Interview /
Margaretha van Andel: ‘Als we onze menselijkheid maar niet verliezen’
‘Een kleine twee jaar geleden wandelden Levya, Rheyn en Aag mijn hoofd binnen en waren ze van mij. Nu moet ik een beetje afscheid nemen en gaan ze de wereld in. Voelt ook wat raar.’ In februari is het zover: In transit komt uit bij uitgeverij Lemniscaat. Het boek bevat het originele verhaal over de nieuwe mensen: ‘gieren’ Levya en Rheyn en ‘grauwer’ Aag. Met deze toekomstroman brengt Margaretha van Andel haar tweede YA-boek uit. Het verhaal belooft niet alleen spannend te zijn, maar bevat ook een uniek onderwerp: het sleutelen aan de mens. Redenen genoeg om de schrijfster aan de tand te voelen. Waarom dit boek? Wat wil ze met het verhaal bereiken? Kan ze Rheyn, Aag en Levya loslaten?
Margaretha van Andel (1959) woont tegenwoordig in een klein dorp in Friesland. In 2009 startte ze haar carrière als schrijfster met een paar losse verhalen, die onder andere werden gepubliceerd in HP/De Tijd en Trouw. Een jaar later debuteerde ze met een jeugdroman en volgden er diverse kinderboeken. In 2015 wordt haar eerste Young Adultboek Ik uitgegeven door Lemniscaat. Binnenkort In transit, de toekomstroman over een bijzonder onderwerp.
Met Ik en In transit richt Margaretha van Andel zich op de oudere lezer. Direct rijst de vraag of dit een bewuste keuze is. ‘Er is geen sprake van een switch: ik schrijf ook nog steeds voor jongere kinderen. Vorig jaar nog publiceerde uitgeverij Kluitman samen met Oxfam Novib De bende van Adlan, een boek voor 9-plussers,’ vertelt Margaretha. ‘Maar de young adultgroep spreekt me erg aan, omdat die er nog steeds wat tussen bungelt: ze zijn toe aan meer volwassen boeken, maar de besognes van de personages in die boeken liggen vaak nog ver van hun eigen leefwereld af.’
Niet alleen via haar boeken maakt de schrijfster contact met jongeren. Voor ze meer ging schrijven, heeft ze gewerkt in een jeugdinrichting. ‘De jongeren hebben mij niet getriggerd, maar ik denk wel dat de dingen die je meemaakt invloed hebben op wat je schrijft. Bewust en onbewust.’ Wel heeft het werken met opgesloten jongeren en het werken in een ontwikkelingsland haar bewust gemaakt van de grote invloed die de omgeving waarin je opgroeit heeft. Dit is dan ook een terugkerend thema in haar boeken; het boek Ik is hier zelfs helemaal aan gewijd.
Ikke, ikke, ikke
Het thema dat aan bod komt in In transit is het sleutelen aan de mens. Daarbij speelt het verliezen van de menselijkheid een belangrijke rol. Tijdens het lezen bekruipt je een naar gevoel: wat als we die menselijkheid verliezen? En gebeurt dat nu misschien al? Margaretha: ‘Ik voel me bijvoorbeeld erg ongemakkelijk bij die luidruchtige ‘ikke, ikke, ikke en de rest kan stikken’- protestacties tegen de komst van opvangcentra voor asielzoekers. Alsof alleen wij recht hebben op veiligheid en een mooi toekomstperspectief.’ Ook sommige weerzinwekkende beelden op tv geven haar de rillingen. Daarbij noemt ze het voorbeeld van de vluchtelingen in een Hongaars kamp die werden gevoederd door mensen met mondkappen. Er werden broodjes naar de vluchtelingen gegooid, alsof het dieren waren. De menselijkheid was daar ver te zoeken. Deze beelden komen erg overeen met bepaalde situaties uit In transit. Toch is dat toeval: de dierentuin in het boek bestond al voordat deze beelden uitgezonden werden.
Het verlies van de menselijkheid hangt nauw samen met een ander ongemakkelijk gegeven in het boek: de toekomst waarin weinig mensen een kans krijgen. Helaas is dat iets wat we in de huidige samenleving steeds vaker zien. Volgens Margaretha is dit onderwerp niet te vermijden in In transit. ‘Stel dat het de mens inderdaad lukt zijn leven te verlengen. Dan lijkt het me niet dat die extra jaren blindelings aan iedere wereldbewoner worden uitgedeeld. Ik vermoed dat er dan heel snel een huiveringwekkende selectieprocedure op gang komt.’
De vervolmaking van de mens lijkt behaald in In transit: ‘Gieren worden niet geboren. Die worden in elkaar geflanst uit cellen van ik weet niet hoeveel donoren. Het zijn bouwpakketten.’ Grauwer Aag is heel duidelijk in haar mening. Margaretha deelt deze opvatting niet. Wel is ze ervan overtuigd dat er veel gaat veranderen; de mens van de toekomst zal waarschijnlijk niet langer een toevalstreffer zijn, maar eerder een vooraf vormgegeven product. Of dat goed is, is nog maar de vraag. Margaretha denkt dat het verbeteren van de mens in eerste instantie vooral gericht zal zijn op het uitsluiten van erfelijke ziekten: ‘Aan de ene kant vind ik dat razend interessant en wie kan erop tegen zijn dat mensen in de toekomst geen enge ziekten meer krijgen? Maar daar zal het zeker niet bij blijven en dat maakt onrustig.’ Die onrust tekent zich in het boek op soms gruwelijke wijze af.
Groeiende kloof
Opvallend is dat de lezer van In Transit zich niet 100% kan identificeren met de grauwers; zij lopen in ontwikkeling een beetje achter op de mens. Ook kunnen we ons niet 100% identificeren met de gieren. Zij lijken verder ontwikkeld te zijn dan wij. Deze keuze is bewust gemaakt. Margaretha heeft de ontwikkelingen in de biotechnologie als uitgangspunt genomen en ze heeft geprobeerd een paar lijnen door te trekken. Daarbij stelde ze zich steeds de volgende vraag: wat als het de mens echt lukt grip te krijgen op zijn eigen schepping en in staat zal zijn zijn eigen lichaam en geest aan de passen? ‘Ik ben ervan overtuigd dat het gaat gebeuren. Ik ben er ook van overtuigd dat die kansen voor een selecte groep weggelegd zullen zijn. Voor de mensen met macht en geld. Die groep heb ik ‘gieren’ genoemd,’ zegt Margaretha. Het risico dat de andere groep naar een lager niveau zal zakken, zoals gebeurt met de grauwers, ligt op de loer, denkt ze. ‘Wellicht gebeurt dit al een beetje. Het is toch ongelooflijk dat iemand als Donald Trump presidentskandidaat kan worden in een van de machtigste landen ter wereld? En dat in Nederland een partij, die zich tegen de menselijkheid keert, de grootste dreigt te worden?’
In het boek voert Rheyn een heel duidelijke strijd met zichzelf. Hij heeft het maar wat moeilijk met zichzelf en zijn situatie. Die strijd wordt mooi weergegeven, waardoor Rheyn veel indruk maakt. Toch heeft Rheyn niet de grootste rol in het boek. Was het niet logischer geweest Levya of Aag deze strijd te laten voeren? Volgens de schrijfster niet. ‘Rheyn is van de drie de meest ambitieuze. Hij is eerzuchtig en wil echt wat bereiken. Zijn enige houvast is de veelbelovende toekomst die hem in zijn levensplan wordt voorgespiegeld,’ vertelt ze. Maar Margaretha van Andel zet die toekomst op losse schroeven. Erger nog: ze laat Rheyn ontdekken dat zijn toekomst gebaseerd is op leugens. De reactie van Rheyn is passend: hij heeft er moeite mee de toekomst los te laten en hij klampt zich nog lange tijd vast aan de waarheden waar hij in geloofde. Levya en Aag kunnen deze rol niet invullen vindt de schrijfster: ‘Levya is meer het type dat wel ziet wat er gaat gebeuren, hij vertoont alleen uitstelgedrag. Aag is in de eerste instantie meer gericht op haar verleden.’
Tocht vol verrassingen
In transit bevat veel engagement als het gaat om onze toekomst. De boodschap lijkt helder: deze toekomst willen we niet, toch? Wat is de beweegreden achter deze boodschap? Waarom komt de boodschap zo nadrukkelijk aan bod? Margaretha geeft aan dat ze niet doelbewust een boodschap wil uitdragen. ‘Schrijven doe ik in de eerste plaats voor mezelf. Het is een geweldige manier om mijn gedachten in gang te zetten en te ordenen. En als het vervolgens de hersenen van de lezer ook aan het werk zet, is dat natuurlijk prachtig,’ lacht ze. Ze bedenkt nooit vooraf wat ze precies met een bepaald thema wil bereiken. ‘Wat er na mijn eerste zin komt, is voor mij dan nog net zo onbekend als voor de lezer later.’ Kortom: voor Margaretha is het schrijven van een boek geen reis met een duidelijk doel, maar meer een tocht vol verrassingen.
Toch beslaat In transit niet alleen een verhaal met een verrassende thematiek en engagement; de verhaallijn bevat spanning en is boeiend. Margaretha maakte ooit de volgende opmerking over dit boek: ‘De ene lezer zal gaan voor het verhaal, de andere lezer zal gaan voor het onderwerp’. Dat klinkt heel correct, maar waar hoopt ze stiekem zelf op? Op de combinatie! ‘Ik hoop dat het een verhaal zal zijn dat de lezer meesleept en onderdompelt. Maar ik hoop ook dat de thematiek de lezer aan het denken zal zetten,’ vertelt ze. Zelf probeert ze thematiek en plot in evenwicht te houden, omdat het kan gaan irriteren wanneer de thematiek te zwaar wordt aangezet. Tegelijkertijd probeert ze de personages met hun eigen stem te laten praten. ‘Ik wil een personage niet mijn eigen woorden in de mond leggen of laten moraliseren. Ik laat ze reageren op een manier die bij hun karakter past.’
Half februari is het zover: het leven van Rheyn, Levya en Aag komt ‘op straat’ te liggen. Het boek met op het omslag de arrogante gier die boven zijn DNA probeert uit te stijgen, komt bij het publiek. Met In transit brengt Margaretha van Andel, na Ik, een heel ander verhaal. Het boeiende verhaal en de gelaagde thematiek lijken zeer geschikt voor iedere Young Adult. ‘Ik heb In transit dicht op de huid van de YA-lezers geschreven. Omdat zij de mensen zijn die ontwikkelingen zullen gaan meemaken, die voor ons nu nog science fiction zijn.’