Hebban Minichallenge: lees de ‘Botje’-serie samen met jouw kind!
Tussen half mei en eind juli kun je meedoen met een nieuwe Hebban Minichallenge, speciaal voor ouder en kind. Want wat is er nu leuker dan samen te lezen en te praten over boeken? Daarnaast is het ook nog eens verstandig, vooral rond de zomerperiode. Zo blijkt dat het leesniveau van kinderen dan vaak terugzakt. Blijven oefenen is het advies! Voorlezen mag natuurlijk ook. Een kwartier per dag doet al wonderen!
Janneke Schotveld, ook auteur van ‘Superjuffie’, schreef met de ‘Botje’-serie een vrolijke reeks boeken die leuk is voor zowel jongens als meisjes. De illustraties van Annet Schaap maken het geheel af. De verhalen gaan over de kleine meisjesrobot Botje, die samen met haar vriendinnetje Bibi en haar uitvinder Appie Eensteen bijzondere avonturen beleeft.
Natuurlijk starten we deze Minichallenge niet zonder je op weg te helpen: we geven in samenwerking met uitgeverij Van Holkema & Warendorf drie ‘Botje’-pakketten weg, inclusief het nieuwste derde deel in de serie: Botje & Co. Uiteraard kun je ook met eigen (bibliotheek-)exemplaren aansluiten bij deze challenge.
De Hebban Jeugdliteratuur Club zit al klaar om met deelnemers te kletsen over hun ervaringen. Elke drie weken opent de Club een nieuw topic voor een nieuw seriedeel, waar jonge en iets oudere lezers elkaar digitaal ontmoeten. Doe je mee? Stel je dan even voor.
Om vast in de stemming te komen leverde Janneke Schotveld speciaal voor Hebban-lezers dit interessante en wetenswaardige interview met de beroemde uitvinder van Botje aan: Appie Eensteen! Daarin vertelt hij over de robotwedstrijd waar uitvinders met elkaar de strijd aangaan. Hoe dat afloopt lees je in Botje & Co.
Interview met Appie Eensteen
Door: Aage Kakel
Appie Eensteen, wie kent hem niet? Onze beroemde uitvinder geeft liever geen interviews, maar voor het Volksblad maakte hij voor deze ene keer een uitzondering. Vandaag mag ik bij hem thuis komen voor een interview. Hij woont afgelegen in een huis in het bos. Ik klop aan bij de voordeur, maar meneer Eensteen blijkt in zijn werkplaats te zijn; een grote schuur naast het huis.
Daar zit hij, omring door zijn robots. Eentje die eruitziet als een stofzuiger met ogen, een soort wandelende rekenmachine, een robot met een dienblad die vraagt wat ik wil drinken en op de tafel zit een klein robotje met gele gloeilampjes op het hoofd. We gaan bij het robotje aan tafel zitten, terwijl we een glas water krijgen van de robot met het dienblad. De tafel ligt vol met schroefjes en draden en allerlei andere ingewikkelde dingen. Het is wel duidelijk dat ik bij een uitvinder op bezoek ben!
Meneer Eensteen, u gaat binnenkort naar Parijs voor een robotwedstrijd, kunt u daar iets meer over vertellen?
‘In Parijs komen vijfentwintig robotmakers uit allerlei verschillende landen bij elkaar, met hun nieuwste robot. De robots gaan huishoudelijke taken uitvoeren, zoals stofzuigen, dweilen en de tafel dekken. De robot die dat het beste doet wint.’
Welke van deze robots doet mee?
Meneer Eensteen glimlacht geheimzinnig als hij zegt: ‘Geen van deze. Mijn wedstrijdrobot hou ik nog even apart.’
Wat krijgt de winnaar?
‘De winnaar wordt de eerste ‘huisrobot’ ter wereld! Dat betekent dat er heel veel van gemaakt gaan worden en mensen zo’n robot in huis kunnen nemen.’
Dus u wilt zeker graag winnen?
‘Ja, natuurlijk. Het zou een grote eer zijn.’
Hoe heet uw robot en wat kan hij?
‘Dat hou ik ook liever nog even geheim eigenlijk. Als we in Parijs zijn laat ik hem pas zien aan de mensen.’
U heeft al heel veel robots, waarom stuurt u niet een van hen?
‘Mijn nieuwe robot kan meer dingen dan deze.’
Als meneer Eensteen dat zegt lijkt het net of het robotje met de gele lampjes schamper lacht. Ik kijk er verbaasd naar.
Dat robotje lijkt het er niet mee eens te zijn.
Meneer Eensteen zegt niks, maar kijkt heel streng naar het robotje. En dan zegt het robotje: ‘blieb!’
Kent u de andere deelnemers van de wedstrijd?
‘Ik heb expres niet op de lijst gekeken, daar word ik alleen maar zenuwachtig van. Ik zie het daar wel. Maar het is een klein wereldje, dus ik denk dat ik er wel een paar zal kennen.’
Denkt u dat het over een tijdje heel gewoon zal zijn dat mensen een robot in huis hebben?
‘Dat weet ik wel zeker!’
Dat klinkt eigenlijk best leuk.
‘Dat is ook heel erg leuk, handig én gezellig.’
Kun je vrienden met een robot worden?
‘Dat kan wel denk ik, maar het is toch anders dan met een mens.’
Hebt u tips voor kinderen die robotontwerper willen worden?
‘Zeker: veel knutselen en prutsen met computers en elektriciteit. En veel lezen.’
Lezen? Waarom lezen?
‘Van lezen word je slim en creatief, het houdt je hersens soepel, dat is wetenschappelijk bewezen. En om robots te ontwerpen is het wel handig als je soepele hersens hebt.’
Oké, ik zal de tip onthouden. Heel veel succes met de wedstrijd, ik hoop dat uw robot wint.
‘Ik ook!’
‘Ik niet, Willem kan niks, het is een slome.’
‘Botje!’
‘Sorry. Blieb.’
Auteursfoto Janneke Schotveld © Keke Keukelaar.
Verstrekt door uitgeverij Van Holkema & Warendorf.