Boek&nieuws /
Helft van Friezen stamt af van één oervader
Uit een onderzoek van de Leidse hoogleraar evolutiegenetica Peter de Knijff en Europese collega’s blijkt dat twee op de drie Europese mannen afstamt van een een groep van slechts drie mannen uit de Bronstijd. Van alle inheemse Friezen loopt de helft zelfs rond met de genen van maar één van de 'stamvaders'.
Samen met onder meer Britse collega's onderzocht De Knijff de genen van honderden mannen uit 17 landen, plus het dna van 98 skeletten uit de oertijd en maakten zij een analyse van het Y-chromosoom.
De uitkomst van het onderzoek is verrassend, omdat de stamvaders relatief kort geleden leefden: zo'n 2.500 tot 2.200 jaar voor Christus, toen er al landbouw was en het Oude Egypte bloeide. Zoals je aan achternamen kunt aflezen waar iemand vandaan komt, zo is met geavanceerde statistische technieken uit dna af te lezen hoe bevolkingen zich hebben verspreid. Dat betekent niet per se dat het hier ging om drie viriele veroveraars die overal waar ze kwamen kinderen verwekten. Eerder duidt het erop dat andere families gaandeweg uitgewist raakten.
Dat zoveel Europeanen uit zo weinig mannen voortkomen, 'lijkt te suggereren' dat er destijds sprake was van een bevolkingsexplosie of een volksverhuizing, vertelt de Leidse hoogleraar evolutiegenetica Peter de Knijff met wetenschappelijke voorzichtigheid. 'Het kan duiden op een groepje mensen die iets konden waardoor ze heel succesvol werden. Het correleert in elk geval redelijk met de introductie van wat we de moderne landbouw noemen.'
Vanaf 3.000 voor Christus verspreidden zich allerlei nieuwe technieken over Europa, zoals paardrijkunst en bronzen wapens. 'Er was altijd discussie of die vernieuwing gepaard ging met nieuwe mensen of dat men het bij elkaar afkeek', zegt De Knijff. 'Nu zien we dat de genetische invloed van de jager-verzamelaars die oorspronkelijk in Europa woonden goeddeels is weggevaagd.'
Bron: De Volkskrant
In de literatuur zijn er vele boeken waarin een belangrijke rol is weggelegd voor vaders. Een kleine selectie:
Vader van Karl Ove Knausgard
Karl Ove Knausgård is bezig aan een roman, maar wordt geplaagd door enorme onzekerheid. Dagelijkse frustraties met betrekking tot het huishouden en zijn gezin nemen veel tijd in beslag en tijdens het schrijven dwalen zijn gedachten af naar zijn kindertijd. Knausgård vraagt zich af of hij net zo n beangstigende man is voor zijn kinderen als zijn vader ooit voor hem was.
De eerste maandag van de maand van Peter Zantingh
Toen hij met Sara was, had de dertigjarige Boris weinig last van zijn dwangstoornis. Maar als zij de relatie op een maandagochtend verbreekt, gaat het bergafwaarts. Hij kan niet anders dan twee straten verderop bij zijn alleenstaande vader aanbellen - een stugge weduwnaar die zijn zoon wel wil helpen, maar dat kan alleen als ze beiden hun grootste zwaktes toegeven.
Boven is het stil van Gerbrand Bakker
Boven is het stil is een loflied op de schoonheid van de natuur, een boek over weilanden, water, vogels, ijs in sloten en meertjes, koeien, schapen, twee aardige ezels, en één bonte kraai. Maar in de uitgestrektheid van deze natuur kan men snel in zijn eenzaamheid verdrinken. Daarom is het verhaal van Helmer, boer tegen wil en dank, ook het verhaal van een knagende hunkering naar het onbekende.
Helmer doet zijn vader naar boven; het is tijd om schoon schip te maken. Hij haalt de woonkamer en de voormalige ouderlijke slaapkamer leeg, schildert de boel en koopt nieuwe spullen.
De helaasheid der dingen van Dimitri Verhulst
In De helaasheid der dingen keert de schrijver terug naar zijn geboortegrond in Reetveerdegem. We maken kennis met zijn vader, Pierre, die zijn paar uur oude zoontje in een postzak op zijn fiets langs alle kroegen van het dorp rijdt om hem aan zijn vrienden te tonen; zijn grootmoeder, wier nachtrust al te vaak verstoord wordt door de politie als die weer eens een van haar dronken zonen thuis komt afleveren; en niet te vergeten de werkloze nonkels Potrel, Herman en Zwaren, voor wie een wereldkampioenschap zuipen het hoogst haalbare is en die leven volgens het adagium 'God schiep de dag en wij slepen ons erdoorheen'.
De eeuw van mijn vader van Geert Mak
Geert Mak schreef een biografie van Nederland in de twintigste eeuw in de vorm van een familiegeschiedenis. Het is een geschiedenis door de achterdeur, verteld vanuit de keuken van een doorsnee Nederlandse familie, die van Geert Mak zelf.