Meer dan 6,0 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Terug

Interview /

Auke Kok: 'Het is mijn vak om mythes te ontkrachten'

De Olympische Spelen zijn volop bezig en de eerste medailles voor Nederland zijn binnen. Tachtig jaar geleden bij de Spelen in Berlijn stond de medaillespiegel uiteindelijk op 17: 6 x goud, 4 x zilver en 7x brons, wat zal Rio met zich meebrengen? Een mooi moment om met Auke Kok te speken over zijn boek '1936. Wij gingen naar Berlijn.'



Pagina 3 van 3

Mythes ontkrachten

Op dit moment draait de film Race in de bioscoop, over de deelname van Jesse Owens aan de spelen van 1936. Er zijn veel raakvlakken met wat je beschrijft in je boek, maar in de film wordt het niet schudden van de hand van Hitler met Owens, net iets anders uitgelegd dan jij in je boek doet?

'Ja in de film hanteren ze nog de mythe dat Hitler heel bewust weigerde Jesse Owens een hand te schudden na zijn triomf. Het is een zeer hardnekkige mythe. Het is ook een zoet verhaal en fijn om te zien dat zo’n charmante zwarte loper uit Ohio, een kleinzoon van een slaaf, die vreselijke Hitler te kakken zet en gefrustreerd doet weglopen.. was het maar waar. Maar ja, het is anders en dat staat ook heel gedetailleerd in boeken beschreven en ja, het is mijn vak toch om mythes te ontkrachten. Dan maar een leuk verhaaltje minder op verjaardagsfeestjes.'

Je schrijft veel over sport, maar ook over geschiedenis en toont je politiek geëngageerd. In hoeverre gaan in jouw opinie sport en politiek wel, danwel niet samen?

'Om te beginnen gaan ze samen. Om de eenvoudige reden dat de politiek zich met de sport in laat, inkapselt, gebruikt en dat is toen allemaal begonnen. Want daarvoor in Los Angeles, toen werd het wel een beetje gebruikt als reclame voor LA, maar dat kun je niet vergelijken met wat de nazi’s deden. Zeker na de wederopbouw, toen er weer geld onder de mensen was, zijn er EK’s, WK’s en Olympische Spelen gebruikt als etalagemiddel voor een stad of een land. En dat maakt dat het wordt gebruikt en niet meer een doel is op zichzelf, maar een middel. Een sporter kan wel zeggen dat hij of zij er is om te sporten en niets te maken heeft met politiek, maar dat is al tachtig jaar een tamelijk onhoudbare stelling. Dat kun je wel zeggen, maar de politiek bemoeit zich met jou en daar zal je toch rekenschap van moeten geven. Daar moet je iets mee als sporter vind ik.'

Dat het in 1936 zo was bleek wel uit het feit dat Hitler en Goebbels niets op hadden met de Olympische Spelen, totdat ze inzagen welk effect het vanuit propagandistisch standpunt teweeg zou kunnen brengen. De sport als visitekaartje dus. In hoeverre geldt dat ook voor de Spelen die zich nu afspelen in Rio?

'Ja het geldt voor Brazilië ook. Ik heb tot nu toe niet het idee dat het Rio erg lukt om zichzelf het zonnestraaltje te laten zijn: het Olympisch dorp was nog niet af toen de spelers kwamen, ze zijn kennelijk niet goed in staat de afdaling bij het wielrennen goed af te bakenen, het zwemwater wordt ineens groen. Dat was in 1936 allemaal wel beter geregeld. Cynisch gezegd was ’36 wel het goede voorbeeld van de uitdrukking ‘als je iets doet, moet je het goed doen’. En dan geloven de mensen het ook. Sinds de jaren ’80 zijn de Olympische Spelen ook een middel geworden om winst te maken en om jezelf heel erg op de kaart te zetten en gek genoeg zijn de Spelen van 1936 de oerspelen wat dat betreft. En het feit dat Nederland zo graag naar de Spelen wil is ook niet alleen omdat Nederland zo van sporten houdt, maar ook omdat ze dat zien als een verkoopmiddel.'

Less is more

Hoe zie je de toekomst van Olympische Spelen en andere grote internationale sportevenementen?

'Goh, hoe zie ik de toekomst? Nou, die is wel een beetje problematisch. Allereerst gezien de enorme veiligheidstoestanden die nodig zijn. Zo gaan we voetballen in Rusland in 2018, dat zal een hoop gelazer geven zeker als de politieke ontwikkelingen in dat land doorgaan; vier jaar later in Qatar, dat is helemaal waanzin. De geur van dit soort dingen wordt minder aangenaam. Ook de FIFA, het Internationale Olympisch Comité: allemaal geen toonbeeld van vlekkeloosheid, transparantie en zuiverheid… het geeft heel wat negatieve vibraties. De Olympische Spelen zijn een commercieel circus zonder weerga, maar er zit van oorsprong al een enorme weeffout in: je beoogt broederschap onder de deelnemers maar wakkert tegelijkertijd het chauvinisme aan. Wat mij betreft mag het allemaal wel een tandje minder, ik erger me steeds meer aan de opgekloptheid. Leg het accent puur op de sport en maak het niet zo groot. Niet al die nieuwe sporten erbij halen die helemaal niks te maken hebben met Olympia. Hou het kleiner, eleganter en soberder: less is more. En niet op van die potsierlijke locaties.'

'Poetin move over, dat is de boodschap'


Wat wil je de lezers van 1936 meegeven met dit boek?

'De moraal… dat dat soort boosaardige sportevenementen een enorme nasleep kunnen hebben. Denk ook aan het WK ’78, dat had eigenlijk niet plaats moeten hebben. Sporters zijn daar te makkelijk in, sportliefhebbers ook. Let op waar je het doet en kies er ook voor om niet te gaan. Wees kritisch. Mijn stelling is dat Jesse Owens het feestje van Hitler niet heeft verpest; hij heeft er net zo goed aan bijgedragen. Nu konden Goebbels en Hitler zeggen: ‘Kijk nou eens: ook de zwarte Amerikanen komen hier en zelfs Joden kunnen meedoen en zelfs als ze winnen worden ze evengoed gehuldigd met een lauwerkrans en vrolijk uitgezwaaid; hoezo is er hier iets mis in dit land? En Jesse Owens heeft evengoed bijgedragen aan dat sprookje van het vredelievende Duitsland. Besef wat je doet en zeg niet dat je alleen voor de sport gaat, zo simpel zit de wereld niet in elkaar. Een vrijblijvende houding naar dit soort gebeurtenissen leidt tot niets en als je er wel aan meedoet kan het een hele tragische meesleep krijgen. Het wordt tijd voor een hele nieuwe generatie bestuurders die voor transparantie is en die, en misschien is dat wel het moraal, afstand houdt van staatslieden. Maak je ook niet zo afhankelijk van die overheden. Overheden zouden daar niets meer mee te maken moeten hebben. Zoals Wilhelmina in 1928 geen zin had om die openingsceremonie bij te houden; misschien was dat wel helemaal het goede signaal: jongens ga je gang maar, ik ga lekker op vakantie naar Noorwegen; ik laat een brekebeen van Prins Hendrik het wel even opknappen. Het waren simpele, sobere Spelen, terwijl iedereen het toch een heel leuk sporttoernooi vond. Nu ik er zo over nadenk was Amsterdam ’28 een toonbeeld van hoe het moet: eenvoudig, niet overdreven, staatshoofd gaat lekker op vakantie en een ambtenaar van het elektriciteitsbedrijf komt het Heilige Vuur even aansteken haha. Niet al die pathos van dat oude Griekenland, maar doe het als Amsterdam. Ik voel hier meteen een nieuwe column opkomen. We moeten Amsterdam als voorbeeld nemen. Poetin move over, dat is de boodschap. We zijn eruit! Ik ga mijn slothoofdstuk nog even aanpassen voor de volgende druk hahaha. Niet 1936 moet het voorbeeld zijn, maar 1928. We moeten terug naar ’28, verdomd als het niet waar is.'

1936. Wij gingen naar Berlijn is in mei verschenen bij De Bezige Bij.



Over de auteur

Stefanie Schulte

46 volgers
255 boeken
17 favoriet
Boekverkoper


Reacties op: Auke Kok: 'Het is mijn vak om mythes te ontkrachten'

 

Gerelateerd

Over

Auke Kok

Auke Kok

Auke Kok (1956) is een Nederlandse non-fictieschrijver, journalist en colum...