Interview /
Interview Petra Reski
In haar boek Maffia, een gigantische bestseller, ging Reski een stap verder en beschreef de maffioso als laffe mannen zonder eer, geldbeluste criminelen op de vlucht aan wie geen spat glamour verbonden is, zoals in films als De Godfather. In haar nieuwste boek Rita Atria, een Siciliaanse rebel beschrijft Reski het leven en de trieste zelfmoord van een zeventien jarig meisje, dochter van een onbeduidende maffiabaas, dat verklikster werd toen haar vader en broer door de maffia werden vermoord.
Petra Reski is een mooie, wat oudere vrouw, verzorgd, mooi opgemaakt en gekapt en gekleed voor een zakendiner. Een vrouw die niet bang is voor de woede van de maffia met wie ze al jaren de papieren degens kruist. In haar artikelen, maar ook in het interview, neemt ze geen blad voor de mond. Ze hekelt de mythologisering van de foute mannen zonder eer en schroomt zelfs niet om geduchte kritiek te geven op Berlusconi, iets wat veel journalisten en schrijvers haar niet durven nadoen. Tijdens het gesprek dwingt Reski dan ook steeds meer respect af. Een uitzonderlijk schrijfster.
Van Duisburg naar Corleone
Hoewel Petra Reski vrijwel altijd over Italie en de maffia schrijft, is ze geen Italiaanse van oorsprong. “Ik ben geboren in het Ruhrgebied, in een stadje vlakbij Duisburg. Mijn familie komt uit het Duitse gedeelte van Polen, zij zijn voormalig oorlogsvluchtelingen.
Ik kom uit een katholieke familiestructuur, daardoor kon ik mijzelf goed inleven in de Siciliaanse familiecultuur die ik beschrijf in mijn boeken als Maffia en Rita Atria, een Siciliaanse rebel. Ik heb dus een heel andere opvoeding gekregen dan veel andere kinderen in de protestante omgeving in Duitsland waar ik opgroeide.
Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in familiebanden en daarom ben ik direct na het afmaken van mijn school naar Corleone vertrokken. Ik had De Godfather gelezen en had een enorm geromantiseerd beeld van het leven bij de maffia.
Romantisch beeld
“Ik denk niet dat ik de enige ben die gefascineerd was door het beeld dat de film De Godfather schiep. Volgens mij heeft iedereen wel een beetje het geromantiseerde beeld van de maffia in zijn/haar verbeelding rondspoken. Iedereen denkt toch meteen aan Don Corleone die zijn kinderen en familie beschermt en aanstuurt? We zijn allemaal slachtoffers van de maffiapropaganda. De maffia heeft zelf de clichés gecreëerd, zoals ze zelf graag gezien willen worden. Alles draait om eer en de familie is heilig, zo willen ze zichzelf profileren als een rechtschapen organisatie, die ze duidelijk nooit zijn geweest en ook nooit zullen zijn..! Respect en eergevoel, zijn nooit echt in stand gehouden, maar worden louter aangevoerd om de werkelijke achterliggende motieven te verbloemen, namelijk het in stand houden van de maffia als criminele organisatie.
Petra Reski wijst overigens niet alleen naar de filmmakers van maffiafilms die de werkelijkheid vertekenen. Ook journalisten zijn volgens haar medeschuldig aan de mythologisering. “Er is echt een tendens onder journalisten, zowel in het buitenland als in Italie, om ten prooi te vallen aan de maffiapropaganda. Je leest vaak artikelen van journalisten waarbij je jezelf afvraagt of ze blind zijn voor de werkelijke activiteiten en motieven van de maffia, of weten ze het diep in hart wel maar kiezen ze ervoor om het te negeren.”
Jacht op journalisten
De verhalen dat de nieuwe maffia anders zou opereren dan de maffia van vroeger verwijst Reski naar het rijk der fabelen. “Het is gewoon niet waar. Als men een familielid van zichzelf moet omleggen, zoals hun bloed eigen broer bijvoorbeeld, dan wordt dat gedaan. Er is gewoon geen eergevoel, dat zijn allemaal leugens. Er bestaat niet zoiets als een goede of een slechte maffia. En dat is ook nooit zo geweest. Zo zijn er meer fabels. Men denkt dat de maffia wel spijtoptanten, rechters en verraders vermoordt, maar dat ze het niet gemunt hebben op journalisten die erover schrijven. Niets is minder waar. Denk maar aan Roberto Saviano van het boek Gomorra. Het gebeurt juist regelmatig dat de maffia achter journalisten aangaat, en hen vermoordt. Het meest spraakmakende voorbeeld is Quiseppe Fava, hij was de eigenaar van een krant in Italie en publiceerde veel artikelen over de georganiseerde misdaad, hij is ook in koelen bloede vermoord. Laatst nog is er ook weer een jonge journalist in Napels vermoord. Sterker nog, na het schrijven van mijn vorige boek, Maffia, zijn mensen die direct betrokken waren bij de totstandkoming ook door de maffia bedreigd, in Duitsland nota bene! Sommige journalisten leven zelfs onder politiebescherming. Kijk, wat er gebeurt is dit: een journalist wordt benaderd door een advocaat van een maffialid met de boodschap dat de baas alleen met hem of haar wil spreken. De journalist in kwestie voelt zich dan vereerd, maar lijkt niet te begrijpen dat hij/zij simpelweg wordt gebruikt om de propaganda te verspreiden. Natuurlijk kun je een gesprek hebben met de grote Baas, maar je moet je als journalist wel afvragen hoe je dit gaat publiceren, welke kant je kiest. Je bent voor de maffia of tegen de maffia. Zo zien zij het.”
De lente van Palermo
Reski’s belangstelling voor de maffia kwam voort uit een journalistieke opdracht. “In 1989 werd ik naar Palermo gestuurd. Dit was de zogeheten Lente van Palermo. Orlando was de burgemeester, Borsellino en Falcone waren nog actief. Dit was een moment van hoop en
enthousiasme en niet alleen op Sicilie, dat er eindelijk wat gebeurde tegen de maffia. We dachten dat dit onze kans was, en dat zou het ook geweest zijn als Falcone en Borsellini niet vermoord waren. Ik kwam daar Letizia Bataglia tegen, een fotografe en haar dochter. En sinds dien ben ik eigenlijk geïnteresseerd geraakt in familieverhalen. In het begin schreef ik eigenlijk nooit verhalen over drugssmokkel ofzo. Ik maakte meer individuele reportages, portretten van helden, daarna van slachtoffers en daarna pas over regerende maffiabazen. Binnen de georganiseerde misdaad verandert er veel, dus ben ik als schrijfster als het ware mee geëvalueerd met mijn reportages.
Rita Atria
In haar boek Rita Atria, een Siciliaanse rebel beschrijft Reski de sfeer in het dorp waar de jeugdige Petra en haar familie wonen zeer gedetailleerd, evenals de emoties en gevoelens van het meisje. Reski lijkt het dorp Partanna en Petra goed te kennen. “Ja, ik ben natuurlijk in Partanna geweest en heb ook Rita’s dagboek kunnen lezen en ik heb veel mensen uit haar directe omgeving gesproken. Zoals de magistraten Camassa en Blachi, die elke dag met haar te maken hadden en natuurlijk met Piera, haar schoonzuster die veel wist te vertellen over Rita en tenslotte heb ik ook de kans gehad met Rita’s moeder te spreken. Dit was een onaardige, harde en kille vrouw, die het slachtoffer is geworden van haar eigen universum. Nu wil ik niet zeggen dat iedereen op Sicilie slachtoffer is, maar ze zijn wel erg besloten in hun leefwereld. De moeder van Rita heeft de grafsteen van haar eigen dochter vernield om de familie-eer te herstellen, niet alleen haar eigen familie, maar van de gehele maffiafamilie. Het is voor vrouwen in die kringen van het grootste belang om de maffiastructuur in stand te houden, zelfs als dat zou betekenen dat je je eigen dochter of zoon moet vermoorden. Het is zelfs een obsessie voor maffiavrouwen. De moeder kon het niet verkroppen dat haar dochter Petra een politieverklikster was geworden, nadat haar vader en broer door de maffia waren vermoord. En ook nadat de jonge Rita zelfmoord had gepleegd, was haar moeder niet in staat om haar de schande te vergeven.”
Opstand maffiaweduwen
Een aantal jaren geleden kwamen de maffiaweduwes in opstand tegen de maffia. Zij vroegen zelfs om hulp van buitenaf. “Ja, dat was in 1994, maar het was kortstondig en er waren maar een relatief klein aantal weduwes. Toentertijd hoopte men dat dit zich door zou zetten, maar helaas bleef het bij een kleinschalig verzet. Zelfs in de jaren dat Rita met justitie samenwerkte, waren er wel veel maffiosi en weduwes die met politie en justitie spraken, wel 1500 op een gegeven moment, maar ook daar is tegenwoordig niets meer van te merken.
Toen Falcone werd vermoord veranderde alles, in de jaren daarna is het fenomeen spijtoptant tegen de maffia langzamerhand volledig verdwenen.
In de jaren na 1994, toen Berlusconi op het politiek toneel verscheen, werd zijn partij een soort politieke referentie voor de maffia. Onder leiding van Bernardo Provenzano werd de maffia steeds onzichtbaarder. De weinige weduwes die de media opzochten, deden dit puur uit wraak tegen de maffia. Wraak nemen door iemand te vermoorden is geen optie, maar met je verhaal naar buiten komen was vaak hun enige optie om waardigheid te behouden. Ze hebben geen twijfel over hun leven, hun man is een verliezer dus is hij vermoord. Dit is een schande en hun positie is weg, hun prestige verdwenen. Je kunt dan dus 2 dingen doen: in het zwart gekleed gaan en je als typische weduwe gedragen of terugvechten door middel van de media. Dat was wel iets waar de maffia beducht voor was.”
Moord op Borselino
“Toen Rita besloot dat ze haar vader en broer wilde wreken, werd ze in dit besluit gesteund door Piera, maar ze had geen idee van de impact die het op haar leven zou hebben. Pierra kwam uit een hechte niet-maffiafamilie, ze wilde zelfs politieagente worden, wat ze ook is geworden en tot op de dag van vandaag nog steeds is. Maar Rita’s motief was pure wraak. Ze was tot het besef gekomen dat haar helden, haar vader en broer, eigenlijk niets meer waren dan onbeduidende figuren binnen de maffia en ook nog eens in de steek gelaten door haar moeder en zuster sterkte dit haar gevoel nog meer om samen te werken met de nieuwe anti maffia held, Paolo Borsellino.
Als voormalig maffia meisje, heeft ze geen echte band met de vrouwelijke aanklagers kunnen opbouwen, maar wel met Paolo Borsellino. Hij was voor haar een soort vaderfiguur, die naar haar luisterde, haar begreep en haar wilde beschermen door haar naar een veilige flat te laten verhuizen in Rome. Net toen Rita mentaal klaar was om afscheid te nemen van het maffialeven, werd Borsellino vermoord. Ze ervoer het alsof de maffia gewonnen had en voelde zich alsof haar oude en nieuwe wereld tegelijkertijd waren ingestort, ook was ze bang dat de ouders van haar vriendje haar zouden veroordelen. Haar eigen familie had haar al verstoten dus zag ze uiteindelijk geen andere uitweg meer dan zelfmoord. Rita was jong en nog labiel. Ze kon alle druk niet aan. Toen ik het verhaal hoorde, vond ik het zo triest maar ook zo typerend voor de positie waarin jonge meisjes en vrouwen binnen het maffiamilieu verkeren, dat ik een boek over haar korte leven wilde schrijven.”
Berlusconi
In het dorp waar Rita woont is iedereen corrupt, ook politie en magistraten. Het staat bijna symbool voor Italie, waar zelfs de hoogste baas, Berlusconi, volgens overleveringen niet van maffiasmetten vrij is. Reski heeft jarenlang onderzoek gedaan naar de maffia en ook over Berlusconi heeft zij een duidelijke mening: “Ja natuurlijk is Berlusconi bij de maffia betrokken, Marcello dell’Utri, de rechterhand van Berlusconi is veroordeeld tot 9 jaar gevangenis wegens het steunen van de maffia, er is bewezen dat hij betrokken is bij de georganiseerde misdaad. De villa waar Berlusconi woont, werd in de jaren 70 zelfs bewoond door een grote maffiabaas, Vittorio Mangano. Er is bewezen dat Stefano Bontade, een grote baas op Corleone, zijn geld wit waste via Berlusconi. Kortom hij heeft zijn imperium opgebouwd met crimineel geld, dat is alom bekend.
Grappig detail is dat de aanklagers in het Dell’Utri proces, probeerden Berlusconi vragen te stellen om hem de kans te geven de waarheid te vertellen, maar zijn advocaten wezen dat van de hand natuurlijk. Berlusconi voelde zich onmiddellijk geprovoceerd en wilde alsnog zelf antwoord geven, maar zijn raadsmannen ontrokken hem aan de ondervraging.
Kortom het zaakje stinkt van alle kanten en er zijn duizenden pagina’s met bewijs, maar hij wordt gewoon niet vervolgd. Aan de andere kant kun je de Italiaanse kiezer niets kwalijk nemen, want zelfs tijdens de linkse Prodi regering, was er een minister van justitie, Mastella genaamd, die zelf ook betrokken geweest is bij een maffia bruiloft, grootschalig amnestie regeling voor maffiosi goedkeurde en bij tal van andere zaken betrokken was (hij kwam zelfs veelvuldig voor in de documenten van de aanklagers uit Palermo), maar ook niet veroordeeld werd.”
Gesjoemel
“Maar niet alleen de nieuwe machthebbers sjoemelen met wetten die moeten voorkomen dat maffiosi worden aangepakt. Wat betreft de spijtoptanten is het bijvoorbeeld interessant te weten dat de oude wetgeving nog steeds bestaat. Spijtoptanten hebben 180 dagen om daarin alles wat ze weten te overhandigen aan justitie, maar als iemand 30 jaar bij de maffia is geweest, is 180 dagen natuurlijk erg weinig om alles te vertellen. Als je daar dan ook nog de tijd bij optelt die de getuigenverklaringen moeten afnemen, zie je de waanzin van deze wetgeving. Alles wat hij/zij vertelt na die 180 dagen, mag niet meer gebruikt worden in het proces, dit is belachelijk.
Ditzelfde geldt voor de maximum beveiligde gevangenissen, je familie kon je als maffioso bezoeken, maar alleen door dik kogelvrij glas gescheiden. Nu heeft het internationaal gerechtshof besloten dat als er kinderen in het spel zijn, er bezoek ontvangen mag worden zonder scheidingswand, aangezien een vader zijn kinderen moet kunnen omhelzen (zoals je begrijpt zijn er altijd kinderen in het spel, hahaha).
Er is dus geen hoop op verbetering in Italie, maar je moet ook naar de mentaliteit van de Italianen kijken, die is gewoon anders dan die van de Fransen of Duitsers. Je moet er dus anders naar kijken.”
Kerk en corruptie
Niet alleen de rechterlijke macht kent enkele corrupte kanten in Italie, ook de kerk en haar vertegenwoordigers houden er een aparte moraal op na. Zo vertellen de priesters in Partanna alles door aan de maffiabazen, Maar toch behoudt Rita vreemd genoeg haar geloof in de kerk. “Kijk, ik ben zelf ook katholiek, en daarom weet ik dat een echte katholiek natuurlijk drommels goed weet dat het geloof en de realiteit twee hele verschillende zaken zijn. Je verwacht altijd verraden te worden en als je het verwacht is de teleurstelling minder groot, terwijl protestanten meer in hokjes denken. In Italie moet je het geloof wel openlijk respecteren, maar voor de rest hecht men er weinig waarde aan. De familie-eer, respect aan je vader en meer van dat soort zaken zijn door de maffia simpelweg overgenomen van het katholicisme. De maffia voelt zich nooit schuldig, als een soldaat iemand vermoordt, dan hoort dat gewoon bij zijn werk en voelt hij zich geen gewetens bezwaren.”
Heilig vuur maffiajagers
“Ik ben al 20 jaar bezig met het onderwerp en ik spreek vaak met openbaar aanklagers, rechters en magistraten,zo kom ik veel te weten over achtergronden en beweeg redenen van maffiosi Dit zijn meestal zeer betrokken en intelligente personen Ook vind ik het psychologische aspect heel interessant. Er zijn nog steeds veel mensen zoals Falcone, maar die zijn nooit zonder bewaking. Je kiest zo een functie vanuit het hart, niet vanwege de veiligheid, het is een vreselijk leven. Je kunt nooit zomaar naar buiten of zelfstandig iets ondernemen. De maffia is helaas doorgedrongen tot alle regionen van politieagent tot magistraat.”
Aardbeving start drugshandel
In het boek blijkt dat de Italiaanse maffia haar oorsprong heeft op het platteland. Het merendeel van de bevolking is er straatarm. Maar soms helpt de natuur de maffia een handje om aan geld te komen. “In Rita’s dorpje bijvoorbeeld, wonen voornamelijk mensen uit de lagere rangen van de maffia, deze lieden zijn rijk geworden door de aardbeving in en rond Partanna. Er is toen veel overheidsgeld naar foute projectontwikkelaars gegaan, maar in plaats van de wederopbouw van het dorp is dit geld besteedt aan het opzetten van een drugs imperium. Het dorp is nog steeds een ruïne, daar heeft men nauwelijks een cent ingestoken, maar de subsidiepotten zijn wel snel leeggeroofd. Het erge is dat de armste mensen nu in nog grotere armoede leven en dat de maffiabazen zich onmatig verrijkt hebben.
Venetie
He grappige is dat Petra Reski tijdens haar journalistieke werk haar nieuwe woonplaats zou vinden. In Italie wel te verstaan. “In 1989 was ik met de trein onderweg van Palermo naar Venetie en daar kwam ik mijn man tegen. We hebben elkaar maar 1 dag gesproken, maar dat was genoeg om even later naar Venetie te verhuizen, een stad waar ik van houd, net als mijn goede vriendin Donna Leon met wie ik overigens regelmatig een hapje eet. Italie is dus mijn nieuwe vaderland geworden en dat is eigenlijk best ironisch als je beseft dat ik me in mijn artikelen en boeken vaak afzet tegen onderdelen van het Italiaanse systeem. Maar ook dat is liefde moet je maar denken. Ik hoop dat er dusdanige maatregelen tegen de maffia worden genomen dat ik nog meer van Italie kan houden.”