Meer dan 5,9 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Terug

Column /

Martine Kamphuis: 'Ik zocht een huis voor mijn hoofdpersoon'

Misdaadauteurs verzinnen niet alleen spannende verhalen, ze doen daarvoor vaak ook uitgebreid onderzoek. Ze interviewen deskundigen, duiken diep in archieven en bibliotheek of verzamelen lange tijd nieuwsberichten over een bepaald onderwerp. Al enige maanden doen GNM auteurs verslag van de research die zij deden voor hun boeken. In deze aflevering Martine Kamphuis.

Research: een alibi voor doelloze doelmatigheid

‘Zou het hier kunnen zijn?’ Mijn metgezel wijst naar een plek verderop, tussen de bomen die langs het water staan. Ze hellen gevaarlijk over, slachtoffers van de wind.

Ik schud mijn hoofd. ‘Nee,’ zeg ik, ‘hier is te weinig beschutting. Verderop misschien, daar wordt het dijkje breder.’

Het hondje rent voor ons uit en verdwijnt tussen het groen. Een late namiddagzon schijnt, lome wolken slepen hun spiegelbeeld voort over het water.

‘Daar,’ zegt mijn metgezel. Twee mannen dobberen in een bootje, gebogen over hengels, anoniem door de capuchons die ze dragen.

Ik knik, ik weet wat hij bedoelt. Die vissers kunnen iets gezien hebben. Het zijn potentiele getuigen. Of misschien wel meer dan dat. Zwijgend lopen we verder. Opeens wordt de stilte ruw verstoord door een schreeuw achter ons. Vier gehelmde mannen op racefietsen komen op ons af, we kunnen nog net op tijd van het pad af springen. De voorste wielrenner steekt zijn hand op, als dank voor onze inschikkelijkheid, of als teken van overwinning. Als ze weg zijn, kijken we elkaar even aan. We denken hetzelfde: ook deze ergerlijke kerels kunnen van belang zijn.

Ver voor ons blaft het hondje. ‘Zou ze iets gevonden hebben?’ vraag ik, terwijl ik wat sneller ga lopen.

Mijn metgezel glimlacht. ‘Wie weet,’ zegt hij.

Het dijkje is breder nu, links en rechts krijgen onkruid en struiken de ruimte. Hier zou je gemakkelijk een lichaam kunnen verbergen. Je zou er wel drie kwijt kunnen. Het blaffen dat even verstomd was, begint weer, ergens naast ons tussen het groen. Zonder een woord te wisselen begeven we ons van het pad af, hij voorop, ik veilig achter zijn brede rug. Een verdwaalde uitloper van een bramenstrik haakt aan mijn broek. Met een ongeduldig gebaar ruk ik me los.

Daar is Jip. Ze staat vlakbij het water en blaft tegen een eend. Die deint net buiten haar bereik op de golven, met een air alsof de hond lucht is. ‘Kijk nou wat ze gevonden heeft,’ zeg ik. Mijn glimlach klinkt door in mijn stem.

De wenkbrauwen van mijn medewandelaar gaan omhoog. ‘Misschien heeft ze meer gevonden.’ Hij gebaart om zich heen. ‘Wat dacht je hier van?’

We staan op een kleine open plek, onzichtbaar vanaf het pad. Aan de rand ligt een omgevallen boomstam, dik genoeg om comfortabel op te kunnen zitten. Het water is vlakbij en wordt niet afgeschermd door struiken. Beter kan het niet.

‘Ja,’ zeg ik, ‘dit is het. Dit is perfect.’

Mijn metgezel krabt het kwispelende hondje achter haar oren. ‘Goed gedaan, Jippie,’ zegt hij.

Van alle vormen van research die ik als schrijfster gedaan heb, is dit de leukste: rondlopen op een plek die een rol speelt in je verhaal, en die je net niet goed genoeg kent om alle details vanuit je geheugen op te kunnen diepen. Je kunt alleen op pad gaan, maar in gezelschap is het leuker en effectiever, als je tenminste een reisgenoot treft die zich in wil leven in de wereld van personages en plot. Verder is de timing van belang: het beste moment is als een verhaal al min of meer in de steigers staat en je precies weet wat je zoekt.

Bij het water in Loosdrecht moest een jonge vrouw sterven, aan het begin van een ontgroeningskamp. Alleen waar zou dat gaan gebeuren? Het was jaren geleden dat ik in die omgeving geweest was, mijn herinneringen waren te vaag waren om op te kunnen bouwen, bovendien was er vast in de tussenliggende jaren van alles verandert. Google Earth brengt veel in kaart, maar afgelegen paadjes moet je uiteindelijk toch zelf bewandelen.

Gelukkig maar.

Voor je het weet, is een boek in wording een alibi voor het maken van allerlei leuke reisjes. Dit jaar voerde mijn research me naar een knusse Bed & Breakfast aan de Lange Nieuwstraat in Utrecht, van waaruit ik ogenschijnlijk doelloos ronddoolde over de eeuwenoude straten en grachten van de binnenstad. Ik zocht een huis voor mijn hoofdpersoon, het verhaal dicteerde dat het een bovenwoning moest zijn. Twee heerlijke dagen later was het huis gevonden, het bleek in de Dorstige Hartsteeg te liggen en behalve het huis ontdekte ik nog een heleboel kleine en grote dingen die nuttig waren voor het verhaal. Maar boven alles had ik heerlijke dagen gehad, waarin ik niet meer hoefde te doen dan nieuwsgierig om me heen kijken, luisteren, ruiken. Een soort mindfulness, maar dan een beetje anders.

Er volgden verschillende uitstapjes naar ‘het witte eiland’, waar ik met dezelfde doelloosheid ronddoolde door straten met watersnoodhuizen, om het ouderlijk huis van de vermoorde jonge vrouw te vinden. Aan de rand van Ouddorp zocht ik tussen troosteloze caravanparken naar de boerderij waar een excentriek echtpaar op leeftijd New Age retreats organiseerde. En in een uithoek van het eiland die de onheilspellende naam ‘De Kwade Hoek’ draagt, zocht ik tenslotte de plek waar de as van het slachtoffer verstrooid kon worden.

Er zijn vast nog heel veel mooie plekjes waar ik ogenschijnlijk zonder doel rond zou willen dolen. Gelukkig heeft mijn uitgever laten weten belangstelling te hebben voor een vervolg op dit verhaal.



Over de auteur

Hebban Crew

2587 volgers
0 boeken
0 favorieten
Hebban Crew


Reacties op: Martine Kamphuis: 'Ik zocht een huis voor mijn hoofdpersoon'

 

Gerelateerd

Over

Martine Kamphuis

Martine Kamphuis

Martine Kamphuis (1963) is een Nederlandse auteur. Naast het schrijven werkt ze ...