Het favoriete kookboek van Jet

Ik hou van koken. Koken geeft me rust — het is het enige moment van de dag waarop ik mezelf de tijd gun iets te doen waar ik niet al te diep over hoef na te denken en alleen bezig te zijn met dat wat ik aan het maken ben. Het leuke is bovendien dat er toch resultaat geboekt wordt — resultaat dat ik anderen ook nog eens kan voorschotelen.

Maar wat me wel veel stress oplevert, is besluiten wat ik ga maken. Ik kan urenlang recepten bekijken, voor- en nadelen tegen elkaar afwegend, een keuze maken, in de supermarkt toch weer aan het twijfelen gaan, eindeloos voor het groentevak staan en uiteindelijk thuiskomen met de ingrediënten voor mijn allereerste idee van die dag.

Het beste is eigenlijk om alle recepten uit één kookboek af te gaan. Zodat ik niet elke dag met veel moeite hoef te beslissen wat het wordt, zodat ik weet dat alles toch wel een keer aan de beurt komt, zodat het niet erg is dat ik vandaag dat ene gerecht maak, en het andere niet.

Het kookboek waarmee ik al een eind op weg ben om dit doel te behalen, is The Green Kitchen van David Frenkiel en Luise Vindahl, een mooi vormgegeven boek vol recepten zonder vlees of vis en weinig koolhydraten. Heel streng Paleo of vegan is het boek niet, want een aantal recepten bevat gewoon eieren, yoghurt, kaas of aardappelen. Maar er wordt wel gebruik gemaakt van allerlei niet al te alledaagse ingrediënten, zoals kokosolie, kamutmeel, amandelmelk en amaranth. Wat ik zelf ontzettend leuk vind, maar mijn omgeving niet altijd: toen ik op een avond voor mijn huisgenoten een venkel-kokosquiche met deeg van amandel- en kastanjemeel had gemaakt, en daarbij een ceviche van mungbonenkiemen, riep de een kwaad: ‘Kan je niet eens wat normaals maken!’ Hij weigerde mee te eten. Tot vreugde van de ander, want nu was er meer voor ons.
Beide recepten heb ik later nog vaak gemaakt. Net als de broccolisalade met granaatappel- en zonnebloempitten, de wraps gevuld met bietjes-geitenkaas- en sinaasappel-quinoavulling. Of de soep van geroosterde tomaten en kikkererwten. Ook maak ik regelmatig een The Green Kitchen-ontbijt: een bowl van avocado en appel, banaan-kokospannenkoekjes of een ovenschotel met bramen en havervlokken.

Maar er zijn nog genoeg recepten om uit te proberen. Savooienkooltaco’s met pistachevulling bijvoorbeeld. Of de salade met belugalinzen en ahorndressing. Alles komt een keer aan de beurt — wat een rustig gevoel.