Hebban interviewt Mario Giordano
Terra di Sicilia
Mario Giordano
Sicilië, eind negentiende eeuw. Barnaba Carbonaro groeit op in grote armoede. Op jonge leeftijd begint hij te werken in de productie van citrusvruchten. Sicilië is een traditionele plek waar familie het hoogste aanzien heeft, maar tegelijkertijd begint de wereld door de industrialisatie drastisch te veranderen. Barnaba verlangt dan ook naar avontuur en handel.
Als Barnaba voor zaken in München is, ontdekt hij algauw dat de Duitsers hunkeren naar zuidvruchten en vitaminen. Door zijn humor en moed groeit Barnaba uit tot een gerespecteerd citrushandelaar, gedreven door een onverzadigbaar verlangen. Barnaba krijgt vierentwintig kinderen, verdient een fortuin en verliest alles.
De 'Tante Poldi'-serie is gebaseerd op een van jouw eigen tantes en haar neefje probeert een grote familiesaga te schrijven. Wanneer wist je dat dit verhaal over de familie Carbonaro er moest komen?
Het idee voor een familiesaga was er eerst, al sinds 30 jaar. Maar ik kon er maar geen grip op krijgen. Ik had geen protagonist, geen verhaal en ik liep voor mezelf ook nog tegen een ander probleem aan: ben ik wel de juiste persoon om over Sicilië te schrijven? Ik ben in Duitsland geboren en we spraken thuis ook Duits, Italiaans moest ik nog leren en ik vroeg me af of ik wel het recht had om dit verhaal te schrijven. Dus ik besloot wat minder hard voor mezelf te zijn en te blijven bij een genre waar ik bekend mee was: het mysterie. Ik nam Poldi als de protagonist en dat werkte. Het werd een knusse thrillerreeks waarin ik mezelf als nerd en wanna-be-schrijver op de hak kon nemen. Toen ik ontdekte dat ik op die manier wel over Sicilië kon schrijven ben ik opnieuw serieus gaan overwegen de roman te schrijven die ik altijd had willen schrijven.
Was het een grote stap van Tante Poldi naar Terra di Sicilia?
Ja dat was het. Ik heb een mantra: 'doe niet wat je kunt, maar doe wat je wilt doen'. Ik wilde een nieuwe horizon ontdekken, veel moeilijker en met veel meer research. Met een totaal nieuwe toon, een nieuwe atmosfeer. Het was heel erg moeilijk, maar tegelijk ook heel erg leuk om te doen.
Hoe ben je te werk gegaan voor deze roman, waar ben je begonnen?
Ik heb vele jaren gewerkt als screenwriter, daar ben je veroordeeld tot de plot. Alles gaat om plot, niet om het verhaal of de personages daaromheen. Daarom was ik erg gewend om alles van tevoren uit te stippelen, met schema’s en plannen, maar met Terra di Sicilia werkte het heel anders. Ik had grofweg een begin, midden en eind in mijn hoofd en een idee van wat ik wilde vertellen, verder was het lopen door de mist. Ik kon maximaal 20 tot 30 meter vooruit kijken en er waren veel dagen vol frustratie omdat ik geen idee had wat er zou gaan gebeuren. Tegelijk triggerde dat mijn onderbewuste heel erg, ik geloof dat de luie muzes op deze manier actiever worden en je helpen. Er kwam altijd wel een nieuw idee op een zeker moment, ideeën die ik nooit gehad zou hebben als ik alles van tevoren uitgedacht zou hebben.
Schreef je elke dag?
Ja, routine is heel belangrijk, altijd. De meeste schrijvers hebben een heel strikt regime. Ik heb ooit gelezen dat je als schrijver heel fel je schrijftijd moet bewaken en daar houd ik me ook aan. Ik start rond 9 of 10 uur in de ochtend en werk tot 7 uur ’s avonds, natuurlijk met de nodige pauzes en dutjes tussendoor. Het is een strikte planning en ik haat het als ik tijdens het schrijven gestoord wordt. Ik kan prima werken met geluid of rumoer op de achtergrond, maar mensen moeten vooral niet van me willen weten wat we vanavond gaan eten. Ik probeer echt te concentreren en geloof dat inspiratie en routine met elkaar samen gaan.
'Ik had grofweg een begin, midden en eind in mijn hoofd en een idee van wat ik wilde vertellen, verder was het lopen door de mist.'
Heb je veel onderzoek gedaan voor deze roman?
Terra di Sicilia is geïnspireerd op de geschiedenis van mijn overgrootvader, maar niet veel nog levende familieleden hebben hem gekend of hebben verhalen over hem. Uiteindelijk was dat een zegen, het gaf me ontzettend veel vrijheid. Ik heb wel heel veel onderzoek gedaan in München, dat kon ik zelf zonder problemen doen. Het onderzoek in Italië was moeilijker, de toegang tot sommige archieven en bibliotheken daar vergt soms weken voorbereiding, je moet de juiste formulieren invullen en de juiste mensen kennen. Ik heb veel hulp gehad van Franco Filice in Napels. Hij heeft in München gewoond en was betrokken bij het Goethe instituut in Napels, zelf vertaalt hij Duits naar Italiaans. Hij heeft voor mij veel archiefonderzoek gedaan en is naar Sicilië gereisd.
Later zijn we samen twee weken door Sicilië gereisd om mensen te interviewen, dit waren mensen die ik niet kende en waar de meest uiteenlopende verhalen uit kwamen. Heel erg leuk en heel behulpzaam. Ik was namelijk niet zozeer geïnteresseerd in historische gebeurtenissen, maar specifiek in hoe mensen leefden. Hoe zag de plantage van citrusvruchten er honderd jaar geleden uit, hoe communiceerden mensen, hoe werd export naar het buitenland geregeld, hoeveel kostte een espresso in het café op de hoek? Ik moest het kunnen ruiken en voelen om het voelbaar te maken in mijn tekst.
Terra di Sicilia is een roman, geen biografie, maar het verhaal is wel gebaseerd op jouw familiegeschiedenis. Hoe heb je de balans tussen deze twee vormen gevonden?
Als je non-fictie schrijft, dan zegt iedereen na het lezen alleen maar dat het niet waar is. Maar als je fictie schrijft dan zal iedereen zeggen dat het inderdaad precies zo was. Ik heb veel onderzoek gedaan, maar uiteindelijk schrijf je toch een roman en dan is het niet interessant of mijn overgrootvader Lenin wel of niet echt ontmoet heeft. Ik had de vrijheid om met historische gebeurtenissen te spelen in de roman. Barnaba leefde 100 jaar geleden, er was niet veel informatie over hem en de bestaande verhalen waren langzaam eerder legenden geworden. Ik heb genomen wat ik had en voelde me daarna helemaal vrij om te vertellen wat ik wilde vertellen.
Veel mensen hebben mij al gevraagd of ik niet een boek zou willen schrijven over Italiaanse immigranten in Duitsland, maar daar is al zoveel over geschreven, dat was helemaal niet waarin ik in geïnteresseerd was. Ik wilde het verhaal over een ondernemer vertellen, een analfabeet maar geweldig goed met cijfers, die 100 jaar geleden een poging deed om het onmogelijke te bereiken. Ik zie ondernemers als piraten: varen naar de horizon en durven voor het goud te gaan.
'Ik geloof zelf ook in magie als onderdeel van onze realiteit en ik geloof dat de doden nog steeds aanwezig zijn.'
De doden en het bovennatuurlijke spelen een zeer aanwezige rol in dit familieverhaal, hoe is dat zo gekomen?
Ik ben opgegroeid in Duitsland, maar ik ben nog steeds half Italiaans/Siciliaans. Dat brengt een totaal andere vorm van verhalen vertellen met zich mee, veel meer oriëntaals en barok, daar houd ik van. Ik ben ook een groot fan van de Zuid-Amerikaanse magisch realisten. Ik geloof zelf ook in magie als onderdeel van onze realiteit en ik geloof dat de doden nog steeds aanwezig zijn. In mijn roman kan ik ze zichtbaar maken, ze aan tafel zetten, maar het is een dunne lijn tussen magisch realisme en kitsch wanneer het om bovennatuurlijke elementen gaat, dat was wel een uitdaging. Ik wilde laten zien dat je de doden best kunt negeren, maar dat ze altijd terug zullen komen tot hun problemen opgelost zijn.
De Griekse mythologie is ook aanwezig, was ook dat een bewuste keuze?
Natuurlijk! Het is onmogelijk om over Sicilië te schrijven zonder de Griekse mythologie. Odysseus reisde hiernaartoe, een Cycloop gooide stenen naar hem, nog geen twee kilometer van waar ik me nu bevind. In Syracuse transformeerde een nimf in een fontein. Mythes leven hier, ik droom van cyclopen, nimfen en andere wezens.
Het tweede deel van Terra di Sicilia is in de maak, wat kunnen we daarvan verwachten?
Er is zoveel materiaal dat het uiteindelijk altijd langer wordt dan je van tevoren denkt, maar ik probeer het tweede boek ook weer rond de 500 pagina’s uit te laten komen. Het wordt geen echt vervolg, ik vind het altijd oneerlijk om lezers te laten wachten op de afloop van een verhaal. Maar ik wil het verhaal – met een lichte verschuiving in de tijd van zo’n 30 jaar, zodat ook de jaren 80 en 90 van de twintigste eeuw aan bod komen – vertellen vanuit het perspectief van de vrouwen. De vrouwen spelen zo’n belangrijke rol in de geschiedenis en in het familieverhaal dat ik hun perspectief op de geschiedenis wil beschrijven, inclusief de vrouwenbeweging in Italië. Het gaat meer tijd kosten dan ik ooit had kunnen denken. Inclusief het onderzoek schreef ik Terra di Sicilia in iets meer dan een jaar, maar ik wil mezelf in deel twee niet te veel herhalen.
Leesfragment
Sta je inmiddels te popelen om alvast een sneak preview van Terra di Sicilia te lezen en alvast te proeven van deze omvangrijke historische roman? Hieronder vind je alvast de eerste pagina's.
Winactie
Ben je na dit interview met Mario Giordano geïnteresseerd in dit eerste deel van een gloednieuwe historische romanreeks? Dan mag Terra di Sicilia niet ontbreken in je boekenkast. Hebban mag in samenwerking met Uitgeverij Signatuur vijf exemplaren weggeven. Kijk snel hoe je mee kunt doen.
Auteursafbeelding: © Viktor Strasse