Column /
Geen tijd
Terwijl ik het zwaar had met de gedachte dat ik sommige boeken toch écht weer terug zou moeten leggen, keek mijn vriend me nogal vervreemd aan. “Hoe ga je die boeken in godsnaam lezen voordat je de pijp uit gaat?” Ietwat verstoord keek ik hem aan. “Geef me een maand,” zei ik vastbesloten terwijl ik nog een boek aan de steeds groter wordende stapel toevoegde.
Het duurde even voordat ik antwoord kreeg, zijn ogen puilden bijna uit zijn kassen. “EEN MAAND?!” schreeuwde hij vervolgens door de hele boekwinkel terwijl hij met een priemende vinger naar mijn stapel wees. “Ben je helemaal gestoord? Ik krijg nog niet eens één boek uit in die tijd!” Nu was het mijn beurt om hem verschrikt aan te staren.
Ik deed mijn mond open om te antwoorden, maar er kwam geen geluid uit. Blijkbaar voelde mijn vriend zich geroepen om zich nader te verklaren. “Geen tijd. Ik zou het natuurlijk wel willen hoor, zo’n paar boeken per maand uitlezen. Maar ik heb er gewoon de tijd niet voor. Jij hebt blijkbaar gewoon niets te doen, ofzo.” Vervolgens pakte hij zijn telefoon uit zijn zak. Ik kon nog net het appje lezen dat hij verstuurde: “Vanavond The Walking Dead bingewatchen? Kan niet wachten!”
Had ik de ik-zal-nooit-boeken-pijn-doen-eed niet afgelegd, dan had ik hem daar, midden in die boekwinkel, een snoeiharde klap gegeven met het dikste boek dat ik kon vinden. “Geen tijd”, brieste ik terwijl ik met de afgerekende boeken de winkel uitstormde. “Ha, geen tijd!” Verontwaardigd dat ik was, bleef ik de woorden alsmaar herhalen, verdacht lijkend op het witte konijn uit Alice in Wonderland.
Het zijn die twee woorden die standaard genoemd worden. Samen met “ik heb het te druk” en “ik kan de rust niet vinden” het slapste excuus op de vraag waarom ze geen boeken lezen. “Geloof me, ik wil het wel hoor. Maar het is gewoon onmogelijk!” Waarop ze vervolgens honderduit praten over die serie die ze tot vier uur ’s nachts gekeken hebben. Die nutteloze ik-staar-graag-naar-mijn-telefoon-sessies nog niet eens benoemd.
Maar in plaats van tijd vrij proberen te maken, benoemen ze ons boekwormen tot tovenaars. Ik bedoel, dat moet wel. Want hoe krijgen wij anders in godsnaam drie boeken uit in een paar weken? Het is niet dat als je een halfuurtje minder op je telefoon zit, je ineens een heel boekwerk kunt lezen, toch? Wel, dus. Want dat is precies hoe het werkt.
Minder scrollen door berichten op onze telefoon, laptops en tablets, meer bladzijdes omslaan in onze boeken. Wat slaap inleveren, als het moet. Geen boeken uitlezen heeft niets te maken met weinig tijd, maar heeft alles te doen met prioriteiten stellen. Iets wat mijn vriend duidelijk niet begreep.
En terwijl ik bekomen was van mijn driftbui, daar voor die boekwinkel, deed ik iets heel moedigs. Ik stond mijn boeken af voor het grotere goed. Ik duwde de stapel in de armen van mijn vriend, griste de telefoon uit zijn handen en appte naar hetzelfde nummer: “Mijn vriend heeft geen tijd voor The Walking Dead, hij moet de hele avond boeken lezen.”