Listmania /
Jet Steinz: Spannende Zaken in de literatuur
Charles Dickens, Bleak House (1853)
Bleak House, het negende boek van de Victoriaanse schrijver Charles Dickens, verscheen oorspronkelijk als een feuilleton in twintig afleveringen. Een vorm die door de wekelijkse cliffhangers perfect paste bij het spannende verhaal, dat draait rondom een uiterst gecompliceerde rechtszaak — en de personages die erdoor verzwolgen worden. Bleak House is een maatschappijroman die het Engelse rechtssysteem bekritiseerde en een belangrijke factor was voor de uiteindelijke herziening daarvan, maar het was ook een van de eerste detectives; niet zozeer omdat de plot draait om een aantal met elkaar samenhangende raadsels, maar vooral door het optreden van de archetypische inspecteur Bucket, die tegen het einde van het boek een moord reconstrueert op de gemoedelijke wie-in-deze-kamer-heeft-het-gedaan-manier die later zou worden geperfectioneerd door Sherlock Holmes en Hercule Poirot.
Fjodor Dostojevski, Misdaad en straf (1866)
Het verhaal van een straatarme student in Sint-Petersburg die een oude woekeraarster vermoordt omdat hij zichzelf als übermensch boven wet en moraal acht, is een van de voorlopers van de moderne misdaadroman. Niet alleen omdat Misdaad en straf met veel suspense vertelt hoe Raskolnikov met een bijl de pandjesbazin en haar per ongeluk in de weg lopende zuster van kant maakt, maar vooral omdat het meedogenloos beschrijft hoe de student daarna worstelt met zijn geweten en door een vasthoudende politie-inspecteur (type Columbo of Hercule Poirot) langzaam maar zeker tot een bekentenis wordt gedwongen; niet voor niets kregen de eerste Nederlandse vertalingen de titel ‘Schuld en boete’ mee. Ook een ander motief uit de crime fiction wordt aangeroerd: de perfecte moord. De overmoedige Raskolnikov is van mening dat een misdaad pas een misdaad is als ze mislukt door gestuntel; wie een minderwaardig mens vermoordt zonder dat hij gepakt wordt, is zo goed als onschuldig. Het is dan ook (onbedoeld?) hilarisch dat Raskolnikov de ene na de andere blunder maakt: hij laat zichzelf insluiten en is gedwongen om een tweede moord te plegen, hij sleept met zijn kleding door het bloed, en hij maakt zich op alle mogelijke manieren verdacht bij zijn vrienden en de politie.
A.F.Th. van der Heijden, Advocaat van de hanen (1990)
Advocaat van de hanen speelt zich af tegen de achtergrond van de krakersrellen van de jaren tachtig. De hoofdpersoon, Ernst Quispel, een voormalige advocaat en gewezen idealist met een eigenaardig drankprobleem, is tijdens een van zijn drinkgelagen getuige van de dood van de krakersleider Kiliaan Noppen, wat hem er niet van weerhoudt om de verdediging van dit vermeende slachtoffer van politiegeweld op zich te nemen. Het wordt een fiasco. Behalve een filosofische roman over de teloorgang van idealen en de onkenbaarheid van de werkelijkheid — het is tot op het laatst onduidelijk waaraan Noppen echt is gestorven — is Advocaat van de hanen ook een spannende politieke thriller, die bovendien een prachtig beeld van Amsterdam in de jaren 1985–1986, toen de confrontatie tussen krakers (de ‘hanenkammen’ waarnaar de titel verwijst) en politie op een hoogtepunt was.
Atte Jongstra, Het huis M. (1993)
Niets is wat het lijkt in deze postmoderne roman, die is gegoten in de vorm van memoires van de hoofdpersoon, Murk van M., en een inleiding van politieagent Mark. De memoires bevatten een reconstructie van de geheimzinnige zaak waarin Murk verwikkeld is geraakt: nadat hij een afgelegen landhuis heeft gekocht, blijkt een van de kamers het plaats delict blijkt te zijn geweest van een gruwelijke moord op een prostituee. Al gauw wordt Murk zelf verdacht, hoewel hij het onmogelijk kan hebben gedaan (tenminste, dat denkt hij), en hij raakt bevriend met Mark, die het onderzoek naar de moord leidt. Langzamerhand beginnen de mannen meer en meer op elkaar te lijken, begint hun rolverdeling te verschuiven en wordt de ware toedracht van de moord steeds ingewikkelder.
Martin Amis, Night Train (1997)
In deze politiepastiche krijgt een cynische, grofgebekte politieagente met een heftig verleden — ze is incestslachtoffer en ex-alcoholiste en heeft een trits foute vriendjes gehad — opdracht de (in twijfel getrokken) zelfmoord te onderzoeken van de dochter van een bevriende hooggeplaatste politiechef. Night Train is een zwarthumoristisch verhaal waarin niet zozeer de uitkomst van het politieonderzoek centraal staat, als wel de psychologische zelfontleding van de hoofdpersoon.
Philippe Claudel, Les Âmes grises (2003)
Les Âmes grises, ‘Grijze zielen’, is het relaas van een politieagent in een klein dorpje in Noord-Frankrijk die terugkijkt op zijn leven, waarin de (nooit opgehelderde) moord op een tienjarig meisje een grote rol heeft gespeeld. De roman heeft de plot en elementen van een detective, maar is tegelijkertijd een ontroerend verhaal over de dood van een geliefde én een melancholisch portret van een een kleine gemeenschap die zich staande probeert te houden tijdens de Eerste Wereldoorlog.
=
Steinz. Gids voor de wereldliteratuur
Samen met haar vader, voormalig NRC-boekenchef en -recensent Pieter Steinz, schreef Jet Steinz (24) het naslagwerk Steinz - Gids voor de wereldliteratuur.
Wat te lezen na Honderd jaar eenzaamheid, Het diner of een ander favoriet boek? Hoe liep het af met Jane Eyre, en waarom is Anna Karenina zo bijzonder? Door welke romans werd Haruki Murakami beïnvloed, en wie hebben zich op hun beurt laten inspireren door zijn romans? Steinz – Gids voor de wereldliteratuur geeft antwoord op deze en vele andere vragen.
Steinz – Gids voor de wereldliteratuur, een samenvoeging, volledige bewerking en actualisering van de succesboeken Lezen &cetera (2003) en Lezen op locatie (2004), is een handboek voor de individuele lezer, maar ook een naslagwerk voor leesgroepen, boekhandelaars, scholieren, studenten en docenten. Een schat aan informatie en dwarsverbanden, geïllustreerd met 182 boekomslagen.
(c) foto Bert Nienhuis
Een must-have tot de nok toe gevuld met mustreads.