Interview /
Philip Kerr: 'Ik ben zelf volkomen inconsistent'
In 1989 verscheen Een Berlijnse kwestie met Weimar-detective Bernie Gunther in de hoofdrol. Na drie boeken hield Philip Kerr het echter voor gezien, totdat Gunther in 2006 zijn rentree maakte in De een van de ander, in het naoorlogse Duitsland waar voormalige nazi’s trachtten het land te ontvluchten. De vrouw van Zagreb is ondertussen de tiende Bernie Gunther-thriller. ''Als ik dan een één-ster-recensie lees, waarin staat dat het tijd wordt dat Bernie zijn gouden horloge krijgt, vraag ik me af of ze niet gelijk hebben”, zegt Kerr. “Zodra je een personage hebt geschapen dat beroemder is geworden dan jezelf, moet je je altijd afvragen of het niet beter is om ermee te stoppen.''
Kerr geeft toe dat hij tijdens zijn bezoek aan Amsterdam de bodem in zicht heeft gekregen. ''Ik kom al in dit hotel sinds 1991. Ik ben hier dronken geworden, ben in dit hotel stoned geweest en heb er seks gehad. En nu ben ik hier depressief. Waarom? Vaak is daar niet een duidelijke verklaring voor. Ik ben al een poos onderweg. Heb een uitgebreide tour gedaan in de VS en zat vorige week in Barcelona. Ik heb de afgelopen weken te weinig slaap gehad, te veel gedronken en ben te lang van mijn familie weg geweest. Dus ik voel me behoorlijk slecht. Dit is me nog niet eerder overkomen.''
Een plek waar Kerr zijn ellende kan vergeten, zo zegt hij zelf, is in het schrijven. ''Ken je de film Beau Geste? Het is een film uit de jaren dertig met Gary Cooper die bij het Vreemdelingenlegioen gaat. Daar ga je bij om dingen te vergeten, heet het. Dat is een beetje hetzelfde met schrijven. Zodra je begint, helpt het andere zaken te vergeten. Ik heb het geluk dat ik eigenlijk overal kan schrijven, heb geen speciale schrijfkamer nodig. Mijn boeken heb ik ook niet meer nodig tegenwoordig. Moet ik iets opzoeken dan googel ik het even.''
Je zegt dat je overal kunt schrijven. Gaat het je ook gemakkelijk af om in Bernie Gunther te kruipen?
''Het is alsof je een oude ochtendjas uit de kast pakt en aantrekt. Er is een vertrouwd gevoel, maar het duurt even voordat hij helemaal lekker past. Ik vind dat niet erg, want dat betekent dat ik meer van mezelf in een personage moet leggen. Misschien ben ik veranderd en komt dat tot uiting in het personage. In De vrouw van Zagreb is de gevoelstoestand van Bernie toch al anders, want hij is verliefd. In het begin kost het me meer moeite. Dan haal ik hooguit 500 woorden per dag. Tegen het einde schrijf ik er zo’n 3000, omdat ik wil weten hoe het eindigt.''
Weet je dat niet bij voorbaat al?
''Ik weet de grote lijnen, maar gebruik nooit een schema. Ik houd van de zijwegen onderweg.''
Is het gemakkelijker om een vaste hoofdpersoon te gebruiken?
''Ja, maar het drijft je ook in een hoek. Die vrijheden zijn begrensd. Mijn personages hebben een geschiedenis en die moet ik respecteren. Daarnaast heeft Bernie een mening. Al is dat minder streng. Mensen kunnen van mening veranderen. Tegenstrijdigheden maken hem juist meer menselijk. Ik ben zelf volkomen inconsistent.''
Sommige vaste ingrediënten zijn er wel. Bernie is cynisch en bitter, ook al is hij tot over zijn oren verliefd op een filmster?
''Cynisch is hij, en die bitterheid is er altijd, want die zit in mij. Morbide is hij ook. Eigenlijk zijn al zijn zwakheden mijn zwakheden. Hij heeft een sardonisch gevoel voor humor. Hij wordt voortgedreven door geld. Dat heb ik ook. Ik doe dingen voor geld die ik eigenlijk niet zou moeten doen. Veel te vaak heb ik me laten verleiden om voor geld scripts te schrijven. Het is financieel bevredigend, maar nooit gevoelsmatig. Het zuigt je leeg, omdat je moet werken met mensen die niet weten wat ze willen. Daarnaast ben ik een dwangmatig schrijver die meer boeken schrijft dan hij zou moeten doen. Het bevindt zich in een stadium dat het een ziekte begint te worden. Ik heb nu 35 boeken geschreven. Ik raak geobsedeerd door een verhaal en dan moet ik dat opschrijven.''
Hebben bij een serie andere mensen daar nog invloed op?
''Ik besteed daar helemaal geen aandacht aan. Mijn agent heeft het steeds over Bernie in 1963 in Berlijn, als John F. Kennedy de stad bezoekt. Voor mijn gevoel is dat ver van waar ik me nu bevind. Anderen hebben suggesties, maar die negeer ik totaal. Ik weet soms wat erin het volgende boek gaat gebeuren, maar wil me niet bezighouden met wat daarna komt. Weet je wat het is, ik voel me ergens verplicht om Bernie Gunther-boeken te schrijven, omdat de uitgever dat graag wil. Maar soms zet ik me schrap en dan schrijf ik wat ík wil schrijven. Zo heb ik net een Young Adult-boek voltooid. Ik weet helemaal niet of het gepubliceerd wordt. Ik had de drang om het te schrijven, omdat het een risicofactor is. En ik vind dat schrijvers zoals ik, die bekend en gevestigd zijn, geen risico's meer nemen. De enigen die risico's nemen zijn zij die debuteren. Want die komen met iets compleet nieuws.''
Je kwam zelf vorig jaar met Transfermaand, een thriller gesitueerd in de voetbalwereld van de Premier League. Dat lijkt me best risicovol.
''De meeste mensen zeiden tegen me dat voetbalfans geen boeken lezen. Ik wilde dat niet geloven. In het boekenvak in Engeland vinden ze mensen die naar voetbal gaan dom en onontwikkeld. Die zijn er vast, maar er zijn ook genoeg mensen met hersenen die van voetbal houden. Het was een risico, maar ik dwing mezelf om dat soort dingen te doen. Ik weet nog altijd niet of het een succes was. In Spanje wel, maar in Engeland was het minder populair. Mensen die over boeken schrijven of ze uitgeven zijn geobsedeerd dat boeken over bepaalde thema’s moet gaan: immigratie, vrouwenzaken of kolonialisme. Alles moet een onderwerp hebben dat refereert naar iets in de maatschappij. De mensen die de discussies leiden zijn niet geïnteresseerd in gewoon een goed verhaal.''
Had jij een bepaald plan in je hoofd toen je aan je eerste Bernie Gunther-verhaal begon?
''Ik ben altijd meer geïnteresseerd geweest in het verhaal dan in het onderwerp. Net als dat ik de plot belangrijker vind dat de schrijfstijl. Denk je nou echt dat schrijvers als Graham Greene of Tolstoj bezig waren met de stijl. Ik denk dat Tolstoj gewoon zat en zijn verhaal schreef.''
Wat vind je dat je je lezers hebt verteld over de periode waarover je schrijft met de boeken over Bernie?
''Ik denk dat ik er met Bernie in ben geslaagd om te schetsen dat er ook goede Duitsers waren. Veel Duitsers verkeerden in gewetensnood. Bernies probleem is dat hij een patriottische Duitser is. Maar hoe kun je van je land houden als dat is gekaapt door een bende gangsters die de grootste misdaden van het millennium aan het plegen is? Dat heb ik proberen te verenigen. Daarom heb ik me ook steeds de vraag gesteld hoe dit heeft kunnen gebeuren. Ik denk dat de belangrijkste reden ligt in het gigantische slachthuis dat de Eerste Wereldoorlog was. De Grote Oorlog heeft voor zoveel doden gezorgd dat een mensenleven weinig waarde had. Zo was het exponentieel gemakkelijker om zes miljoen joden te vermoorden, omdat er in de oorlog ervoor al twintig miljoen mensen waren omgebracht.''
Je hebt lang vermeden om over de oorlogsjaren te schrijven. In de laatste boeken gaat het er wel over. Waarom toch?
''Toen ik begon, waren er heel veel boeken over de oorlog. Dat wilde ik juist niet. Nu schrijf ik vooral over vergeten stukjes van de oorlog. In het vorige boek ging het over het Bloedbad van Katyn. Ik was vooral geïnteresseerd in de achtergrond, hoe de Duitsers in Smolensk probeerden er politiek voordeel uit te halen. Die hypocrisie, het wijzen op de slachting die de Sovjets hebben uitgevoerd en tegelijkertijd negeren dat je in de naam van nazisme veel meer mensen vermoordt, fascineerde me.''
Die dubbele standaard blijf je benadrukken bij de historische personen die je beschrijft. Zo houdt Goebbels van 'ontaard' verklaarde kunst en is hij verliefd op een Slavische filmster die niet voldoet aan de Arische regels.
''Haha, ja Goebbels hield van de schilderijen van Emil Nolde, maar Hitler haatte de schilderijen, dus deed hij ze snel weg.”
De naam Hitler valt. Hij komt in tegenstelling tot zijn partijgenoten Goebbels, Himmler en Heydrich als personage nauwelijks voor. Is hij te groot?
''Ik denk het wel. Hij is een soort boeman. Het is heel lastig om de duivel te beschrijven. Daarom zoek je je uitvlucht in personages die iets duivelachtigs hebben. Ik weet dat Bernie Hitler nooit zal ontmoeten, dat heeft hij gezegd, dus daar moet ik me aan houden. In het vorige boek vertelt hij een moment dat hij heeft gezien hoe Hitler - toen nog niet aan de macht maar 'gewoon' politicus – zichzelf tijdens een rechtszaak belachelijk maakt. Dichterbij dan dat zal Bernie niet bij Hitler komen.''
Je noemt hem de duivel en hij was natuurlijk de onbetwiste leider van de nazi’s. Maar hij is persoonlijk minder direct betrokken geweest bij vreselijke misdaden dan Heydrich en Himmler.
''Daar heb je een punt. Maar ik wil mensen als Heydrich proberen te begrijpen. En ik vrees dat het niet mogelijk is om Hitler helemaal te kunnen begrijpen. Hitler begrijpen zal een van de mysteries van de geschiedenis blijven.''