Hebban Weekopening #41: alsnog terug naar de leeslijst
Weekopening
Gisteravond was de deadline voor de Harland Prijs 2023. Een hele maand konden er speculatieve verhalen ingezonden worden om mee te dingen naar de hoofdprijs (1.000 euro en eeuwige roem) en publicatie op Hebban.nl (voor de beste vijf verhalen). En ingezonden werd er! De laatste dag kwamen er maar liefst 66 verhalen binnen en de totale score kwam op 185.
De aankomende week is ook weer spannend, met een artikel over boekverfilmingen, een interview met tweevoudig Hebban Thrillerprijswinnaar Anya Niewierra, de aankondiging van de zes genomineerden voor de NS Publieksprijs (inclusief stemmogelijkheid), het Hebban Crew Tipt-artikel over de boeken die de redactie nog meer opvielen naast het Hebban Boek van de Maand, Het boomhuis in het bos van TJ Klune, en de aftrap van de nieuwe Grote Vriendelijke 100 (de verkiezing voor de beste 100 kinderboeken).
Mijn Reading Challenge
Tussen al het lezen voor het Hebban Boek van de Maand, van manuscripten, verhalen en zelfgekozen boeken door, probeer ik af en toe ook een klassieker in te halen. Tijdens mijn middelbare schooltijd kon de boekenlijst voor Nederlands me bijzonder weinig boeien en probeerde ik me door de toetsen en mondelingen heen te bluffen met zo min mogelijk daadwerkelijk lezen (met zeer wisselend resultaat). Nu, decennia later, veel kennis en ervaring rijker, denk ik nog wel eens terug aan wat ik toen geskipt heb en nu lijken me sommige van die boeken toch wel interessant.
De afgelopen week heb ik De stille kracht van Louis Couperus gelezen en twee conclusies springen naar voren: 1. in mijn pubertijd had ik dit boek vreselijk saai, traag en vaak onbegrijpelijk gevonden, 2. nu heb ik ervan genoten! Beide zijn volgens mij ook volkomen logisch: als jongere wist ik nauwelijks wat van Nederlands Indië, kolonialisme, de onderdrukking van mensen en groepen én ik had er ook nog niet veel interesse in. Inmiddels heb ik vele boeken over die en aanverwante onderwerpen gelezen, me verdiept in diversiteit en geschiedenis en er zelf over geschreven. Daarbij komt dat ik toen het ouderwetse Nederlands (De stille kracht is in 1899/1900 geschreven) en de eindeloze beschrijvingen en overpijnzingen niet getrokken zou hebben, terwijl ik dat nu prachtig vind.
Kortom: ik snap waarom dit boek op mijn leeslijst stond toentertijd, want het is echt een interessant en goed boek als je maar voldoende kennis, inzicht en context hebt. Maar ik snap ook heel goed waarom die leeslijst dus niet werkte (voor mij en vele, vele anderen). Verleiden tot lezen werkt echt beter dan dwingen. Dat begrepen ze bij het vak Engels op mijn middelbare school beter. Waar ik de Nederlandse verplichte boeken deels of helemaal niet las, verslond ik tientallen boeken in het Engels, die ik zelf mocht kiezen. Dat heeft me gered van de leesdip die velen na hun middelbare schoolperiode hebben ervaren en daar ben ik nog steeds heel blij mee!
Over Martijn
Martijn is redacteur en schrijfwedstrijdencoördinator van Hebban. Daarnaast is hij auteur (onder andere van Hoe schrijf je fantasy en sciencefiction? (samen met Debbie van der Zande) en De legende van de Zwarte Wolven) en samensteller (onder andere van Halloween Horror Verhalen en De komeet (samen met Vamba Sherif), schrijfdocent (bij de Schrijversacademie en ArtEZ), Taekwon-Do master (7e dan zwarte band) met zijn eigen school in Groningen: Sung Zang en scout voor African Literary Agency (speculatieve auteurs van het Afrikaanse continent). Naast trainen en schrijven – waar hij zijn werk van heeft gemaakt – houdt hij ook erg van lezen, met beesten spelen, en in het bos werken. Hij woont in Groningen samen met Debbie, drie honden, honderden planten en duizenden boeken.