Interview /
Interview Saskia Noort
De zon schijnt op het terras van Grand Café Gusto in hartje Bergen, woonplaats van een van de succesvolste Nederlandse auteurs. Een groot spandoek kondigt al vast aan dat eind van de maand Saskia Noort haar nieuwe boek, Nieuwe Buren, zal signeren. “Anders komen de mensen maar aan mijn deur. Nu is er een avond hier in de kroeg. Iedereen een borrel en dan kan de deur weer op slot.”
Saskia Noort, 39 jaar, getrouwd, twee kinderen, heeft met Terug naar de kust en De eetclub een voor Nederland ongekend succes gehad. Het lijkt of zij een nieuw publiek voor thrillers heeft aangeboord. Maar liefst vijfhonderdduizend exemplaren zijn er van die boeken verkocht. “Het is misschien de combinatie van de spanning en de kleine, alledaagse problemen waar ik over schrijf. Voor de mensen zijn het grote problemen, maar op de wereldschaal stellen ze niet veel voor. Ik wil met mijn boeken zo dicht mogelijk bij de gewone mensen blijven. Bij mezelf blijven. Ik heb dat allemaal niet vooraf bedacht, hoor. Ik ben gewoon gaan schrijven.”
Haar eerste boek, Terug naar de kust, is daarvan het bewijs, vindt zij. Er was weinig aandacht voor in de media en toch werd het goed verkocht. “Dat was allemaal mond-op-mond reclame. Het is door de lezer gekozen. Niet gehyped, het is niet in de markt gezet door de uitgever. Er is iets aangeboord, zeker. Dat komt door meer dan alleen het feit dat ik blond en vrouw ben.”
De twee eerste boeken spelen in groene gemeenten waar de rijken van deze wereld zich hebben teruggetrokken. “De bibliotheken zijn heel blij met mij. Als ik ergens een lezing houd, komen de Range Rovers voor rijden. Die mensen komen anders nooit in de bieb. Dat is met Nieuwe Buren over, denk ik.”
Dit nieuwe boek gaat over een Vinexwijk. Kleuterjuf Eva en haar man Peter, chef sportredactie van een regionale krant, gaan in de nieuwbouwwijk wonen. Ze rouwen nog om hun doodgeboren kind. Eva kan geen kinderen meer krijgen wat hun relatie onder druk zet. Als ze zich met de buren overgeven aan partnerruil, gaat het mis. “Ik kreeg het idee toen ik met De eetclub bezig was. Ik ontmoette iemand die ik van vroeger kende. Zij was net gescheiden na een uit de hand gelopen partnerruil. Daar had ik nog nooit mee te maken gehad. Ik vond het een fascinerend verhaal en ben eens op internet gaan kijken. Er ging een wereld voor me open. Ik ben misschien wel de enige die niet op zoek is naar seksdates. Wat bezielt die mensen? Wat zoeken ze? Ik ben met mensen gaan praten. De spanning zou goed zijn voor een relatie. Ik wil daar doorheen prikken met mijn boek door mensen te nemen die niet tegen die spanning kunnen.”
Voor haar boeken gaat Saskia Noort altijd op zoek naar mensen. Onderzoek op internet is niet voldoende. Als een journalist speurt zij naar verhalen. Vreemd is dat niet, want na de School voor Journalistiek werkte zij vijftien jaar als freelance journalist voor diverse bladen als de Viva en Marie Claire. “Ik ga zelf op zoek naar de sfeer die ik wil beschrijven. Ik wil mensen spreken. Anoniem. Ik geef toe, dat wordt steeds moeilijker. Als ik in een kroeg zit en mensen aanspreek, dan hoor ik steeds vaker: ja, ja, we weten wel waarmee je bezig bent. Hier in het dorp al helemaal. Maar Nieuwe Buren gaat dan ook niet over Bergen. Net zo min als mijn andere boeken, al denken mensen van wel.”
Wat haar in de grootschalige nieuwbouwwijken aantrok is het gevoel dat mensen in een bedachte werkelijkheid stappen. “Ik noem die wijken ‘rootsloos’, zonder banden met het verleden. De wijken worden uit de grond gestampt. De huizen zijn allemaal hetzelfde, zoals ook de gezinnen die er komen wonen dezelfde samenstelling hebben. Ze gaan allemaal naar Ikea, hebben hetzelfde bankstel, televisie. En toch willen mensen zich onderscheiden. Dat moet in deze moderne tijd. Dus rijdt de ene op een dure Harley Davidson, koopt de ander een exclusief waterbed en gaat een derde op zoek naar seksspelletjes.”
Het belangrijkste van boekenschrijven is voor Saskia Noort het vertellen van een verhaal. “Daar draait het in thrillers om. Het allermooiste is dan nog dat binnen dat verhaal ieder karakter zijn eigen verhaal heeft. En dat er ook grapjes en kritiek over deze tijd in verborgen zitten. Deze tijd is net zo interessant als de periode net na de Tweede Wereldoorlog. Toch heeft die oorlog de literatuur vijftig jaar lang gedomineerd. Het mag nu wel weer eens ergens anders over gaan.”
Nieuwe Buren getuigt van haar kritiek op de maatschappij. “Als schrijver kijk je naar de samenleving. Waar gaan we heen? Ambacht verdwijnt, alles wordt eenheidsworst. Ikea-meubelen, H&M-kleren, Xenos. Maar ik doe er zelf ook aan mee. Ik kan design ook niet betalen.”
Een ander aspect van de moderne samenleving is volgens haar de gedachte dat geluk maakbaar is. In de jaren zestig en zeventig dacht de politiek dat de samenleving maakbaar was. Dat idee is passé. “Nu zijn we allemaal met ons eigen geluk bezig. We gaan niet meer allemaal de straat op voor Ayaan Hirsi Ali. Regisseurs, artiesten, schrijvers die worden bedreigd, gaan weg. En nu ook bedreigde politici. Ze moeten een Centre Parcs voor bedreigde mensen inrichten.”
“Mensen denken dat geluk maakbaar is. Het Lance-Armstrong-idee dat je alles kan als je maar hard genoeg werkt. Dan kan je zelfs kanker overwinnen. Pech bestaat niet meer. En als je al een keer pech hebt is dat de schuld van een ander, van de overheid, van de samenleving. In de vrouwenbladen lees je ook alleen maar succesverhalen. We accepteren niet meer dat het uiterlijk niet voldoet aan onze verwachtingen. Kleine borsten, dik, klein. We moeten weer leren accepteren dat er zoiets bestaat als pech. Geluk is niet maakbaar.”