Column /
Mijn eerste X: Astrid Harrewijn
Leuk!!!!
Dat was mijn eerste reactie toen ik door Hebban werd gevraagd om een stukje te schrijven over mijn eerste keer. Nadat ik de vier hysterische uitroeptekens had laten bezinken, ging ik met een latte aan de keukentafel zitten om eens rustig na te denken welke ‘eerste keer’ het onderwerp van mijn blog zou worden. Ik heb al behoorlijk wat boeken op mijn naam staan en dat betekent in de praktijk dat er al aardig wat eerste keren zijn afgevinkt. Kortom; een paar lattes en enkele uren later kwam ik tot de conclusie dat zo’n eerste keer helemaal geen makkelijk onderwerp was.
Mijn eerste boekpresentatie? Die was fantastisch, maar om daar nou een heel stuk…
Mijn eerste signeersessie? O, wat erg, die kan ik me niet meer herinneren…
Mijn eerste royalty-afrekening? Drie flessen wijn, een pak melk en een halfje bruin…
Mijn eerste uitgeverswissel? Nah, niet gezellig om over te schrijven…
Mijn eerste beroerde recensie? Heb ik verdrongen…
Nee, ik wilde het liefst een stukje schrijven over een eerste keer die er aan zat te komen, maar helaas nog niet concreet was. Al weer enige tijd geleden had een filmproducent laten weten dat hij interesse had in Luchtkussen, mijn derde boek. Een eerste gesprek had inmiddels plaatsgevonden en we zaten nu in het juridische traject; wat betekende dat het filmcontract tussen de mailboxen heen en weer aan het reizen was. Reuze spannend en allemaal heel erg ‘eerste keer’, maar het was natuurlijk niet de bedoeling dat ik over een filmcontract ging schrijven waar mijn handtekening nog niet onder stond. En dus liet ik Hebban weten dat mijn stukje wat vertraging had opgelopen. Een leugentje om bestwil om tijd te winnen. Het zou niet de eerste zijn.
In de tussentijd worstelde ik me door het contract. Ik ben eigenlijk jurist, dus je zou denken; appeltje/eitje, maar wat ben ik blij dat ik schrijfster ben geworden. Ongelofelijk saai zo’n contract! Je kunt beter een goed boek gaan lezen. Ik heb het volste vertrouwen in de producenten – lieve aardige en vooral enthousiaste mensen - maar je moet het nu eenmaal juridisch vastleggen en voor ik het in de gaten had was ik weer een maandje verder omdat alle partijen wel iets vonden van de inhoud van het contract.
Termijnen stonden ter discussie; een maandje erbij, een maandje eraf. De betaling was ook zo’n dingetje; een procentje erbij, een procentje eraf. En ik rekende snel uit dat deze filmactie me toch op z’n minst een paar dozen wijn, een melkkoe en een broodfabriek zou opleveren. Bleek later toch een rekenfoutje van mijn kant, maar dit terzijde.
Ik stuurde Hebban nog maar eens een mailtje met de mededeling dat ik nog steeds last had van vertraging en voelde opeens heel veel sympathie voor de man van de communicatie van de Nederlandse Spoorwegen.
Er ging weer een maand voorbij en ik las voor de zekerheid het hele contract nog maar een keer door, inclusief mijn lievelingsartikel. Art. 7.11: tien vrijkaartjes voor de première. Waren tien kaartjes eigenlijk wel genoeg om iedereen die ik liefheb mee te nemen? En wat ging ik aantrekken? Iets met hakken of was dat vragen om ellende? Languit op de rode loper.
En zo bevond ik me de afgelopen maanden afwisselend in een euforische toestand – Lieke zou tot leven komen, hoe geweldig was dat – en had ik menig slapeloze nacht waarin ik de producent hoofdschuddend het contract zag verscheuren omdat hij uiteindelijk toch de voorkeur gaf aan een vijf uur durende docudrama over Calimero.
Hebban liet ik voor een derde keer met een ongelofelijke flutsmoes weten dat het stukje er heus echt wel ooit een keer op een dag zou komen.
Afgelopen donderdag 12 juni was het dan eindelijk zover. Op een prachtige zonnige dag, in een heerlijke stadse Amsterdamse binnentuin, tekende ik mijn eerste filmcontract. Een hoogtepunt, een mijlpaal en een absolute erkenning van mijn werk. Trots in het kwadraat. Kan ik er nog meer over zeggen? Nee, eigenlijk niet. Het minst gezellige artikel van het contract is namelijk artikel 15.3: Mondelinge en schriftelijke publieke informatie van Uitgever en Auteur over de ontwikkelingen van het filmwerk worden niet gedaan zonder hierover vooraf te hebben overlegd met de Producent.
Dus ik houd mijn mond, ik zeg niks, ik schrijf nergens over! Ach, zo’n eerste keer contractbreuk plegen is eigenlijk ook best spannend.