Dossier /
Dossier Michael Crichton
Schrijver, filmmaker, vader en multimiljonair Michael Crichton wordt door velen gezien als de grondlegger van de techno-thriller. Hij stond aan de wieg van één van de populairste tv-series in de Amerikaanse geschiedenis. Hij bracht dinosaurussen tot leven, liet ons door de tijd reizen en gaf een nieuwe smaak aan ongewenste intimiteiten op het werk. Hij is de enige persoon die op hetzelfde moment op de eerste plaats stond met een boek (Disclosure), een film (Jurassic Park) en een televisieserie (ER).
John Michael Crichton werd geboren in Chicago op 23 oktober 1942. Zijn vader was journalist en de belangrijkste reden voor zijn interesse in het schrijvende vak. Toen hij veertien jaar oud was publiceerde de New York Times al een reisverhaal van de jonge wannabe-schrijver. ‘Maar ik geloofde niet dat je van schrijven alleen kon leven’, zo vertelde Crichton ooit aan een journalist. Tijdens zijn studie aan Harvard Medical School schreef hij verschillende verhalen onder diverse namen. Zo leverde hij tussen 1966 en 1972 acht boeken af onder pseudoniem John Lange, waarvan er het afgelopen jaar een aantal in Nederlandse vertaling werden uitgebracht. In 1969 won hij de prestigieuze Edgar Allan Poe Award voor Best Novel met A Case of Need, het boek dat hij schreef als Jeffery Hudson.
In het laatste jaar van zijn studie ‘debuteerde’ hij onder zijn eigen naam met De Andromeda crisis (The Andromeda Strain, 1969), dat vrijwel direct werd bewerkt tot een film. Crichton studeerde cum laude af maar dat zijn toekomst niet zou komen te liggen in de medische wereld, kon geen verrassing meer zijn.
Michael Crichton schreef nadien zestien thrillers waarvan er een groot aantal werd verfilmd. De twee laatste boeken, Piraten (Pirate Latitudes, 2009) en Micro (2011), werden na zijn dood uitgebracht.
Crichtonsaurus Bohlini
Ook al was Michael Crichton in de jaren '70 en '80 al een verdienstelijk auteur, zijn echte internationale doorbraak kwam pas begin jaren negentig met Jurassic Park. Steven Spielberg kocht de rechten al voordat het boek was gedrukt. Hij betaalde er ruim 1,5 miljoen dollar voor en nog eens een half miljoen dollar voor het script dat Crichton zelf zou schrijven.
De verfilming van Jurassic Park door Steven Spielberg zou niet alleen de duurste productie in die tijd worden ($ 63 miljoen), maar ook de meest succesvolle. De film leverde wereldwijd meer dan een miljard dollar op en is als oudste film in de top 20 van Highest-grossing films terug te vinden op plek 18. Jurassic World kostte 150 miljoen dollar en bracht in de eerste vier weken sinds de première wereldwijd 1.3 miljard dollar op en zou zo maar eens de nieuwe nummer 1 kunnen worden.
Leuk weetje: In 2003 werd een nieuw ontdekte dinosaurussoort vernoemd naar de geestelijk vader van Jurassic Park: de ‘Crichtonsaurus bohlini’.
Boeken en Scenario's
Michael Crichton behoort tot de meest verfilmde schrijvers ter wereld. Maar liefst twaalf van zijn romans verschenen uiteindelijk op het witte doek. The Andromeda Strain (door Robert Wise in 1971), The Carey Treatment (gebaseerd op A Case of Need, door Blake Edwards in 1972), The Terminal Man (door Mike Hodges in 1974), The First Great Train Robbery (door Crichton zelf in 1979), Jurassic Park (door Steven Spielburg in 1993), Rising Sun (door Philip Kaufman in 1993), Disclosure (door Barry Levenson in 1994), Congo (door Frank Marshall in 1995), Lost World: Jurassic Park (door Steven Spielberg in 1997), Sphere (door Barry Levenson in 1998), Eaters of the Death (verfilmd als The 13th Warrior door John McTiernan in 1999) en Timeline (door Richard Donner in 2003). Mikael Salomon maakte in 2008 een tv-miniserie van The Andromeda Strain.
Daarnaast schreef Crichton ook verscheidene filmscenario’s waaronder voor Twister (1996). Voor de verfilming van The (First) Great Train Robbery nam Crichton in 1980 zijn tweede Edgar Allan Poe Award in ontvangst in de categorie ‘Best Motion Picture’.
40 miljoen Amerikanen
Al in de jaren tachtig sprak Crichton met Steven Spielberg over zijn ideeën voor een film over een Eerste Hulppost van een ziekenhuis. Het zou echter nog jaren duren voordat de regisseur het idee een nieuwe impuls gaf. Na het ongekende succes van Jurassic Park (1991) werd het oorspronkelijke concept, dat al stamde uit 1974, alsnog opgepakt. Het werd de populairste ziekenhuisserie ooit. De eerste aflevering van ER (Emergency Room) werd uitgezonden op 19 september 1994 en de serie verpulverde de eerste jaren zo’n beetje alle bestaande kijkcijferrecords in Amerika en in veel landen daarbuiten. Ongeveer veertig miljoen Amerikanen raakten verslaafd aan de serie die werd bekroond met 23 Emmy Awards (124 nominaties). In 1998 betaalde de zender NBC bijna 12 miljoen euro per aflevering. Daarmee werd ER niet alleen de meest succesvolle, maar tevens de duurste televisieserie aller tijden. De serie eindigde in 2009 met aflevering 331.
“HOE ZOUDEN ZE DIT OOIT KUNNEN FILMEN?”
Ook al lijken boek en film een soort twee-eenheid bij Crichton, toch vertelde hij in een interview tijdens het schrijven nauwelijks bezig te zijn met de mogelijkheid voor een verfilming van het manuscript. Crichton: ‘Het is onmogelijk om niet van tijd tot tijd eens te denken over een verfilming ervan. Maar ik probeer dat niet te doen, om een aantal redenen. Allereerst is het altijd mogelijk dat er helemaal geen film van komt. Daarnaast bepaalt de regisseur welke delen uit het boek wel of juist niet zullen worden gebruikt. En het zou best wel eens kunnen dat juist jouw favoriete scènes eruit worden geknipt en dat er anderen voor in de plaats komen. Op de laatste plaats wil ik me geen zorgen moeten maken over praktische mogelijkheden of onmogelijkheden als ik een hoofdstuk schrijf. Je bezighouden met de vraag “hoe zouden ze dit ooit kunnen filmen?” is zonde van je tijd want een – op het eerste gezicht – eenvoudige scène kan wel eens heel lastig verfilmbaar blijken te zijn, terwijl een moeilijke scène juist wel eenvoudig op film gezet kan worden.’
Vader van de technothriller
Dat Michael Crichton vaak ‘de vader van de techno-thriller’ wordt genoemd is natuurlijk geen toeval. De Amerikaan is altijd bezeten geweest van de mogelijkheden van computertechnologie. In de jaren tachtig leidde Crichton een softwarebedrijf, FilmTrack, dat computerprogramma’s voor de filmindustrie ontwikkelde. Voor zijn pionierswerk nam Crichton in 1995 de Academy of Motion Pictures and Sciences Technical Achievement Award in ontvangst. Ook stond Crichton aan de wieg van twee computerspellen: Amazon (1982) en Timeline (2000).
In veel van zijn boeken spelen nieuwe technologische ontwikkelingen en de wetenschap in het algemeen een belangrijke rol, waar overduidelijk een hoop onderzoek aan voorafgaat. Dat de auteur zijn research serieus neemt blijkt wel uit de lijst van gebruikte bronnen die hij steevast in zijn boeken opneemt. De bibliografie in Prooi (2003) beslaat bijvoorbeeld drie pagina’s, Timeline (2000) vijf pagina’s en bij Staat van angst (2005) had Crichton maar liefst twintig pagina’s nodig.
Crichton wilde niet per se het slimste ventje uit de klas zijn, vertelde hij in een interview. ‘Omdat ik zelf begin met een vraag, is mijn onderzoek heel leerzaam. Ik neem aan dat het onvermijdelijk is dat ook de lezer wat opsteekt van wat ik schrijf. Maar het is niet mijn bedoeling, de lezer te onderwijzen. Ik vertel een verhaal en daarmee uit. De verhalen hebben meestal wat achtergrondinformatie nodig, dus leg ik die uit om het verhaal begrijpelijk te maken. Dat is alles.’
De verscheidenheid aan onderwerpen die Crichton behandelde in zijn boeken hebben vaak een technologische invalshoek, maar niet altijd. Zo schreef hij ook over de invloed van Japan in de Amerikaanse economie (Rising Sun, 1992), over ongewenste intimiteiten op het werk (Disclosure, 1994), over de concurrentie in de vliegtuigindustrie (Airframe, 1996) en over de gevolgen van de opwarming van de aarde (Staat van angst, 2005).
De prijs van de roem
Bijna alles wat Michael Crichton aanraakte leek te veranderen in goud. Hij nam vele awards in ontvangst voor zijn producties, hij was één van de best betaalde auteurs ter wereld (alleen al in 1998 verdiende hij een slordige 65 miljoen dollar) en hij verkocht wereldwijd meer dan 200 miljoen boeken.
Het succes had echter ook een keerzijde. De auteur werd een aantal keer voor het gerecht gesleept vanwege mogelijk plagiaat. De eerste keer was in 1985 toen Ted Berkic Crichton aanklaagde wegens grote overeenkomsten tussen zijn eigen Reincarnation Inc. en Crichtons scenario voor de film Coma. Tien jaar later claimde Geoffrey Williams dat Crichton met Jurassic Park zijn intellectuele eigendom had geschonden. In 1998 was er een derde geval waarbij Stephen Kessler stelde dat Twister gebaseerd was op zijn werk Catch the Wind. In alle drie gevallen werd de multimiljonair in het gelijk gesteld. Later vatte de auteur de juridische problemen rondom het intellectueel eigendom schouderophalend samen met de woorden: ‘Ik win altijd.’.
Maar ook persoonlijk ging het niet altijd van een leien dakje. Crichton moest in therapie omdat hij problemen had met zijn lengte (2 meter en 6 cm). In 2001 vertelde hij aan een journalist van The Guardian: ‘Als kind had ik al problemen met mijn lengte. Maar nu nog steeds, soms. Ik kan me wanhopig voelen op feestjes. Mensen die tegen me praten kan ik niet verstaan. Echt niet. Dit betekent dat ik moet gaan zitten en dan denkt iedereen weer “hij kwam op het feest, zat in een hoek en bewoog zich niet”. Dat kan soms echt een probleem zijn.’
Het zorgde ervoor dat Crichton vooral in de anonimiteit leefde en zijn familie buiten de spotlights probeerde te houden. Toch was hij in 2002 slachtoffer van een roofoverval door een gewapende bende. Hij werd samen met zijn dertienjarige dochter in zijn bungalow overvallen en gekneveld. Ze wisten zichzelf te bevrijden en de politie te waarschuwen. Na dit incident verhuisde de familie Crichton naar Los Angeles.
Michael Crichton (66) overleed op 4 november 2008, nadat eerder dat jaar kanker bij hem was vastgesteld. Zijn ziekte werd pas na zijn dood bekend gemaakt.
Zijn vriend Steven Spielberg reageerde na zijn overlijden: ‘Michaels talent oversteeg zelfs zijn eigen dinosaurussen uit Jurassic Park. Hij was de beste in het mengen van wetenschap met grote theatrale concepten. Michael was a gentle soul who reserved his flamboyant side for his novels. There is no one in the wings that will ever take his place.’