Dossier /
Klassiekers: Wonderlijke Nachten - Godfried Bomans
Wonderlijke nachten kwam in 1949 uit en is daarmee met recht een klassieker. Geschreven door Godfried Bomans telt het verhaal 91 pagina's die de lezer in één adem uitleest. Het verhaal gaat over Simon, de kleine jongen. Hij komt een kabouter tegen met wie hij de meest wonderlijke, nachtelijke avonturen beleeft. Niets is onmogelijk en de beeldende zinnen van Bomans nemen de lezer mee naar een wereld van wonderen.
In Wonderlijke Nachten is Simon, de kleine jongen, eigenlijk Godfried, de kleine jongen. Zoals op te maken valt uit onderstaande tekst waarin Bomans voor de oplettende lezer verwijst naar zichzelf,
Opeens liepen zij buiten, hand in hand, door de straten. Simon zag wel dat het zijn eigen stad was, maar toch scheen alles veranderd te zijn. De magere boompjes op het Verwulft waren groot en zwaar geworden en in plaats van de keisteentjes in de Barteljorisstraat was er asfalt gekomen. Sommige huizen waren afgebroken, andere in hun plaats verrezen. Op de plek, waar de drogisterij van Steurs gestaan had, was zelfs een gapende leegte.
"'Afgebrand,' zei de kabouter, 'in 1938.'
'Maar we leven nu toch in 1919!' riep Simon.
'Nee, m'n jongen,' zei de kabouter, 'dit is het jaar 1949. We zijn dertig jaar verder. Kijk, hier woon jij.'
Ze stonden voor een oud huis. Het had een blauwe, hardstenen stoep en op de deur zag Simon zijn eigen naam. Hij greep de hand van de kabouter. 'Ik ben bang,' zei hij, 'is er iets van me terecht gekomen?'
'Dat is zoals je 't bekijkt,' zei de kabouter, 'je bent een schrijver geworden.' Uit: Wonderlijke Nachten
De meningen verschillen over Wonderlijke Nachten, maar dat dit boek zijn plek tussen de klassiekers mag opeisen mag buiten kijf staan.