Recensie: Een verhaal dat blijft resoneren in het hoofd van de lezer
In 2020 verschenen bij uitgeverij Ambo|Anthos.
Viktor van Judith Fanto
Wenen, 1914. De zesjarige Viktor Rosenbaum redt weeskind Bubi uit een vijver in het Praterpark. Tussen hen ontstaat een levenslange vriendschap en Bubi wordt opgenomen in de gegoede Weens-Joodse familie. Viktor, die maar niet wil deugen, ontpopt zich als patser en rokkenjager en maakt geen van zijn vele studies af, tot groot verdriet van de intellectuele Rosenbaums. De Anschluß in 1938 vormt een keerpunt: met heldhaftige vindingrijkheid en brutaliteit beschermt Viktor iedereen die hij liefheeft.
Nijmegen, 1994. Geertje Rosenbaum, de jongste telg van de familie, rebelleert tegen de angst en schaamte waarmee de Rosenbaums hun Joodse identiteit beleven. Wanneer houdt haar familie nu eindelijk op met onderduiken? En waarom wordt Viktor, de broer van haar grootvader, doodgezwegen? Als Geertje op onderzoek uitgaat, stuit ze op een onwaarschijnlijk familiegeheim.
Judith Fanto is jurist en publiceerde tal van artikelen in medische en juridische vakbladen, richtte Stichting Joods Apeldoorn op en stond aan de wieg van de glossy Eigen! De roman Viktor is haar debuut en is gebaseerd op de lotgevallen van de Weens-Joodse familie van Fanto. Viktor heeft echt bestaan.
Recensie: Ingrijpend familieportret verpakt als roman ****
Door Eline van der Boog
'Onze familie mocht dan Joods zijn, maar dat merkte je nergens aan,' benadrukt Judith Fanto (1969) aan het begin van haar doeltreffende debuutroman Viktor. De relieken in huis – de negenarmige chanoekia, de Estherrol en de sidoerim – worden gezien als niets meer dan toevallige erfenissen van de Weens-Joodse familie Rosenbaum die tijdens de Tweede Wereldoorlog van Oostenrijk naar Nederland vluchtte. ‘Hoewel ik me er al vroeg van bewust was dat wij Joods waren, begreep ik niet wat het betekende,’ gaat Fanto verder. En zo begint het verhaal van Fanto’s alter ego Geertje van den Berg, die tijdens haar studententijd in Nijmegen stiekem de familiearchieven induikt en haar ouders de stuipen op het lijf jaagt door ‘Joods te gaan doen’.
Fanto wisselt in Viktor twee verhaallijnen af. Het verhaal over Geertje – die later in het boek niet onwillekeurig Judith zal heten – speelt zich af in het studentikoze Nijmegen van 1994. Als tweedegeneratie oorlogsgetroffene wil zij uitzoeken waarom haar familie altijd zo geheimzinnig heeft gedaan over hun Joodse identiteit. Ze sluit zich aan bij de joodse gemeente in Nijmegen, waar ze voor het eerst in haar leven echt in contact komt met de Joodse religie en spijswetten. Ondertussen speurt ze in het geheim haar grootmoeders zolder af op zoek naar bruikbare documenten met waardevolle informatie over haar Joodse familieleden.
Het debuut is in zekere zin een ode aan hem en aan familiebanden in het algemeen. Viktor hanteert daarnaast thema’s als identiteit, het gevoel van thuishoren, liefde en vriendschap.
De tweede verhaallijn situeert Fanto rondom de familie Rosenbaum. In het Wenen van 1938 grijpt Hitler op dat moment de macht. Onder leiding van de SS krijgt de familie steeds meer te maken met Jodenhaat. Fanto richt haar aandacht in het bijzonder op de rebelse Viktor Rosenbaum. De jongeman wordt beschouwd als het zwarte schaap van de familie door zijn rokkenjagerij en kortstondige baantjes. Hij is een schande voor de intellectuele Rosenbaums, die studeren, goede banen hebben en (het liefst) naar Gustav Mahler luisteren. Maar Viktor heeft lak aan regels en autoriteit. Daar staat tegenover dat hij voor zijn dierbaren door het vuur gaat. Tijdens de Anschluss is hij dan ook degene die de familie Rosenbaum met zijn vastberaden vindingrijkheid helpt te vluchten.
Fanto baseerde Viktor op de waargebeurde familiegeschiedenis van haar eigen Weens-Joodse familie. De twee verhaallijnen komen samen in oudoom Viktor, aan wie de familie uiteindelijk veel te danken heeft. Het debuut is in zekere zin een ode aan hem en aan familiebanden in het algemeen. Viktor hanteert daarnaast thema’s als identiteit, het gevoel van thuishoren, liefde en vriendschap. Het boek bevat krantenstukken en een gruwelijk verslag van de deportatie naar een vernietigingskamp. Deze doen het waarheidsgehalte van deze verrassende debuutroman omhoogschieten.
Ook niet geheel onbelangrijk: Fanto hanteert van begin tot eind een vlotte schrijfstijl.
Ook niet geheel onbelangrijk: Fanto hanteert van begin tot eind een vlotte schrijfstijl waardoor dit ingrijpende familieportret wegleest als een historische roman. Het is bovendien aardig hoe Fanto familiefavoriet Mahler subtiel in de opbouw van haar boek laat resoneren, zoals het verhaal dat na de laatste bladzijde ook nog even in het hoofd van de lezer doet.
Eline van der Boog heeft een achtergrond in de Letteren en Sociale Wetenschappen en is in het dagelijks leven werkzaam als tekstschrijver en redacteur. Ook in haar vrije tijd schrijft ze veel, naast schrijven voor haar eigen blog recenseert ze ook literatuur voor Hebban.
profielMeer recensies van Eline:
- De vondeling: Wat van eksters komt...
- Aria: Woelig coming-of-age verhaal tijdens de Iraanse Revolutie
- Ik moet u echt iets zeggen: Spitsvondige verhalenbundel waarin niets teveel wordt gezegd
- Vuurgeesten: Een gedurfde debuutroman vol abstracte symboliek