Koop verdorie dat nieuwe boek van me
Een zin schrijven is zo lastig nog niet. Kijk maar. Zo’n tweede zin staat haast zonder dat je het door hebt en vanaf de derde wordt het een optelsom. Als je maar genoeg zinnige zinnen achter elkaar plakt, ontstaat er uiteindelijk een manuscript. In mijn geval heet dit werk De verovering van Vlaanderen. Een boek om te lachen. Na bijna twee jaar is het af. Ik zeg niet dat het makkelijk was, wat ik wel zeg is dat boeken schrijven niet het moeilijkste is. Boeken verkopen, dat is vaak het probleem.
Vorig jaar schreef ik van lente tot herfst een columnreeks voor Hebban. Het ging voornamelijk over schrijven, boeken en mijn roman A27, die aan het einde van de reeks verscheen. De strekking was, een beetje boud samengevat: koop verdorie dat nieuwe boek van me! Smeken deed ik nog net niet, althans niet zichtbaar. Het gesmeek verstopte ik zorgvuldig tussen de regels. Maar het heeft niet mogen baten. A27 is weliswaar niet geflopt, een groot succes werd het evenmin. Waar ligt dat dan aan?
Dat is de vraag die mij nog altijd bezighoudt, helemaal zo vlak voor het verschijnen van mijn nieuwe roman. Je wil de vinger op de zere plek leggen, maar ik houd mijn vingers liever op het toetsenbord om een nieuw, beter werk te schrijven. Toch blijft die vraag belangrijk. Als dat nieuwe, betere werk eenmaal af is, moet ook dat de boekwinkels in gebracht worden. En als het er eenmaal in ligt, moet het er ook zo snel mogelijk weer uitgehaald worden. Tasje erbij of gaat het zo mee?
Qua promotie voor A27 is er veel gedaan. We hebben posters verspreid, een boektrailer gefilmd, een tour langs een heleboel prachtige boekhandels gemaakt, pers- en lezersexemplaren verspreid en wat al niet meer. Het balletje moest rollen. Uitgever, agent en schrijver duwden om beurten tegen de bal, maar telkens kwam hij weer tot stilstand tegen uitpuilende boomstronken of rotspartijen. Soms gaat het gewoon niet – ik presenteer u het motto van het boekenvak.
Maar met ‘soms gaat het gewoon niet’ ga ik nu niet akkoord. Absoluut niet. De verovering van Vlaanderen is een project waar ik twee jaar met heel veel liefde aan heb gewerkt. Als ouder mag je geen lievelingetjes hebben, maar als schrijver wel. ‘Voor mij is het nu d’r op of d’r onder,’ zei ik tegen mijn uitgever. Zo voelt het ook. Dat is tegelijkertijd het meest frustrerende wat een schrijver kan voelen. Ik kan namelijk weinig meer doen dan het best mogelijke boek schrijven dat in mij zit. Dat heb ik gedaan. Dat heb ik al driemaal gedaan. En telkens na de laatste herschrijfronde moet ik mij tot het toeval wenden. Hoop hebben, hoop houden.
Uiteindelijk is schrijven vooral niet opgeven. Doorgaan, ook als alles tegenzit. Dat heb ik gedaan en ik ben blij dat ik heb doorgezet. De zinnen staan. De meest voorkomende vraag aan een auteur is: hoeveel van uzelf zit er in de hoofdpersoon? Ergens in De verovering van Vlaanderen merkt Alco, de held, op: ‘Ik ben trots op mijzelf. Dat is lang geleden.’
Daar spreekt Alco namens mij of ik namens Alco. Schrijven gaat niet om verkopen, schrijven gaat om scheppen. Ik ben trots op mijzelf. Dat is lang geleden. En nu door! Soms gaat het gewoon niet. Of soms gaat het wél.
Stefan Popa