Lezen /
Kort verhaal: De cactus is overleden
Op Hebban Kort kun je nu exclusief een van de verhalen uit deze bundel lezen: 'De cactus is overleden'. Het boek is nu verkrijgbaar en hier ook nog eens te winnen!
De cactus is overleden
In termen van straftoemeting valt er bij de 44-jarige Theodora P. weinig te halen. Boetes kan zij van haar daklozenuitkering van 380 euro per maand niet betalen. Tot werk is zij naar eigen zeggen niet in staat, en dus ook niet tot werkstraf. ‘Want u bent arbeidsongeschikt verklaard?’ vraagt officier van justitie R. Refos. ‘Ik ben medisch,’ zegt P., alsof dat een algemeen bekende diagnose is.
Theodora P. wordt door justitie vervolgd terzake van mishandeling: zij heeft op 11 januari 2013 in de toenmalige echtelijke woning in de Watergraafsmeer een plantenbak met daarin een cactus naar haar ex, Robert, gegooid.
‘Ik heb inderdaad een plantenbak naar zijn voeten gegooid,’ erkent P., ‘maar ik heb hem niet eens geraakt. Die man heeft me mishandeld. Hij heeft m’n kinderen gekleineerd. Hij heeft op een gegeven moment zelfs een huisverbod gehad. En in een impulsieve handeling heb ik die plantenbak naar hem gegooid.’
Theodora P.’s ex deed vervolgens aangifte bij de politie dat hij wel degelijk was geraakt door de cactus, en daarbij schrammen aan handen en aan een knie had opgelopen. Van de verwondingen zijn door de politie foto’s gemaakt. ‘Ja, maar dat kwam gewoon doordat-ie gekrabd was door de kat,’ zegt P.
Politierechter F. Bauduin: ‘Krabt de kat weleens mensen dan?’
Theodora P.: ‘Nou, als je ’m kwaad maakt wel.’
‘Uw ex zegt dat het een hele oude cactus was... die veel waard was... wel 50 euro... en dat er hele lange pinnen aan zaten,’ houdt Bauduin P. voor. ‘En u heeft bij de politie toegegeven dat u die bak naar hem heeft gegooid.’
‘Ik had m’n impulsiviteit achterwege moeten laten, maar ik werd in het nauw gedreven,’ verweert P. zich.
‘Ja,’ vervolgt Bauduin, ‘maar uw ex vertelt een heel ander verhaal.’ Bij de politie verklaarde hij namelijk: ‘Ik word mishandeld door mijn vrouw, ik ben door haar meerdere keren geschopt en geslagen. Zij is al jaren verslaafd aan alcohol, ze drinkt dagelijks een fles wijn, en soms wel twee, en dan gebruikt ze ook nog wiet. Zij is de hele dag onder invloed.’
Op een gegeven moment liepen de problemen zo hoog op, verklaarde Robert bij de politie, dat hij en Theodora besloten er maar gelijktijdig een eind aan te maken: ‘We hadden beiden besloten dat we het niet meer zagen zitten. Ik heb toen pillen geslikt die ik van Theodora had gekregen, en daar heb ik tweeëndertig uur van geslapen. Toen ik weer wakker werd was ik reuze verbaasd, want ik dacht dat ik dit leven verlaten had.’
Niet lang daarna gooide Theodora hem helemaal ‘uit het niets’ de cactus naar het hoofd. ‘Ik zag dat zij de punt van de cactus op me richtte, maar gelukkig kon ik net mijn gezicht beschermen. Hij kwam daardoor op m’n knie terecht. Ik voelde pijn.’
‘Was het een bijzondere cactus?’ vraagt Bauduin. ‘Ik heb er geen verstand van,’ antwoordt Theodora P. ‘Hij was er in elk geval erg aan gehecht.’
Bauduin: ‘Enne... was de cactus kapot?’
Theodora P.: ‘Ja, die is later wel overleden ja.’
Robert eist, als benadeelde partij, 70 euro van Theodora: 50 voor de cactus, 20 voor de pot.
Officier Refos acht mishandeling bewezen – zij heeft nu eenmaal met een cactus gegooid – en eist een voorwaardelijke boete van 500 euro met twee jaar proeftijd.
Geen denken aan, vonnist Bauduin. ‘Er wordt gesproken over overmatig drankgebruik, over een poging een einde aan het leven te maken... Ik vind dat justitie zo’n zaak niet voor de strafrechter moet laten komen, maar dat het op een andere manier moet worden opgelost.’ Met hulpverlening, bijvoorbeeld. ‘Daarom acht ik u schuldig, maar leg ik u geen straf op.’
(c) Bart Middelburg
Dit verhaal is een van de honderd verhalen die te vinden zijn in de verhalenbundel De zaak van de gestolen banaan.