Interview /
Interview Hans Pos
Bella Bettien vertelt het waargebeurde verhaal over Bettien Martens, een jonge Nederlandse vrouw die zich in de jaren tachtig opwerkte tot een van de belangrijkste pionnen van een groot internationaal cocaïnenetwerk. Begin jaren 90 haalde ze voorpagina door haar arrestatie in Rome. Voor haar getuigenis tegen topcriminelen werd haar een getuigenbeschermingsprogramma en strafvermindering geboden. Criminoloog Frank Bovenkerk bezocht haar in de jaren erna in de gevangenis van Paliano en schreef het boek over haar opzienbarende “carrière” in de drugshandel. Na nog geen twee jaar brommen kwam ze in de zomer van 1994 vrij en verdween ze van de radar met een nieuwe identiteit en een nieuw uiterlijk.
De telefilm uit 2002, met in de hoofdrollen o.a. Thekla Reuten en Kim van Kooten, werd door zowel kijker als critici lovend ontvangen en was tien jaar lang de best bekeken telefilm ooit.
What if…
‘Het verhaal van Bettien is altijd bij me gebleven,’ vertelt Hans Pos in zijn ruime kamer op de eerste verdieping van zijn productiehuis Shooting Star. ‘Al vanaf het moment dat ik voor het eerst het boek van Frank Bovenkerk las. Onwillekeurig vraag je je toch af wat er met zo’n vrouw is gebeurd. Er is nooit meer iets van haar vernomen.’
Ik bezoek Hans omdat aanstaande zondag Exit, zijn debuutthriller, wordt gepresenteerd op Manuscripta. Het verhaal van Cecilia, de hoofdpersoon in Exit, is in grote lijnen het verhaal van Bettien, maar de nieuwbakken auteur heeft zijn fantasie de vrije loop gelaten en er een echte what if-thriller van gemaakt die veel verder gaat dan de film. Exit beschrijft daarom ook vooral het leven van Cecilia na haar vrijlating uit de Italiaanse gevangenis.
Interessant
‘Dit is iets wat ik altijd al wilde doen,’ zegt Hans over zijn nieuwe carrière als auteur. ‘Maar je weet hoe die dingen gaan. Je moet er tijd voor maken, maar ook de knop omzetten dat je het echt gaat doen. Een roman schrijven is iets heel anders dan een scenario schrijven. Je bent bezig met een document van 80.000 woorden, dat is wel even anders dan een filmscenario. Je hebt heel veel vrijheid, die je je in film niet kunt veroorloven. Dat vond ik vooral leuk. Ik wilde een verhaal schrijven met tijd en ruimte.’
Via Annet de Jong, met wie hij samenwerkt aan de verfilming van een van haar boeken (Vuurkoraal, red.), kwam Hans in contact met de uitgever. ‘Toen werd het menens. Ik ontdekte dat het schrijfproces heel veel raakvlakken heeft met het maken van films. Tijdens het schrijven van een scenario en later in de montagekamer ben je bezig met het schrappen van scènes en aan het finetunen. Dat is niet anders dan wat er gebeurt als je met een redacteur werkt aan een boek. Ik vond het erg interessant om dat te mogen ervaren. Het schrijven. Het herschrijven. Het zoeken naar je eigen stijl. En als je manuscript uiteindelijk naar een corrector gaat, dan komen er weer nieuwe dingetjes bovendrijven want zo iemand leest jouw verhaal op een hele andere manier. Die zegt dan “twee pagina’s terug gebruik je ook al dat woord, dat moet je veranderen”. Soms had ik het gevoel dat de corrector alles wat ik juist wel leuk vond, er uit wilde filteren. Nou dat ging af en toe best wel ver, maar het was bovenal erg leerzaam. Ik was in ieder geval blij dat Tomas Ross me al eens had uitgelegd hoe zo’n proces ongeveer gaat. Ik wist al een klein beetje wat ik kon verwachten.’
Bella Bettien
Het begon natuurlijk eigenlijk allemaal al tien jaar eerder. Ruim tien jaar geleden. ‘Want,’ zo vertelt Hans, ‘Niet lang na de verschijning van het boek La Bella Bettien (1995) heb ik al eens contact gehad met de uitgeverij over een mogelijke verfilming. Maar er waren al meer geïnteresseerden en het hele idee bleef daarmee een beetje sluimeren. Een aantal jaren later kwam ik in aanraking met “de telefilm” waarbij je een idee voor een televisiefilm kunt indienen en hiervoor budget kunt krijgen. Mijn idee voor deze film werd eigenlijk direct uitgekozen.’
Hans benaderde Simon de Waal en Tomas Ross om mee te denken over het verhaallijn en mee te schrijven aan het script.
‘Tomas is natuurlijk qua plot een virtuoos. Simon de Waal weet als rechercheur precies hoe het er in de werkelijkheid aan toe gaat. In contact komen met de politiemensen die haar echt gesproken hebben, is voor hem maar “one phone call away”. Die gesprekken hielpen enorm met het vormgeven van het personage Bettien.’
Intrigerend
Bella Bettien eindigt met Bettien die met een nieuwe gezicht en een nieuwe identiteit in de anonimiteit verdwijnt. Dat bleef voor Hans Pos een intrigerend gegeven.
Hans: ‘Waar zou ze zijn? Hoe zou ze leven? Dat heb ik me regelmatig afgevraagd en is mijn hoofd in de loop van tijd een eigen verhaal gaan vormen. De feiten zijn niet bekend. Je kunt er wel een beetje over speculeren en ik heb er in de tijd nog wel eens met Frank Bovenkerk, die haar natuurlijk heeft geïnterviewd, over gesproken. Die weet het natuurlijk ook niet, hoewel hij nog even contact met haar heeft gehad na haar vrijlating. In ieder geval bleef ik het een uitermate interessant gegeven vinden. Wat zou er toch met je gebeuren als je niet anders kunt dan in de anonimiteit te verdwijnen. Wat voor leven leid je dan? Wat moet je dan doormaken? Wat is je perspectief?’
Hans maakte een duidelijke keuze toen hij aan het idee van Exit begon. Het moest geen bewerking zijn van het filmscenario. ‘Ik wilde het verhaal in prozavorm vertellen, een boek schrijven. Met alle vrijheden van dien en dat kon natuurlijk ook omdat het uit mijn fantasie voortkwam.’
Toch is Hans niet volledig in alle vrijheid losgegaan, want vóór de vrijlating van de hoofdpersoon in Exit volgt hij het verloop van de film bijna naadloos. Tot ongeveer 1/3 van het boek.
‘Dat heb ik wel met een reden gedaan. Lezers die de film of het verhaal van Bettien niet kennen, moet je wel genoeg inhoud meegeven om het gegeven interessant te laten zijn. Of het nu fictie of de werkelijkheid betreft, je moet het vorige leven waarin iemand zat schetsen om duidelijk te maken wat de impact is op het nieuwe leven. Ik wilde dat Exit autonome kracht zou hebben en niet alleen interessant is voor mensen die de film hebben gezien.’
Cecilia
Wat dat betreft is Hans in zijn opzet geslaagd. Wat ik echter niet begreep is waarom hij zijn hoofdpersoon in het boek heeft omgedoopt tot “Cecilia”, terwijl andere namen voor een groot deel hetzelfde zijn gebleven als in Bella Bettien.
Hans: ‘Ik vond dat het een op zichzelf staande roman moet zijn en niet een “verboeking” van de film. Want dat is het niet. Het is een volledig fictief verhaal, met als voedingsbodem het leven van Bettien zoals we dat kennen. De andere naam zorgde er bij mij voor dat ik wat makkelijker loskwam van het waargebeurde verhaal.’
In het boek bedankt Hans toch de acteurs Thekla Reuten en Vince Riotta als “zijn visuele inspiratiebronnen”.
‘Het is niet zo dat ik ze letterlijk voor ogen heb gehad met het schrijven,’ verklaart Hans. ‘Maar ze helpen je op een gekke manier toch met het uiteindelijke vormgeven van de personages op papier. Het zijn daardoor niet helemaal anonieme personages waarvan je het bestaan helemaal zelf moet ontwikkelen.’
In het persbericht van de uitgeverij wordt de link met de film Bella Bettien ook duidelijk gelegd. Waarom is die keuze gemaakt als je eigenlijk wilt dat Exit gezien wordt als een op zichzelf staand boek?
Hans: ‘Aanvankelijk was besloten om helemaal niets te zeggen over de film. De belangrijkste reden hiervan was omdat ze bij de uitgeverij bang waren dat de boekhandelaar Exit zou zien als een soort filmboek. Dat bleek in de praktijk wel mee te vallen. De film is nu eenmaal een belangrijk haakje en daar moet je, vind ik, je voordeel mee doen. Het is onvermijdelijk dat het ook over de film gaat, dus dan moet je er niet omheen draaien en zeggen waar het op staat. Dat Exit een fictief verhaal is en een autonoom boek.’
Om het verhaal overzichtelijk te houden maakte Hans schema’s waarin hij vastlegde welke personages waar in het boek voorkwamen.
‘Dat heb ik gedaan omdat het voor mij helemaal nieuw was om in een document van 80.000 woorden te werken en daar steeds doorheen moest ploeteren. Een scenario is veel minder tekst. Eén minuut is gelijk aan ongeveer één A4-tje, en dat zijn dan vaak alleen maar dialogen. Echt veel korter, 90 pagina’s en klaar.’
Qua chronologie heeft Hans zichzelf behoorlijk wat vrijheid gegeven. Al lezende schakel je continu tussen personages, locaties en tijden. Een trucje om de lezer scherp te houden?
Hans: ‘Ik begrijp die gedachte wel. We hebben het in de verschillende versies van het manuscript nog behoorlijk teruggebracht, maar ik vond het zelf een mooie manier om de lezer even verplicht na te laten denken. Een verrassend element. Je kunt het vergelijken met een flashback in films. Ook dat is een trucje, maar als het functioneel is, dan is daar niks mis mee.’
Film
Natuurlijk glijden we al pratende weer langzaam af naar de filmroots van Hans. Binnenkort gaan namelijk de opnamen van start voor de verfilming van Simon de Waal’s Cop vs Killer. Een film die weer door Hans zelf wordt geregisseerd. Ook staat Vuurkoraal van Annet de Jong nog steeds hoog op zijn lijstje, maar hier is het vooralsnog wachten tot het moment dat het script helemaal panklaar is.
Hans: ‘Het scenario van Vuurkoraal blijkt lastiger te zijn dan we dachten. Het verhaal heeft zoveel potentie dat we het pas willen gaan doen als het echt goed is. Niet eerder. Kijk, Cop vs Killer verscheen al in 2005 en gaan we nu pas doen omdat we de kans kregen er een telefilm van te maken. Zoiets kan de boel ineens versnellen. Aan Sonny Boy hebben we vijf jaar lang gewerkt. Ook dat is de filmwereld.’
Heeft Exit volgens Hans ook potentie qua verfilming? Ik refereer naar mijn recensie van het boek waarin ik de slotscène omschrijf als “knallende, bijna (te) visuele ontknoping, inclusief de nodige special effects”.
Hans moet hier om lachen. ‘Ik heb de vraag al vaker gehad natuurlijk. Maar daar gaan we een astronomische bidding war van maken (een situatie waarbij er meer partijen interesse hebben en steeds hogere bedragen bieden voor de rechten, red.), haha. We zien het wel. Ik heb Exit niet geschreven omdat ik wil dat er later een film van gemaakt zou moeten worden. Het zou zo maar kunnen, maar het is geen doel op zich.’
Leuk om over een boek te praten
Op het moment dat ik de recorder dreig uit te zetten vertelt Hans mij hoe leuk hij het eigenlijk vindt om over een boek te praten.
Hans: ‘Dit is helemaal nieuw voor mij. Het gaat natuurlijk altijd over films. Helemaal niet erg, begrijp me niet verkeerd. Maar ik vind de combinatie ervan prachtig, want het één geeft inspiratie voor het ander. Zo werkt dat. Neem bijvoorbeeld Simon de Waal. Die gaat nooit stoppen met zijn werk als rechercheur want dát is de voedingsbodem voor al zijn boeken.’
Hans vindt het ook interessant dat mensen soms dingen uit het boek halen, waarvan hij zelf niet direct wist dat het er in zat.
‘Zo werd ik door een vriend gewezen op de potentie van een van de personages, de DEA-agente Gabi Moreno. Hij vertelde me dat zij nu typisch een personage is waar een volgend boek uit kan groeien. Dat had ik zelf niet gezien, maar nu snap ik het wel. Voor mij was ze gewoon een functioneel personage in het verhaal.’
Hans Pos is inmiddels begonnen aan zijn tweede literaire avontuur. Het boek dat als titel De tranen van Tamara meekrijgt, is voor de auteur nog spannender dan boek één.
‘Ik heb er echt heel veel zin in. Ik kan alles wat ik geleerd heb bij het eerste boek in de praktijk brengen en nu kan ik de personages wel helemaal zelf vormgeven omdat ze niet bestaan.’
Het lezen schiet er nu door al zijn activiteiten wel bij in, en dat vind Hans soms wel jammer. Hij is een behoorlijke thrillerfan, zo recenseerde hij ook een blauwe maandag voor Crimezone.nl.
Hans: ‘Ik heb een paar recensies geschreven maar ik had te weinig tijd om regelmatig te kunnen schrijven. Daar had ik me een beetje op verkeken. Ik bezoek nog steeds vaak de site om even te checken wat een auteur allemaal heeft gedaan en de mening van de kenners van Crimezone. Ik ben zelf vooral liefhebber van het werk van Amerikaanse schrijvers als Michael Connelly, George Pelecanos en Scott Turow. Die auteurs probeer ik wel een beetje te volgen.’
Exit verschijnt deze maand bij Uitgeverij Q.
Het eerste exemplaar wordt op Manuscripta uitgereikt aan Thekla Reuten
Meer over Bella Bettien
In de tv-serie Hoge Bomen in de misdaadwijdde de AVRO een aflevering aan het verhaal van Bettien Martens, beter bekend als La Bella Bettien. Pieter Jan Hagens schetst haar levensverhaal aan de hand van gesprekken met de man die haar pakte, de Italiaanse politie-inspecteur Rizzi, de man die òòk op haar joeg, oud-politiecommissaris Henk de Jong, voormalig Volkskrantjournalist Sietse van der hoek, hij volgde Martens tijdens haar proces, criminoloog Frank Bovenkerk, hij ontmoette Bettien verschillende keren én schreef een boek over haar en advocaat Cees Dekker, hij sprak Bettien tijdens haar detentie in Rome. De aflevering werd uitgezonden op 9 mei 2006.