Simon de Waal is klaar voor de Spannende Boeken Weken
Over de vraag
‘Ik ben ontzettend door mijn uitgever in de maling genomen. Ik dacht dat ik een afspraak met hem had om over de toekomst van mijn boeken te praten. Op een gegeven moment kwamen er twee mensen binnen die ik wel van het CPNB kende. Ze vertelden me dat ze een afspraak met iemand hadden. Nou ja, mij kun je alles wijsmaken. Pas later viel het kwartje, toen de directeur van het CPNB naast me bovenop een stoel klom en me vroeg of ik het Geschenkboek wilde schrijven. Ik vond het een hele eer.
Over Vector
Tegen het einde van de Koude Oorlog verdwijnt een even mysterieus als dodelijk virus uit een Russisch laboratorium, Vector Instituut. Vijfentwintig jaar later in Amsterdam, wordt Alex, de zoon van een gevluchte Russische wetenschapper, geconfronteerd met het duistere verleden van zijn dementerende vader. Als diens broer plotseling opduikt, openbaart zich een goed bewaard geheim. Zijn vader heeft echter weinig herinneringen meer aan vroeger. Heeft hij wel een broer? En waar is die opeens zo dringend naar op zoek?
‘Er komt in het hele boek geen politie voor. Ik vond het leuk om voor dit verhaal een andere wereld te nemen.’
‘Het begin van dit verhaal, de proloog, had ik al zo’n tien jaar in een la liggen. Ik heb het toen uitgeschreven en ik wist dat het goed genoeg, verrassend, intrigerend en sterk genoeg was om er een boek van te maken. Het was een James Bond-achtige opzet met explosies en achtervolgingen. Maar tot nu toe was het er nog niet van gekomen. Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik iets met dit verhaal wilde, maar ik wilde een goede insteek hebben om er een retegoed verhaal van te maken. Misschien wachtte ik ook op een goede aanleiding om het verhaal af te maken. Dat kwam toen het CPNB me vroeg het geschenkboek te schrijven. Ik had alleen het begin. Nadat ik wist dat ik dit verhaal voor het geschenkboek wilde gebruiken, ben ik gaan nadenken over de verhaallijn, karakters en gebeurtenissen. Op het moment dat ik een gevluchte man bedacht, viel alles op z’n plek. Daarna moest ik alleen bedenken waar ik het verhaal liet afspelen. Dat werd Amsterdam, want dat is mijn stad. En specifiek Amsterdam-Oost, want dat is mijn plek. Ik denk dat Amsterdam leuk is voor mensen die het kennen, maar ook voor mensen die de stad willen leren kennen.’
Over rechercheur Simon de Waal
‘Het is een voordeel dat ik al 37 jaar bij de politie werk, waarvan dertig jaar bij de recherche. Daardoor kom ik in heel veel werelden, waardoor ik veel weet en daar weinig research naar hoef te doen. Zo speelt het verhaal zich bijvoorbeeld af in het Sarphatihuis en in Artis. Ik ben ooit voor een onderzoek in het Sarphatihuis geweest en ook Artis ken ik heel goed. Ik maak graag gebruik van dingen die ik ken. En iedereen in Nederland kent Artis wel. Deze plekken zijn niet essentieel voor het verhaal; het had zich ook ergens anders af kunnen spelen, maar ja, Amsterdam-Oost heb ik toch wel een beetje gekozen omdat ik er vandaan kom. Voor Vector heb ik wel research gedaan naar virussen. Hoe gevaarlijk is het? Hoe werd het destijds in Rusland gebruikt? Daar wist ik niets vanaf en heb mijn vragen aan Dr. Byron Martina voorgelegd. Hij is teamleader Exotic Viruses van het Viroscience Lab van de Erasmus MC in Rotterdam. ’
Over schrijver Simon de Waal
‘Ik begin pas met schrijven als ik een goed idee heb. Ik kan ook pas echt beginnen als mijn gevoel juist is. Als ik het gevoel heb dat het verhaal sterk genoeg is voor een boek. Daarvandaan ga ik schrijven. Ik heb dus geen plannen en ik maak geen opzet. Ik ga zitten en ga schrijven. Ik denk tijdens het schrijven. Vaak weet ik niet waar ik naartoe ga. Ik laat mezelf verrassen. Dat is wel eens spannend, vooral als ik vastzit. Dat is goed, om vast te zitten. Als je in een keer door kan schrijven, is het mijn inziens geen goed boek. Als ik niet meer weet hoe het verder moet, leg ik het verhaal opzij en ga ik iets anders doen. Een dag, hooguit. Maar mijn onderbewustzijn gaat ermee door en zo kom ik op onverwachte oplossingen. Dan kan ik weer verder. Tot nu toe heb ik altijd oplossingen gevonden als ik in de knoei kwam. Ik heb het voordeel dat ik redelijk snel schrijf. Ik probeer, zeker als ik een deadline heb, zo’n 2.500 woorden per dag te schrijven. De eerste versie is meteen ook mijn laatste versie. Ik ben geen man van meerdere versies. Natuurlijk wijzig ik wel tijdens het schrijven, en ’s avonds wijzig ik wat ik de vorige dag heb geschreven. En dat is het dan. Ik heb twee meelezers, mijn vrouw en mijn broer. Het zijn twee andersoortige mensen, maar ze zijn me even waardevol. Zij lezen met me mee, terwijl ik schrijf en ze geven me altijd goede raad. Ze weten wat ik wil met een verhaal. Als mijn vrouw zegt: “wauw, dit is hartstikke goed”, dan is het goed.’
Over terugkerende thema's
‘De laatste tijd is dat een beetje veranderd, denk ik, en gaat het meer over schuld en vergeving. Nemesis, het boek waaraan ik momenteel werk en dat in juli uitkomt, is veel psychologischer geworden dan mijn vorige boeken. En ook in Vector zit je meer in het hoofd van de hoofdpersoon. Daarvoor speelde ik meer met goed en kwaad als terugkerend thema. Niet alles is zwart of wit. Niet alles is wat het lijkt.’
Over twee klaar-overs
‘Ik ben opgegroeid in Oost. Ik voetbalde altijd op de Radioweg. Waarschijnlijk omdat er twee meisjes woonden. Ze werkten als klaar-overs. Daarom mochten ze in de pauze in de politiekantine wachten tot ze de kinderen weer naar de overkant van de straat moesten brengen. Daar vertelden ze altijd heel enthousiast over. Ik was bijna klaar met school en ik moest daarna iets gaan doen. Toen ik een bon in de Veronicagids zag om je op de politieschool in te schrijven, heb ik dat gedaan. Ik werd aangenomen op de politieschool en toen ben ik blijven hangen. Maar ik vind het oprecht leuk om dit werk te doen. Ik vind het leuk om aan interessante en uitdagende zaken te werken met een leuk team. Het geeft nog altijd voldoening om je in een zaak vast te bijten om dan uiteindelijk iemand te kunnen oppakken.’
Over de toekomst
‘Het leukste van het schrijven is de laatste zin. Als je boek af is en je het gevoel hebt dat je echt klaar bent. De laatste zin is dan ook top. Dat is een fantastisch gevoel. Zo ook met Vector. Vector is helemaal af en ik ben er trots op. Maar ik voel ook op een of andere manier dat ik met deze hoofdpersonen nog niet klaar ben. Ze zijn me erg lief en er zit nog meer in. Vector is een afgerond verhaal, maar ergens zit nog een mogelijkheid voor een vervolg. Wie weet doe ik dat in de toekomst ook wel.’
- Bloed in de polder is het motto van de eerste editie van de Spannende Boeken Weken, die geheel in het teken van de Hollandse thriller zal staan.Bij besteding van € 12,50 aan Nederlandstalige spannende boeken ontvang je in de boekhandel het geschenkboekje Vector gratis. Lees hier de highlights.
- Simon de Waal is één van de gasten tijdens Hebban Noir op vrijdagavond 3 juni bij Paagman Centrum in Den Haag.
- Volg de Spannende Boeken Weken-pagina op Hebban om op de hoogte te blijven van de activiteiten van een groot aantal Nederlandse en Vlaamse thrillerschrijvers.
Foto Simon de Waal © Casper Rila / CPNB.