Interview /
'Ja, maar mijn vriendje is lief'
Wie is Maria Genova als mens en als schrijver?
Maria: "Ik ben heel sociaal en vrolijk, redelijk ambitieus, best een flapuit en ik kan niet tegen onrecht. Als schrijver kies ik vaak voor onderwerpen die onderbelicht zijn of waar een taboe op rust. Een paar van mijn succesvolle boeken gaan over vrouwenhandel, kindermishandeling en falende jeugdzorg, identiteitsfraude en hacking (geschreven voor digibeten), etc. Allemaal onderwerpen met een maatschappelijk tintje. Maar ik schrijf geen boeken met een belerend toontje, daar heb ik zelf een hekel aan. Ik zoek waargebeurde verhalen die zo spannend en heftig zijn dat de lezer wil doorlezen om te zien hoe het afloopt. Ik krijg elke week heel aangrijpende verhalen van mensen via de mail en toch zijn de meeste geen boek waard. Er moet heel wat gebeurd zijn om de spanning tweehonderd pagina’s lang vast te houden. Ik heb een hekel aan herhalingen. Ik herschrijf stukken van mijn manuscripten soms wel tien keer en ik kort mijn boeken met ongeveer de helft in voordat ze naar de uitgever gaan. Er moet geen woord te veel in staan. Mijn nieuwe uitgever wordt soms wanhopig van mijn werkwijze, want hij houdt van dikke boeken."
Maria: "Ik ben heel sociaal en vrolijk, redelijk ambitieus, best een flapuit en ik kan niet tegen onrecht. Als schrijver kies ik vaak voor onderwerpen die onderbelicht zijn of waar een taboe op rust. Een paar van mijn succesvolle boeken gaan over vrouwenhandel, kindermishandeling en falende jeugdzorg, identiteitsfraude en hacking (geschreven voor digibeten), etc. Allemaal onderwerpen met een maatschappelijk tintje. Maar ik schrijf geen boeken met een belerend toontje, daar heb ik zelf een hekel aan. Ik zoek waargebeurde verhalen die zo spannend en heftig zijn dat de lezer wil doorlezen om te zien hoe het afloopt. Ik krijg elke week heel aangrijpende verhalen van mensen via de mail en toch zijn de meeste geen boek waard. Er moet heel wat gebeurd zijn om de spanning tweehonderd pagina’s lang vast te houden. Ik heb een hekel aan herhalingen. Ik herschrijf stukken van mijn manuscripten soms wel tien keer en ik kort mijn boeken met ongeveer de helft in voordat ze naar de uitgever gaan. Er moet geen woord te veel in staan. Mijn nieuwe uitgever wordt soms wanhopig van mijn werkwijze, want hij houdt van dikke boeken."
Wat wil je bereiken met je boeken?
Maria: "Ik wil bij elk van mijn boeken op de recensie-sites lezen dat het een eye-opener was. Het grappige is dat dit tot nu toe uitgekomen is, ongeacht het onderwerp. Dat mijn boeken over de vrouwenhandel of over identiteitsfraude voor veel mensen een eye-opener zullen zijn, verwacht ik van te voren, maar ik vind het geweldig als mensen ook over mijn enigszins humoristische boek over de verschillen tussen Oost- en West-Europa en zelfs over een roman over de maffia schrijven dat ze het boek een eye-opener worden. Als ik de recensies op BOL lees, word ik echt vrolijk. ‘Heel vlot geschreven’ en een 'eye-opener’ kom je heel vaak tegen. Wat ik ook wil bereiken is niet-lezers aan het lezen krijgen. Ik ontvang redelijk veel e-mails van mensen die zeggen dat ik hun niet-lezende partner met een van mijn boeken aan het lezen heb gekregen. Dat vind ik echt tof, want het boek moet tegenwoordig niet alleen met de tv concurreren, maar ook met allerlei online spelletjes en social media. Vrije tijd is een luxe geworden."
Waar ligt jouw breekgrens? Je behandelt allemaal ontzettend moeilijke onderwerpen. Hoe ga je ermee om en hoe zorg je ervoor dat je het volhoudt?
Maria: "Ik moet af en toe echt slikken en ik krijg geregeld tranen in mijn ogen als ik met al die slachtoffers spreek. Maar als ik ga schrijven, dan neem ik op de een of andere manier afstand en dan gaat het heel vlot. De verhalen blijven me raken, maar ik heb al zo veel gehoord dat het me niet meer zo veel schokt als vroeger. Ik denk dat ik het makkelijk volhoud omdat ik van nature heel vrolijk en positief ben, er moet heel wat gebeuren om me ‘down’ te krijgen. Ook al hoor ik veel ellende, ik blijf erin geloven dat de meeste mensen goed zijn en dat wat ik hoor uitzonderingen zijn, ook al gaat het statistisch gezien om gigantisch veel vrouwen die misbruikt of gekleineerd worden. En ook mannen, niet te vergeten. Van al mijn boeken vond ik Het Duivelskind het ergste om te schrijven, misschien omdat het om een onschuldig kind ging. Je kunt je haast niet voorstellen dat ouders hun kind in een vrieskist opsluiten of zelfs willen vermoorden. Dat de jeugdzorg zo faalde, was voor mij ook heel schokkend. Ook toen ik Komt een vrouw bij de h@cker schreef, schrok ik enorm dat het zo simpel is om je identiteit te stelen, dat het iedereen kan overkomen en dat het vervolgens heel moeilijk is om de gevolgen ongedaan te maken. Ik geef soms tien lezingen per maand gebaseerd op dit boek. Met 500 slachtoffers per maand in Nederland is identiteitsfraude de snelst groeiende vorm van criminaliteit."
Wanneer is iets voor jou ook een taboe? Met andere woorden: wanneer is iets voor jou geen geschikt onderwerp voor een boek?
Maria: "Ik kan geen enkel onderwerp bedenken waarbij ik van tevoren zeg: zo’n boek durf ik niet te schrijven. Laatst zei iemand: je neemt het vaak voor de slachtoffers op, maar wil je niet een keer naar de gevangenis en in de huid van een crimineel kruipen? Ik dacht meteen: leuk idee. Maar ik wil voor alles bewijzen hebben. Als een crimineel bijvoorbeeld vertelt dat hij zo’n goed mens is en alleen maar erin is geluisd, dan wil ik daar bewijzen voor hebben. Via mijn site www.mariagenova.nl krijg ik ook vaak berichten van helderzienden. Het lijkt me superleuk om als een heel nuchter iemand in zo’n wereldje te duiken, maar ik ben bang dat zo’n boek ongeloofwaardig wordt, want hoe bewijs je iets dat onzichtbaar is? Het is net als met de religies: je gelooft, je gelooft niet of je gelooft een beetje, maar zowel de gelovigen als de niet-gelovigen kunnen niet bewijzen dat ze gelijk hebben, laat staan bewijzen welke religie de beste is."
Waarom lukt het loverboys nog steeds?
Maria: "Omdat elk meisje denkt: ‘Ja, maar mijn vriendje is lief, hij is echt geen loverboy, hij heeft alleen maar schulden en ik moet hem helpen om te laten zien dat ik van hem houd.’ In mijn boek Gedwongen liefde dat begin juli verschijnt, zie je die redenering in steeds een andere vorm terugkomen. Het probleem met pooiers is dat ze zo welbespraakt zijn en zo goed kunnen liegen. Daarbij zijn ze niet elke dag slecht, waardoor de meisjes blijven geloven dat ze zelf iets verkeerds doen om klappen te krijgen. Ik heb met best veel slachtoffers gesproken die jarenlang niet doorhadden dat ze slachtoffer waren, dat hun vriendje hen door manipulatie in de prostitutie had gekregen. Veel vrouwen blijven bij een foute man in de hoop dat hij verandert. Dat zie je bijvoorbeeld bij Anna, mijn hoofdpersonage uit Gedwongen liefde. Ze was twaalf jaar lang met een pooier getrouwd. Gelukkig liep het met haar goed af, Anna is inmiddels zelfs een van mijn beste vriendinnen geworden, maar met de meeste slachtoffers loopt het niet goed af. Als ze ontsnappen denkt iedereen ‘fijn, nu kun je een nieuw leven beginnen’, maar zo simpel is dat niet als je veel trauma’s hebt opgelopen. Soms geef ik lezingen op scholen, in de hoop dat minder meisjes erin trappen."
Lees Maria's eerste gastcolumn in een reeks van vier over de totstandkoming van haar bestseller Het duivelskind en maak kans op een van haar boeken.
Lees Maria's eerste gastcolumn in een reeks van vier over de totstandkoming van haar bestseller Het duivelskind en maak kans op een van haar boeken.