wel aardig?