National Book Award voor boek over het leven als zwarte in VS

'Elke dag als je de televisie aanzet zie je wel een of andere vorm van geweld tegen zwarte mensen', zei Te-Nehisi Coates in zijn dankwoord na aanvaarding van de prijs. 'Telkens en telkens weer. En het blijft maar doorgaan.'

De National Book Award in de categorie fictie ging naar Adam Johnson voor Fortune Smiles, een bundel met surrealistische en komische korte verhalen die onderwerpen als nationale rampen, technologie en politiek als thema hebben. Volgens de jury is Johnson een van de meest getalenteerde schrijvers van zijn generatie'. Johnson won eerder, in 2012, de Pulitzer Prize voor zijn roman The Orphan Master's  Son.

Coates' boek is door veel critici vergeleken met het werk van de Afro-Amerikaanse schrijver James Baldwin (1924-1987). Coates, die werkt als correspondent voor het Amerikaanse tijdschrift, schreef het boek in de vorm van een brief aan zijn zoon. Hij droeg de prijs op aan een vriend van middelbare school, Prince Jones, die door een politieman werd doodgeschoten omdat hij werd aangezien voor een crimineel. 'Ik ben een zwarte man in Amerika', zei Coates, 'ik kan die agent niet straffen, in plaats daarvan heb ik mijn boek geschreven.'

De National Book Award werd opgericht in 1950. De prijs ging in de loop der jaren naar een reeks van Amerika's meest bewonderde auteurs, onder wie William Faulkner, Saul Bellow en Flannery O'Connor. 

Bron: New York Times, foto auteur: Eduardo Montes-Bradley