Schrijfster en rechercheur identificeert tientallen onbekende doden

De doden die Carina van Leeuwen en collega Willem Doorn een naam hebben weten te geven, zijn in Amsterdam begraven. Ze zijn allemaal afkomstig uit het buitenland, zo blijkt. Ze zijn veelal door overmatig drugsgebruik, verdrinking of suïcide aan hun einde gekomen.

Van Leeuwen en Doorn begonnen vijf jaar geleden met het project Identificatie Onbekende Doden dna-databank Vermiste Personen. Het is vanaf 2010 verplicht om dna af te nemen van niet-­geïdentificeerde stoffelijk overschotten voordat deze begraven worden. Bij overledenen van voor 2010 is daarentegen niet altijd dna afgenomen. Van Leeuwen wist dat nieuwe technieken haar in staat zouden stellen een groot aantal personen alsnog te identificeren. Het doel van de rechercheurs is om alle 96 onbekende doden in Amsterdam te identificeren.

Als schrijfster debuteerde Van Leeuwen twee jaar geleden met het boek Vuurproef, in 2015 gevolgd door Koud Spoor. In mei volgt een nieuwe thriller, Nachtvlinder. In de verhalen staat de wereld van forensisch rechercheur Renee Spaan centraal. De zaken zijn gebaseerd op de ervaringen van de auteur maar persoonsnamen en locaties zijn fictief. Vorig jaar werkte Van Leeuwen mee aan de bundel De laatste seconde en andere verhalen. Daarin beschrijft ze haar werk als forensisch rechercheur.

(Bron: Het Parool, foto auteur: Keke Keukelaar)