Interview /
Interview Philippe Claudel
Door Ine Jacet, Gerd Boeren en Martin Jansen in de Wal
Wanneer begon u te schrijven?
Ik schrijf al van toen ik zeven was, al was de kwaliteit van mijn schrijfsels gedurende de eerste twintig jaar niet om over naar huis te schrijven. Pas op mijn zevendertigste begon ik met publiceren en sinds die tijd verschenen er een tiental boeken van me.
Bent u fulltime schrijver?
Ik geloof dat een schrijver altijd fulltime schrijver is, 24 op 24. Ook al geef ik nog halftijds les. Dat doe ik met opzet. Als ik van mijn pen zou moeten leven, dan zou schrijven een opdracht worden om mijn gezin te onderhouden. Dat zou verlammend werken. Ik schrijf alleen als ik er zin in heb.
In Nederland en Vlaanderen had u erg veel succes met Grijze zielen. Sommige recensenten vinden dit boek een roman. Maar ook de lezers van misdaadromans waarderen dit boek. Hebt u hiervoor een verklaring?
Het is een roman die je op verschillende niveaus kan lezen. Beschouw je het vooral als een historische roman, of zie je het liever als een liefdesroman of een sociologisch werk, of spreken vooral de thrillerelementen je aan?
Het onderscheid tussen romans en misdaadromans wordt in Nederland en Vlaanderen erg levend gehouden. Is dit in Frankrijk ook het geval?
Ja, helaas kennen we die scheiding in Frankrijk ook. De politieroman wordt er niet als literatuur beschouwd, en dat is ridicuul. Persoonlijk hou ik van het aftasten van grenzen tussen de verschillende genres, zoals cinéasten zo goed kunnen. Kijk naar een Kubrick of Ridley Scott. Dat zijn artiesten die goochelen met de genres en erin slagen om zowel een perfecte sciencefictionfilm als een kostuumdrama af te leveren. Op die vrijheid wil ik ook aanspraak maken.
Wat was voor u de aanleiding om Grijze zielen te schrijven?
Ik schrijf verhalen zonder vooropgezet doel. Ik schrijf vanuit opborrelende gevoelens. De reden daarvoor is zonder twijfel diep in mezelf te vinden en in de manier waarop ik in de wereld sta. Zo diende ook de periode van de eerste wereldoorlog zich heel spontaan aan tijdens het schrijven van Grijze zielen. Het leek wel of die tijd zichzelf uitnodigde in mijn boek. Al staat die periode dicht bij mij, door gekoesterde familieverhalen, en door het feit dat ik plaatsen bezocht waar de meest verschrikkelijke veldslagen van deze oorlog zich afspeelden.
Grijze zielen is een melancholiek en beschouwend boek. Is melancholie een wezenlijk onderdeel van uw boeken?
Ik geloof dat literatuur zelden vrolijk is. Maar ik zou mijn boeken eerder tragisch dan melancholiek noemen. Tragiek is de kern van mijn literatuur, tragiek zoals in de Griekse tragedies. De schrijver die de mens bijna chirurgisch blootlegt, het mooie en het afstotelijke, zonder doekjes.
Uw laatste boek is getiteld Het kleine meisje van meneer Linh. Het is een heel ander boek dan zijn voorganger Grijze zielen.
Grijze zielen is een complexe roman, met vele stemmen, in een getormenteerde taal. Na dat grote werk wou ik een verhaal schrijven dat eenvoudig leek, met slechts twee personages. Ik wou kijken of ik veel kon zeggen met weinig middelen. En ik had zin om een boek over vriendschap te maken.
Meneer Linh is een ontheemde man die houvast zoekt in een vreemd land. Een universeel thema. Wilde u met dit boek het probleem van asielzoekers of ontheemden aan de kaak stellen?
Ik wil geen lesjes of politieke boodschappen geven. Ik probeer gewoon met beperkte middelen, zoals een roman, sommige maatschappelijke problemen aan te kaarten. De bannelingen, daklozen, vluchtelingen vormen een cruciaal probleem in onze tijd dat me diep raakt.
Meneer Linh wil voor zijn kleindochter een betere wereld. Is de keuze voor een kleindochter, en geen kleinzoon, toeval?
Het kleine meisje symboliseert hernieuwde, maar ook breekbare hoop. Voor mij is hoop altijd vrouwelijk. Hoop wordt meer door vrouwen dan door mannen gedragen. Als er geen vrouwen in Grijze zielen meespeelden, zou de titel waarschijnlijk 'Zwarte zielen' luiden. Voor mij zou een wereld zonder vrouwen onleefbaar zijn.
Crimezone is een Nederlandstalige site voor de liefhebber van het spannende boek. Wat vindt u van misdaadromans?
Lang geleden heb ik er een hele hoop gelezen. Ik ben daarmee gestopt omdat ik ze plots te simplistisch vond. De schuldige werd altijd gevonden en dat is te gemakkelijk, in het echte leven werkt het zo niet.
Maar ik hou wel erg van ‘schijnpolitieromans’, zoals die van de Siciliaan Leonardo Sciascia of van de Zwitser F. Durenmatt. Die laatste ontdekte ik nog maar net, met zijn boek La Promesse. Verder las ik ook alle boeken van Henning Mankell met een zekere interesse.
Wilt u ons al iets vertellen over uw volgend boek?
Wel, het wordt een vreemde roman. Ik weet nog niet precies wat het zal geven, maar het zal groots en complex zijn en het flirt wel wat met het misdaadgenre. Voorkomende thema’s zullen schuld, onschuld en herinnering zijn.