Interview /
Arjan Visser speelt graag met de werkelijkheid
Twee jaar nadat zijn zus naar Andalusië vertrok om daar haar geluk te beproeven met een handeltje in tropische vogels hoort schrijver en journalist Arjan Visser dat ze in een Spaanse gevangenis zit. Nadat hij haar daar heeft bezocht begint een zoektocht naar antwoorden. Visser stuit op meerdere familiegeheimen, waarin Spanje een belangrijke rol speelt. Hij denkt terug aan de zakenreizen van zijn vader, die een sinaasappelimportbedrijf had, aan de lange vakanties aan de kust en aan de mensen die ze er leerden kennen. In het bijzonder denkt hij aan Fina, een jonge vrouw die in Nederland een tijdje bij de familie Visser woonde en die later met een foto op de voorpagina van een Spaanse krant stond, vermoord door haar eigen moeder. Thuis bleef dit drama onbesproken, waarom? Arjan Visser vertrekt naar Spanje om het proces tegen zijn zus bij te wonen en om tegelijkertijd dieper in het verleden van zijn vader te kunnen graven. Hij raakt verdwaald in zaken die anders lijken dan ze zijn en herinneringen die misschien niet helemaal een juiste weergave zijn van wat er écht is gebeurd. God sta me bij want ik ben onschuldig is Vissers waargebeurde verhaal.
Mijn moeder heeft vanaf het begin gezegd: ‘Als je er een boek over wil maken, moet je dat doen. Maar wat je ook bedenkt, met welke waarheid je ook aan de haal gaat, het blijft jouw waarheid en niet de mijne.’
Hoe zijn de reacties op je boek? En van je familie?
'Ik krijg veel positieve reacties. Het interessante is dat er veel mensen zijn die zich namens mij zorgen maken om mijn familie. Natuurlijk heb ik die zorgen ook wel gehad, maar ze zijn al eerder opgehouden. Die zorgen speelden vooral toen ik het boek aan het schrijven was.
Mijn moeder en mijn zus wisten al in een eerder stadium dat ik een boek ging schrijven en hebben daarmee ingestemd. In het boek komen zij er pas later achter dat ik een boek over de familie wil schrijven. Daarin lopen het boek en de werkelijkheid nogal door elkaar. Soms is dat lastig uit te leggen. Mijn moeder heeft vanaf het begin gezegd: ‘Als je er een boek over wil maken, moet je dat doen. Maar wat je ook bedenkt, met welke waarheid je ook aan de haal gaat, het blijft jouw waarheid en niet de mijne.’
Hoe houd je zelf nog uit elkaar wat wel en niet gebeurd is?
'Als schrijver heb ik dat heel scherp in zicht. Ik weet precies waar ik de lezer wil verwarren of verontrusten. Door bijvoorbeeld te zeggen dat ik het niet meer weet. Maar in het echt weet ik het natuurlijk wel. Dat is ingewikkeld, omdat ik het als schrijver precies weet, maar ik als zoon of broer natuurlijk mijn verwarring of verwondering heb gehad. Maar wanneer ik in het boek schrijf dat ik niet meer weet hoe iets is gegaan, dan is dat vanwege de thema’s van mijn boek. Wat is werkelijkheid en wat is verzonnen en hoe herinner ik me dingen? De schrijver in het boek is in die zin maar een personage.'
De schrijver worstelt met het vader-zoonsyndroom. Hij wil zich distantiëren van zijn vader, maar herkent ook hun overeenkomsten. Zo willen ze beiden los en vrij zijn. Zijn jij en de hoofdpersoon uit deze worsteling gekomen?
'Het heeft mij geholpen toen ik begon te begrijpen waarom ik bepaalde dingen doe, dit kan herleiden en in perspectief kan plaatsen. Toen ik mijn moeder het verhaal had laten lezen, zei ze: ‘Je lijkt sprekend op je vader, want je bijt je ergens helemaal in vast en ziet dan helemaal niet meer dat er nog iets anders is.’ Daarmee zegt ze eigenlijk: ‘Jij blijft maar doorgaan, je denkt maar dat je het weet.’ Ze heeft gelijk, want daarin lijk ik heel erg op mijn vader. Ik wist niet dat ik dat ook heel erg had, maar ik geloof wel dat ik dat schrijvenderwijs heb ontdekt. Het verschil is dat mijn gouden handel is dat ik denk rijk te worden met een boek. Hij dacht dat hij met een Fiat cabriolet goud kon verdienen. Vervolgens stond hij na 2 kilometer met een kapotte motor langs de kant van de weg. Dat tragikomische dat je dingen veel te groot of veel te klein maakt hebben we dus allebei.
Mijn vader, mijn zus en ik zijn in het boek alle drie groter en karikaturaler dan in het echte leven. Ik ben niet altijd zo, en mijn vader ook niet. Ik hoop eigenlijk dat lezers soms ook heel erg in de lach schieten als ze het boek lezen. Ik heb het ook wel grappig bedoeld, hoe raar dat ook klinkt.
Ik houd ook wel van die overdrijvingen. Mijn vader, mijn zus en ik zijn in het boek alle drie groter en karikaturaler dan in het echte leven. Ik ben niet altijd zo, en mijn vader ook niet. Ik hoop eigenlijk dat lezers soms ook heel erg in de lach schieten als ze het boek lezen. Ik heb het ook wel grappig bedoeld, hoe raar dat ook klinkt. Het is natuurlijk bloedserieus, de relatie met de vader en de zoon. Ik bedoel, ik heb bepaalde dingen van hem geërfd. Maar ik draag ook dingen bij me die een reactie zijn op de manier hoe hij in het leven stond. En dat was vooral iemand die wilde laten zien wat hij allemaal had. Het gezin bijvoorbeeld, dat hij, Jaap Visser, had gemaakt. Daar was ik een deeltje van en dat deeltje moest zich goed gedragen. Die moest ook een stoere jongen zijn en vooral niet laten zien dat hij bang of onzeker was.
Maar ik wilde onderzoeken wat ik als zoon van mijn vader nu allemaal doe als een consequentie van zijn gedrag destijds. Dat ik bijvoorbeeld 160 kilometer per uur rij op de motor richting Brussel. Dat zijn dingen waarmee ik aan mijn vader laat zien: kijk! Zo stoer ben ik, ik ben een waardige zoon van jou.'
Je vader was heel trots op wat hij had gemaakt. Zou hij nu trots op jou zijn?
'Ik denk dat hij eerst woedend zou worden, omdat ik hem verdenk van overspel. Maar ik denk dat hij uiteindelijk hetzelfde zou reageren als mijn moeder. Mijn moeder schrok in eerste instantie van wat ze las. Haar reactie was: ‘O, ga jij zo met die werkelijkheid om? Want voor mij is die heel anders.’ Maar in tweede instantie gaf ze aan erg ontroerd te zijn omdat ze het een prachtig verhaal vond. Dus ze neemt afstand van die karakters in het boek en ze zegt: ‘Dit is prachtig.’ Dat vind ik echt heel groots. Ik denk dat mijn vader dat ook wel zou kunnen. Ik kan me best voorstellen dat hij er trots op zou zijn.
Hij was ook heel erg trots toen ik mijn eerste boek afhad. Wat echt een heel grappig effect had, want ik had namelijk een moeilijke relatie met hem. Ik vond het bijvoorbeeld lastig om de juiste zoon te zijn. Dat heeft best lang geduurd, totdat we een soort van wapenstilstand hebben gehad. Ik ben hem toen meer gaan accepteren, hoewel ik eigenlijk niet weet hoe hij dat zag. Maar toen ik mijn eerste boek gepubliceerd had werd onze relatie pas echt goed. Vanaf dat moment had hij ineens bewondering voor wat ik deed en gemaakt had als individu en niet als een onderdeel van. Zo van: ‘Dit is mijn zoon en dit heeft hij gemaakt.’ Hij ging ook mijn boek aanprijzen bij mensen. Dat is natuurlijk waar je als zoon van droomt.'
In dit boek beschrijf je dat je eigenlijk bezig bent met een boek over zes broers. Hoe is het daar nu mee?
'Daar ben ik nog mee bezig, maar nu op een iets rustigere manier. Ik kan daarin namelijk veel meer spelen met het verhaal en het aantal broers bijvoorbeeld. Dat is iets wat met dit verhaal een stuk lastiger was. Ik ben wel blij dat ik even terug kan naar mensen die ik zelf heb verzonnen.
Tegelijkertijd heb ik gemerkt dat het erg prettig werkt om te spelen met de werkelijkheid. De werkelijkheid als basis en om van daaruit aan de slag te gaan met je fantasie. Wat ik bijvoorbeeld een goed boek vind is In cold blood (In koelen bloede) van Truman Capote. Die man heeft een moordzaak gevolgd, heeft alle betrokkenen gesproken en daar een boek over geschreven. Eigenlijk heeft hij ook een eigen draai aan de waarheid gegeven, maar er tegelijkertijd toch een soort literair verslag van gemaakt.
Dat gebeurt steeds vaker. Neem het boek Turis van Özcan Akyol. Hem wordt in alle interviews meteen naar zijn familie gevraagd en hun reacties op het boek. Ook wordt alles wat in het boek beschreven staat heel letterlijk genomen. Akyol vertelt ook dat de werkelijkheid het uitgangspunt was, maar dat hij ook gespeeld heeft met die werkelijkheid.'
Is het makkelijker om een boek te schrijven dat dicht bij jezelf blijft?
'In eerste instantie niet. In een eerste versie had ik alle data, personen en steden bij naam genoemd. Nadat ik besloten had om de namen te veranderen werd het makkelijker. Zo heb ik kunstmatig een afstand gecreëerd en kon ik het zien als een boek in plaats van een autobiografie.'
Heeft het boek je zus nog geholpen? Als een soort steun?
'Het is grappig dat je dat zegt, dat klopt inderdaad. In eerste instantie schrok ze, maar ze begreep al snel dat het een roman was. Maar ze zei wel: ‘de feiten van de arrestatie kloppen, daar is niets aan veranderd. Ik ben ervan geschrokken dat ik die dingen verkeerd heb aangepakt. Dat was echt een eyeopener. Daar moet ik echt iets aan veranderen.’ Dat vond ik wel een mooie reactie van mijn zus.'
Is schrijven voor jou ook een manier om met bepaalde zaken om te gaan?
'Ja absoluut. Ik denk ook dat dit hier ook een heel goed voorbeeld van is. Als schrijver draag je bepaalde dingen met je mee en dat moet er een keer uit. Net zoals met die krant van Fina. Dat is heel lang geleden gebeurd. Die foto in de krant heeft al die tijd in mijn gedachten gezeten, maar daar heb ik toen niets mee gedaan. In dit boek komen een heleboel herinneringen van me samen en ga ik opeens wat doen met de nieuwsgierigheid naar het verhaal achter Fina. Je kunt het zien als een soort van cold-case haha.'
Giveaway
Maakt dit interview je nieuwsgierig naar God sta me bij want ik ben onschuldig ? Doe dan mee met de giveaway en maak kans op een exemplaar!