Geschreven in bloed | de geschiedenis van de thriller in Nederland en België #1
Bezoek de Nederlandse Thriller Tiendaagse 2018 homepage
Spieken bij de buurman overzees
Voor het eerste markeringspunt in onze trip terug in de tijd bekijken we de publicatie van een nachtmerrie veroorzakend werk getiteld Murders in the Rue Morgue (1841) van de Amerikaanse dichter en schrijver Edgar Allan Poe. Het wordt gezien als het eerste (geslaagde) experiment van een schrijver om een detective te modelleren. Het verhaal draait om een man in Parijs, C. Auguste Dupin, die de brute moord op twee vrouwen wil oplossen. Een onbekende haar op de plaats delict, die niet afkomstig is van een mens, roept veel vragen op. Dupin zou later nog in twee verhalen van Poe terugkeren.
De Engelsen en Amerikanen hebben de naam dat zij aan de wieg stonden van de totstandkoming van het ouderwetse ‘detective’ verhaal waarin een spannend verhaal volgens een bepaald stramien werd verteld. Poe inspireerde Arthur Conan Doyle en Agatha Christie bij de creatie van hun rechercheurs die misdaadgeschiedenis zouden schrijven in hun optredens. Want zeg nou zelf; je hebt toch minstens een verhaal met Sherlock Holmes of Hercule Poirot gelezen als je een liefhebber van het spannende genre bent?
Terwijl de Angelsaksische lezers zich konden storten in de experimenten op het gebied van films en de eerste thrillers in boekvorm, bleef het nog even stil in de Hollandse polders en Vlaamse vlaktes. Tot in 1900 een novelle van slechts 48 pagina's verscheen die de titel Het succes van den rechercheur droeg. P. Tesselhoff Jr. introduceerde de eerste Hollandse speurder met de naam Louwrens Tips, ex-rechercheur en in Amsterdamse kringen in te huren als particuliere speurder. Een jaar later verscheen Avonturen van rechercheur Tips waardoor Tesselhoff Jr. gezien wordt als de eerste thrillerschrijver in Nederlandstalige kringen. Tot 1905 werd er wat geëxperimenteerd met verhalen waarin veelvuldig werd verwezen naar die ene held uit het Angelsaksische taalgebied, Sherlock Holmes, waarna het plots stil werd in de wereld van spannende boeken.
Midden in de Eerste Wereldoorlog begon uitgeverij Bruna zich meer te specialiseren in misdaadliteratuur met een auteur die actief was onder het pseudoniem Ivans. Zijn enorme productiviteit en hints naar de verhalen met Sherlock Holmes en zijn vaste compaan Dr. Watson zorgden ervoor dat er ruimte kwam voor misdaadverhalen van eigen bodem. In 1935 overleed Ivans en spoedde Henricus Franciscus van der Kallen zich met een manuscript naar uitgeverij Bruna. De jonge schrijver ontpopte zich tot de nieuwe gigant van de uitgeverij die met posters werd gepromoot bij de lokale boekhandel: 'Stop! Een Havank!'. Havank (een samentrekking van Hans van der Kallen) werd een begrip in de Nederlandse misdaadliterauur. Voor uitgeverij Bruna schreef hij dertig spannende romans over de speurder Charles C.M. Carlier, alias De Schaduw. Geschat wordt dat van zijn boeken ruim zes miljoen exemplaren zijn verkocht. Tot de jaren '50 bleef deze auteur moeiteloos de aandacht van de thrillerlezer trekken onder de lijn van de 'Zwarte Beertjes' bij Bruna.
De Vlaamse zuiderburen begonnen tijdens de Tweede Wereldoorlog te experimenteren met misdaadromans, waarvan De zeven dwazen van de Vlaamse auteur Albrecht Ram een goed voorbeeld is. Het verhaal, dat hints van een ouderwets geschreven verhaal van Agatha Christie heeft, draait om zeven miljonairs die uitvaren met een luxe jacht. Een van hen heeft de opdracht een moord te plegen en dat is de enige informatie die aan de lezer verstrekt wordt. Tot de jaren '60 stonden er diverse eendagsvliegen op, die het maar bij één spannend verhaal hielden.
Gerelateerd:
'Hardboiled' in de polder en knus bij de Vlamingen
Terwijl de Amerikanen kennismaakten met auteurs als Raymond Chandler en Dashiell Hammett, schreef uitgeverij Bruna in 1951 een schrijfwedstrijd uit om de 'stand' van de Nederlandse misdaadliterauur onder de loep te nemen. Winnaar was de journalist Joop van den Broek die met zijn misdaadroman Parels voor Nadra werd bekroond met de eerste prijs (maar liefst 2000 gulden). Het verhaal met in de hoofdrol een typische anti-held bracht reuring teweeg bij de critici die gewend waren aan de traditionele misdaadverhalen. Lezers waren echter blij met de ommekeer aangezien het taboe rond geweld en erotiek meer afgebrokkeld werd door de introductie van dit soort verhalen. Een échte opvolger kwam er op dat moment niet en Nederland bleef nog jaren steken in de traditie van Havank. Toch mag de introductie van Robert van Gulik niet onvermeld blijven in dit overzicht. Zijn Labyrint in Lan-fang liet net als Parels voor Nadra zien dat een buitenlandse setting tot een prikkelend en spannend verhaal kon leiden.
In België ontwikkelde het genre zich met kinderstappen en werden er wel diverse rauwe verhalen gepubliceerd. Echter verschenen deze bij zulke kleine uitgeverijen dat deze boeken niet onder de aandacht kwamen bij een groot publiek. Aan de Waalse kant draaide het voornamelijk om Georges Simenon, die op 34-jarige leeftijd al 349 romans had geschreven, maar zo zei hij zelf ‘nog niet begonnen te zijn aan het werk dat hij eigenlijk wilde doen.’ In 1945 werd de inspecteur Maigret-reeks nieuw leven ingeblazen. Met elke nieuwe publicatie werd de naam van de inspecteur zelf in de titel vermeld, om verwarring met de romans van Simenon te voorkomen. De allerlaatste Mairgret schreef hij in 1972, het zou tevens zijn laatste roman worden. Uiteindelijk zou hij 76 Maigret-romans en 28 kortverhalen over de inspecteur (later commissaris) schrijven. Simenon ging de geschiedenisboeken in als de meest vertaalde Belgische auteur.
Gerelateerd:
- De 77 beste Nederlandstalige thrillers / 3. Parels voor Nadra van Joop van den Broek
- De 77 beste Nederlandstalige thrillers / 76. Labyrint in Lan-fang van Robert van Gullik
Maatschappijkritisch en controversieel
Vanaf medio jaren '60 begon het dan toch te borrelen binnen het Nederlandse en Vlaamse thrillergenre. Met Naakt over de schutting wist Rinus Ferdinandusse alle ogen op zich gericht te krijgen door te schrijven over de onthulling van een complot rond pornografie en heel Nederland las het boek met rode oortjes. Het boek werd in 1973 succesvol verfilmd, maar heeft weinig overeenkomsten met de plot in het boek. Waar het Ferdinandusse in zijn beginjaren vooral om ging om de samenleving op vermakelijke wijze te belichten, stonden er ook auteurs op die voor een serieuzere aanpak gingen. Gerben Hellinga bracht onder de naam Hellinger een aantal thrillers rond personage Sid Stefan uit waarin zaken als geldsmokkel en spionage aan de orde kwamen.
Ondertussen kwam in 1965 ene rechercheur De Cock op het toneel in De Cock en de wurger op zondag. Appie Baantjer introduceerde een rechercheduo bestaande uit De Cock en zijn assistent Dick Vledder dat uiteindelijk van groot belang zou zijn in het Nederlandse thrillergenre. De gemoedelijke rechercheur kreeg een televisieserie onder de noemer Baantjer die twaalf seizoenen draaide (1995-2006) en tegenwoordig wordt het universum van De Cock en consorten voortgezet door Peter Römer waardoor in februari het 82e deel op de markt verschijnt.
Er ontstond een tijdelijke crisis in het misdaadgenre en pas in 1974 lukte het Janwillem van de Wetering met Het lijk in de Haarlemmer Houttuinen om weer de aandacht naar het misdaadgenre te trekken. Ook hij introduceerde een rechercheduo bestaande uit Grijpstra en De Gier, die ook wat zachtmoediger zijn. Van de Wetering had een wisselende reputatie aangezien een aantal van zijn verhalen onder vuur werd genomen vanwege het slordige karakter. Het boek werd in 1979 verfilmd met in de hoofdrollen Rijk de Gooyer en Rutger Hauer en in 2004 werd het nog eens dunnetjes overgedaan met een televisieserie.
De Vlamingen begonnen serieus mee te spelen vanaf 1978 toen Jef Geeraerts, een controversieel en prijswinnende schrijver, het misdaadgenre serieus nam. Kort na elkaar publiceerde hij Kodiak .58, De Coltmoorden, Diamant, Drugs en De Trap waarmee hij zich in één klap op de kaart zette als thrillerschrijver. Voor De zaak Alzheimer kreeg hij in 1986 de eerste Gouden Strop. Zijn speurdersduo Vincke & Verstuyft vormden de prototypes voor de vele duo's die nog zouden volgen in het Vlaamse spannende genre. Zijn werk kenmerkte zich door een maatschappijkritisch perspectief waarbij politie en justitie het vaak moesten ontgelden.
Gerelateerd:
- De 77 beste Nederlandstalige thrillers / 31. Merg en been van Gerben Hellinga
- De 77 beste Nederlandstalige thrillers / 35. Het lijk in de Haarlemmer Houttuinen van Grijpstra & De Gier
- De 77 beste Nederlandstalige thrillers / 26. Naakt over de schutting van Rinus Ferdinandusse
- De 77 beste Nederlandstalige thrillers / 71. De Cock en de dood in gebed van A.C. Baantjer
- De 77 beste Nederlandstalige thrillers / 9. De zaak Alzheimervan Jef Geeraerts
Lees in deel 2 van dit dossier op Hebban over het ontstaan van de Gouden Strop, de opkomst van de vrouwelijke thrillerschrijvers en de 'clash' tussen literatuur en thrillers.
Bronnen:
- Moorden met woorden: honderd jaar Nederlandstalige misdaadliteratuur, samengesteld door Jan C. Roosendaal, Bert Vuijsje en Chris Rippen
- De grote Crimezone thriller encyclopedie, samengesteld door Jos van Cann