Het voorwoord van de Boekenweek: In gesprek met Annelies Verbeke
Annelies Verbeke (België, 1976) debuteerde met de internationale bestseller Slaap! (2003). Haar werk verschijnt in vijfentwintig landen. Met haar roman Dertig dagen won Verbeke de F. Bordewijk-prijs, de NRC Lezersprijs en de Opzij Literatuurprijs; voor de verhalenbundel Halleluja ontving ze de J.M.A. Biesheuvelprijs en de Cutting Edge Award. Beide boeken haalden de shortlist voor de ECI Literatuurprijs. Ook won ze de Vlaamse Debuutprijs en het Gouden Ezelsoor. Annelies Verbeke is een fervent ambassadeur van het korte verhaal.
Auteursfoto © Alex Salinas, via uitgeverij De Geus
Vertel eens over de totstandkoming van je meest recente boek?
Treinen en kamers is een verhalenbundel die, net als mijn vorige verhalenbundels, als een geheel moet worden gezien. Ik liep al een jaar of drie rond met het idee om een verhalenbundel te maken waarin elk verhaal geïnspireerd is door een klassieker uit de wereldliteratuur van voor het jaar 1900. Ik had zin die klassiekers te herlezen of voor het eerst te lezen, en mij te verbinden met oude literatuur (tot 4300 jaar geleden geschreven). Ook omdat ik me wat eenzaam voelde binnen het literaire landschap van vandaag.
'Zorg', de vraag 'wat is de werkelijkheid en wie bepaalt dat', en de tegenstellingen 'beweging en stilstand' en 'creatie en vernieling' vormen thematisch de bindende elementen. In sommige verhalen keren ook personages terug uit andere verhalen, en zoals altijd is het patroon dat de verhalen onderling vormen van belang. Ik begin en eindig met een verhaal over mijn alterego 'de auteur' (die ook in enkele voorgaande boeken opduikt), het achtste van de vijftien verhalen vormt zoals bij mijn voorgaande bundels 'het hart'. Dat hart is tevens een kantelpunt. Ik had eerst het idee om alle verhalen behalve de 'de auteur'-verhalen in en om de treinrit Oostende-Eupen te laten plaatsvinden. Het vervolg van dit antwoord is het antwoord op vraag twee.
Hoe heeft de lockdown het schrijven beïnvloed?
Ik was de dertiende-eeuwse Liederen van Hadewijch aan het lezen toen corona ook hier menens werd en we voor de eerste keer in lockdown gingen. Wat ik beschrijf in het achtste verhaal, 'Orewoet', is een soort 'meditatie', verweven met Hadewijchs begrippen, een poëtische momentopname van een historische gebeurtenis. Ik vond het toen ook wel welletjes met die treinen en heb de verhalen in het tweede deel van de bundel in en om kamers laten afspelen. Corona is bij die zes verhalen ook een gegeven, zij het meestal op de achtergrond; het zijn geen verhalen over Covid-19, maar het voelde juister deze nieuwe realiteit te laten meespelen, anders zou ik het gevoel hebben gehad te 'doen alsof'.
Welke reactie op je meest recente boek heeft je het meest geraakt, in positieve of negatieve zin, en waarom?
Ik ben ontzettend blij met de receptie van Treinen en kamers. Alle recensies waren lovend tot hiertoe, en er waren ook echt mooi geschreven, lange, dieper gravende stukken bij. Bovendien legden ze eigenlijk allemaal een andere klemtoon. Ik kan bijgevolg moeilijk kiezen, het was echt hartverwarmend. Ik ben blij dat in meerdere van de recensies expliciet werd benadrukt dat mijn verhalenbundels meer zijn dan wat samengeraapte verhalen, maar dat ze een hecht geheel vormen, dat groter is dan de som der delen, en waarbinnen elk deel de vrijheid neemt op een andere manier te experimenteren. Ik ijver zelf al jaren om dat inzicht aan de man te brengen, om te tonen: dit is een bijzonder en rijk genre, mensen, leer het beter kennen! Dus dat over mijn eigen werk te lezen voelde als een groot begrip van dat waarmee ik ik al langer bezig ben.
Welke periode in je leven beschouw jij als het 'voorwoord' van je carrière als (fictie)schrijver?
Ik heb als jonge twintiger een postgraduaat scenarioschrijven gevolgd aan de filmschool in Brussel en werd met het scenario dat ik als eindwerk schreef als jongste en minst ervaren deelnemer geselecteerd voor een scenario-ontwikkelingsworkshop van het Mediterrannean Film Institute, die tijdens 2001-2002 doorging op drie Griekse eilanden, onder leiding van professoren van Columbia University uit New York. Ik heb er vrienden voor het leven gemaakt, en keerde haast jaarlijks naar een eiland terug om hen te zien. Mijn mentor daar, Milena Jelinek, die ook later alles wat van mij in het Engels en het Tsjechisch verscheen bleef lezen, is in 2020 helaas aan Covid-19 overleden. Het scenario van toen is nooit een film geworden, mijn ideeën over schrijven hebben weinig te maken met de Amerikaanse principes rond scenarioschrijven, maar in 2001 hoorde ik op het juiste moment in mijn leven de juiste woorden van de juiste mensen. Dat ik een auteur was en hiermee door moest gaan. Kort daarna begon ik aan mijn debuut te schrijven.
'In 2001 hoorde ik op het juiste moment in mijn leven de juiste woorden van de juiste mensen. Dat ik een auteur was en hiermee door moest gaan.'
Wat betekent de Boekenweek voor jou als schrijver?
Ik wil niet ondankbaar klinken maar eigenlijk niet zo veel, voor mij persoonlijk. Ik ben non-stop met boeken bezig, als lezer en als auteur, dus elke week is boekenweek. Maar dat er momenten in het jaar zijn dat de aandacht van de mensen naar boeken wordt getrokken, kan ik uiteraard alleen maar toejuichen. Als het mijn eigen boeken betreft nog luider.
Welke herinneringen heb je aan de Boekenweek (als kind, tiener of volwassene)?
In België is het toch wat minder aan de orde, denk ik. Er komen me geen concrete herinneringen voor de geest.
Het thema van de komende Boekenweek is 'Tweestrijd'. Op welk moment in je schrijfcarrière (of tijdens het schrijven van je laatste boek) bevond jij je in tweestrijd en waarom?
Zowel Halleluja als Treinen en kamers getuigen van mijn worsteling met het schrijverschap zelf. Ik vroeg me steeds meer af of ik dat eigenlijk wel nog wilde, al raakten het schrijven en het leven zo met elkaar verbonden, dat ze niet meer uit elkaar te halen zijn, en al nam niemand in mijn omgeving het serieus dat ik los van het schrijven zou kunnen leven – wat ik op zich ook confronterend vond, al zou ik tegelijk niet willen dat ze zich dat wel makkelijk kunnen voorstellen. Enfin, ik ben inmiddels geen beginner meer, en toch nog steeds een auteur. Mijn duik in de literatuurgeschiedenis, het opgaan in dat verbond met auteurs uit het verleden, heeft daarbij zeker geholpen. En schrijven blijft bij momenten het prettigste wat er is. Ik heb me erbij neergelegd dat ik het ook nodig heb en waarschijnlijk finaal gek zou worden als ik het niet meer zou doen.
Hoe zie jij de toekomst van het boek?
Ik weet dat er veel redenen tot bezorgdheid zijn, maar ik heb toch ook met zekerheid kunnen vaststellen door lezingen te geven in middelbare scholen dat wanneer er enige moeite wordt gestopt in literatuuronderwijs, dat leerlingen er absoluut wel enthousiast over kunnen zijn en dat het ze kan helpen in hun leven op manieren die je niet in cijfers om kunt zetten. Ik vind dat daar een groter bewustzijn rond nodig is, dat de literatuur in het onderwijs aan een promotiecampagne toe is. En dat ook universiteiten – waar steeds minder mensen zich inschrijven voor taal, literatuur, filosofie – volop tegen deze tendens in moeten gaan. Grootschalige landelijke opwaarderingscampagnes nu! Voor de harde wetenschappen zijn die jaren geleden met succes toegepast.
'Ik heb me erbij neergelegd dat ik het ook nodig heb en waarschijnlijk finaal gek zou worden als ik het niet meer zou doen.'
Het afgelopen jaar zijn we langzaam gewend geraakt aan 'het nieuwe normaal' op anderhalve meter afstand. Zal dit een rol spelen in toekomstige nieuwe verhalen of kies je er bewust voor die in vroegere of toekomstige tijden te laten afspelen?
Ha, dit beantwoordde ik al gedeeltelijk bij vraag twee. Ik hoop echt dat we hiervan verlost worden in de toekomst! Ik wacht het af zoals iedereen.
Welke drie boeken zou je tippen aan andere lezers?
Bonusvraag: Welke boekhandel in de buurt draag jij een warm hart toe en waarom?
Hier in Gent ga ik het vaakst langs bij Boekhandel Limerick: klein, maar met een mooie, literaire selectie.
Het voorwoord van de Boekenweek
De Boekenweek is verplaatst naar de zomer van 2021 en toch beleven we van 6 t/m 14 maart een ‘week vol boeken’. Omdat je het boek nooit genoeg kunt vieren en jouw favoriete boekhandel ook de komende tijd alle steun kan gebruiken. Laat je inspireren en geniet in aanloop naar de Boekenweek van gesprekken met auteurs en de mooiste boeken(tips). Hoofdsponsor NS is in 2021 twintig jaar verbonden aan de Boekenweek. Kijk voor meer leesinspiratie op www.ns.nl/treinlezer.