Interview /
Ellen Heijmerikx: 'De losheid en levensvreugde die hen zo natuurlijk afging wilde ik ook'
Over dit boek:
Juanita zit aan het sterfbed van haar man Pepe, in Nederland. Ver weg van de bergen van Asturië, die zij lang geleden hebben verlaten, maar die dichterbij lijken dan ooit. In zijn laatste dagen vertrouwt Pepe haar alles toe waarover hij een leven lang gezwegen heeft. Zijn bekentenis opent Juanita niet alleen de ogen voor zijn jeugd tijdens de wrede Spaanse dictatuur, maar dwingt haar ook naar haar eigen verleden te kijken. De romantiek van hun eerste ontmoeting, het reizend theatergezelschap van haar ouders, de gedichten die Pepe schreef en de vader die hij zocht alles komt in een ander licht te staan. En nooit was iets gelogen is een fonkelende roman over liefde, overleven en de kracht van verbeelding.
Je bent opgegroeid in een streng-orthodoxe geloofsgemeenschap (de Noorse Broeders), waar je op je 20ste bent uitgetreden. Dit vormt het thema van je eerste twee romans, Blinde Wereld (2009) en Wij dansen niet (2011). Schreef je voor je uittreding ook al?
"Voor mijn uittreding schreef ik niet, ik las daarentegen veel. Boeken die toen voorhanden waren en die ik nu niet zo snel meer zou uitkiezen om te lezen."
Wat voor soort auteur heeft deze achtergrond van jou gemaakt?
"In het geloof waren we elk uur van de dag gefocust op onze roeping, onze vervolmaking. Dat fanatisme vind ik terug in mijn schrijversbestaan. Toen ik uit het geloof stapte, heeft het nog even geduurd voordat ik besefte hoe ik vanaf mijn kindertijd ben voorgelogen. Sindsdien probeer ik alles tot in het kleinste detail te doorgronden. Misschien is ook dat een pré bij het schrijven."
Behalve dat En nooit was iets gelogen niet autobiografisch getint is, wat onderscheidt deze roman van de vorige twee?
"Bij het schrijven van deze roman kon ik niet putten uit mijn eigen verleden. Het was een uitdaging om ook in dit verhaal een gelaagdheid aan te brengen en er mijn eigen fascinaties in te verwerken. Er zijn overeenkomsten met mijn vorige romans, maar En nooit was iets gelogen is meer een caleidoscopische roman. Korte scènes die steeds van toon en benadering veranderen."
Je kent de Spaanse Juanita en Pepe, de rolmodellen voor de hoofdpersonages, persoonlijk, omdat ze de ouders zijn van jouw jeugdvriendin Elly. Wat sprak je het meest aan in hun geschiedenis dat je deze wilde verwerken tot een roman?
"Een voor mij totaal onbekende wereld kwam heel dichtbij door onze vriendschap. Hun levensverhaal was even tragisch als prikkelend. Droevige gebeurtenissen stonden in contrast met de rijkdom van poëzie, muziek en toneel."
Die thuiswereld van Elly, waarin nog altijd gemusiceerd, gedanst en voorgedragen werd, stond haaks op de thuiswereld van Ellen. Wat deed die kennismaking met jou?
"Als kind leerde ik dat de wereld verdorven was; de mensen waren zondig, egoïstisch en vol van lusten en begeerten. Mede door Elly en haar ouders, besefte ik dat die religieuze ‘waarheid’ een leugen was. Ik ontdekte dat ik angstig en bevooroordeeld was. Vooral op het gebied van dans en wereldse ritmische muziek was ik bijna letterlijk een plank. De losheid en levensvreugde die hen zo natuurlijk afging wilde ik ook."
Je hebt drie jaar research gedaan voor En nooit was iets gelogen. Daarin heb je de levensverhalen van Juanita en Pepe opgetekend en veel gereisd door het noorden van Spanje, de route van het theatergezelschap. Welk verhaal heeft je in die periode het meest verrast of verbaasd?
"Het verhaal van een oudere neef van Pepe heeft veel indruk op me gemaakt. Hij nam ons, de dichter Jos Versteegen en mij, mee naar een massagraf in de bergen. Daar zijn tijdens de dictatuur van Franco verschillende familieleden en dorpsbewoners in een kloof gegooid. Ze werden overgoten met benzine en verbrand. Later werd de kloof afgedicht met puin en cement. Toen ik daar stond, naast die kromgegroeide neef en twee eenvoudige palen als gedenkteken, kwam het verhaal wel heel dichtbij."
Ook in deze roman heb je het over de nasleep van kindermisbruik binnen het geloof. Je hebt zelf o.a. te maken gehad met tucht en indoctrinatie. Wat maakt het beschrijven van dergelijke misstappen binnen religie nu nog los bij jou?
"Het raakt mij elke keer opnieuw als gelovigen liever dingen verdoezelen en gladstrijken dan zoeken naar oorzaak en gevolg. Mystieke en religieuze wijsheden winnen het nog steeds van kennis en wetenschap. Ook als die ‘wijsheden’ hen ertoe dwingen afstand te nemen van zichzelf en hun kinderen. Misschien blijven we als mens wel altijd in dezelfde kuil vallen. Maar dat verdoezelen en zwijgen, het stomweg doorgeven aan de volgende generatie, daar kan ik niet goed meer mee overweg."
In het verhaal putten Pepe en Juanita kracht uit hun verbeelding, waarin ze zich terugtrekken als de werkelijkheid te schrijnend wordt. Herken jij dergelijke overlevingssystemen van jezelf uit jouw periode bij de Noorse Broeders?
"Doordat ik als kind een onmogelijke strijd moest voeren met mezelf om volmaakt te worden, werd God mijn grootste vriend. Hij was altijd aanroepbaar. Zijn liefde was oneindig werd mij verteld, dus ik gaf nooit op, putte daar kracht uit en niet te vergeten troost. "Met mijn God spring ik over een muur" was toentertijd een veel gehoorde uitspraak bij de broeders. Hoe moeilijk die strijd naar volmaaktheid ook voor me was, ik was gelukkig met die innerlijke band. Een religieus zoethoudertje. Een gevoel dat ik nog steeds herken bij gelovigen."
Ondanks je eigen ervaringen, lukt het je om ook in deze roman de verschillende facetten van het geloof te belichten zonder daar een oordeel over te vellen. Hoe doe je dat?
"Mijn ouders zijn destijds toegetreden tot de geloofsgemeenschap omdat ze betere mensen wilden worden. Ze dachten: dit is iets voor ons en ook voor onze kinderen. Nog steeds vind ik dat een mooi verlangen. Het ging uiteindelijk fout doordat ze hun eigen innerlijke gedachten overgaven aan een externe groepsovertuiging waar geen discussie mogelijk was. Dat laatste neem ik ze zeker kwalijk. In mijn boeken probeer ik door de ogen van een onbevooroordeeld personage te kijken. Een kind geeft zich over aan situaties en fantaseert zich een uitweg, een volwassene stapt een nieuwe wereld binnen en maakt keuzes. Ik beschrijf situaties en handelingen, de lezer kan dan zelf nadenken en eventueel een oordeel vellen. Mijn oordeel zou het boek doodmaken."
Pepe en Juanita kenden je vorige romans al. Wat waren hun reacties toen En nooit was iets gelogen eenmaal klaar was?
"Ze wisten dat ik het verhaal zou fictionaliseren. Ze hadden alleen niet gedacht dat ik er zo lang over zou doen. Pepe had het graag helemaal willen lezen, hij vond het geweldig dat ik over hem schreef. Gelukkig heeft hij de eerste hoofdstukken over hemzelf nog kunnen lezen voor hij overleed. Juanita heeft zich een lange tijd voor haar verleden geschaamd: ze is nooit naar school geweest en heeft nooit in een huis gewoond. Maar nu is ze er trots op dat haar verleden is verwerkt in een roman."
Er zijn auteurs die alleen kunnen schrijven in totale isolatie; andere prefereren de keukentafel en er zijn er die het liefst schrijven in een druk café. Hoe schrijf jij het prettigst?
"Als alles en iedereen om me heen goed functioneert, dan schrijf ik het prettigst. Thuis werk ik achter mijn pc in de hoek van de kamer en als ik bij mijn broer in Belize ben, schrijf ik op mijn laptop aan de eettafel. Ik kan me goed afsluiten, heb niet perse stilte nodig maar ik vind dat wel prettiger werken."
Welk boek heeft recentelijk veel indruk gemaakt op jou en zou je de Hebban-leden absoluut aanraden om te lezen?
"Dat is een verleidelijke vraag. Ik lees graag en veel. Een boek dat recentelijk indruk op me maakte is: Zeer helder licht van Wessel te Gussinklo. En ongevraagd raad ik nog aan: Goat Mountain van David Vann."
Foto Ellen Heijmerikx: Sheils 'n Shoots