Stefan Ahnhem: ‘Fabian Risk is de tegenhanger van Wallander’
De Nederlandse vertaling van de nieuwste thriller van Stefan Ahnhem is uit. Motief X (in vertaling van Tineke Jorissen-Wedzinga) is het vierde deel in de 'Fabian Risk'-reeks. In het najaar verschijnt het vijfde deel en Ahnhem zelf is momenteel bezig met het zesde en laatste deel. 'Misschien.'
Stefan Ahnhem! Wellicht gaat er niet meteen een belletje rinkelen, want hij heeft 'pas' vier thrillers geschreven, maar voor degenen die dol zijn op thrillers, misdaadseries en moordverhalen zou het zomaar kunnen dat ze wel allang werk van Ahnhem zijn tegengekomen. ‘Lang, lang, lang geleden, en dan hebben we het over het begin van de negentiger jaren, ben ik begonnen als scenarioschrijver,’ vertelt Ahnhem. Een van de series waaraan hij meewerkte, was Wallander, de Zweedse politieserie die is gebaseerd op de detectiveromans van Henning Mankell.
'Het was in een tijd dat ik open stond voor alles en nog volledig geprogrammeerd moest worden.'
Episch
Zijn liefde voor films en televisieseries komt niet uit de lucht vallen, want de jonge Stefan was ‘volledig verslaafd aan films en mijn doel was om voor films te schrijven.’ Er was echter een film die zoveel indruk op hem heeft gemaakt, dat die richting heeft gegeven aan zijn leven en het begin was van zijn carrière. Hij was toen elf jaar oud en het was voor het internettijdperk. De film? Star Wars!
‘De film overdonderde me volledig. Niemand had ooit eerder zoiets gezien. Ik praat nu over de jaren zeventig, hè. Ik zag de filmposter en ik moest erheen. Ik vond de film echt heel, heel cool. Het verhaal was episch. Het was in een tijd dat ik open stond voor alles en nog volledig geprogrammeerd moest worden. Als je nog zo jong bent dan staan je hersenen volledig open voor de dingen en klaar om van alles en nog wat te ontvangen die je uiteindelijk zullen vormen. Dat kan van alles zijn en is voor iedereen anders. Het is echt in mijn DNA gaan zitten.’ En met 'het' doelt hij op het epische verhaal van Star Wars.
Hetgeen Ahnhem aanspreekt in epische verhalen is het verhalend vertellen, zoals in bijvoorbeeld Games of Thrones. Ook een serie, niet geheel verrassend, waar Arnhem van kan genieten. Bovendien ligt in epische verhalen vaak de nadruk op de beschrijving van een meestal grote gebeurtenis. En groot zijn de dingen die in zijn boeken gebeuren. Om maar een paar thema’s te noemen die, naast de gepleegde moorden, en passant de revue passeren, zijn vreemdelingenhaat, rechtsextremisme, identiteitsroof, pesten, de verhoudingen tussen Zweden en Denemarken. Saai zijn de boeken van Ahnhem geenszins, maar je moet ze wel in de juiste volgorde lezen wil je het gehele verhaal begrijpen. Pas dan wordt een en ander duidelijk en pas dan kom je er als lezer achter hoe ingenieus alle – en dat zijn er veel – verhaallijnen in elkaar gevlochten zijn. ‘Alle delen zijn met elkaar verbonden. Ze horen bij elkaar.’ Zoals de verhaallijnen van de Star Wars-films in elkaar passen, zo passen de verhalen van Ahnhem in elkaar. En je krijgt als lezer het gevoel dat je tijdens het lezen in een film terechtgekomen bent. Hoewel thrillers schrijven een volledig ander genre is dan het schrijven van scenario’s sijpelt de erfenis uit die wereld tot in iedere zin door.
'Als ik schrijf over een oude man die zijn hond uitlaat en een lijk vindt, dan ben ik meer geïnteresseerd in het leven van de oude man dan in het feit dat hij het lijk vindt.'
Vlieg op de muur
Uiteraard is er een wereld van verschil tussen de wereld van de scenarioschrijver en die van een auteur. ‘Als scenarioschrijver schrijf je kort en bondig: hij komt de kamer binnen. Hij doet het licht aan. Je beschrijft alles zo goed mogelijk, alsof je een vlieg op de muur bent die alles overziet. Als je een boek schrijft, kun je die vlieg niet zijn. Je moet echt in iemands hoofd gaan zitten.’
En dat zit je, want het verhaal wordt vanuit meerdere personages beleefd, waarbij je vaak genoeg met de personages meedenkt. Terwijl het onderzoek in het rechercheteam besproken wordt, lees je over wat er de avond ervoor gebeurd is en mis je de helft van het gesprek. ‘Dat maakt het interessant. Het personage luistert niet naar zijn collega’s, maar is met zijn eigen gedachten bezig.’ Met zijn eigen leven, waardoor de personages tot leven komen. Op deze manier creëert Ahnhem zijn personages en zet ze stevig neer. ‘Als ik schrijf over een oude man die zijn hond uitlaat en een lijk vindt, dan ben ik meer geïnteresseerd in het leven van de oude man dan in het feit dat hij het lijk vindt.’
'Ik zorg ervoor dat mijn personages een geheugen hebben. Ik wil geen tweedimensionale personages.'
Goudvis in een kom
Ahnhem gaat diep als het om zijn personages gaat. ‘In de meeste misdaadboeken en -series wordt er een moordzaak per verhaal behandeld. Er wordt een moord gepleegd, een rechercheteam lost het op en op naar het volgende boek of aflevering. Opnieuw wordt een moord gepleegd en het rechercheteam lost de moord op zonder dat de karakters diepgang krijgen of zich maar herinneren wat ze in het vorige verhaal hebben uitgespookt. Dat voelt voor mij een beetje als een goudvis die in een kom rondzwemt, terugkomt bij het eerste punt, maar vergeten is dat hij daar al is geweest en wat er allemaal gebeurd is en opnieuw zijn rondje zwemt. Ik zorg ervoor dat mijn personages een geheugen hebben. Ik wil geen tweedimensionale personages.’
Dat Ahnhem zijn personages een eigen leven meegeeft, met een geheugen, vindt zijn oorsprong in de jaren negentig toen hij meeschreef aan Wallander. ‘Ik wilde altijd al dat er iets gebeurde wat in een volgende aflevering verder zou gaan. Maar dat wilden de programmamakers toen niet. De kijkers moesten de serie in willekeurige kunnen bekijken.’
Als het er echt op aan komt, kan de lezer zijn boeken ook in willekeurige volgorde lezen, maar dan blijft er wel een hoop verborgen en mis je details die het verhaal tot leven brengen. Zo is Motief X het vierde deel in de 'Fabian Risk'-serie. Wie de boeken in de juiste volgorde leest, heeft namelijk al eerder kennis kunnen maken met de moordenaar. ‘We hebben hem al eerder ontmoet,’ zegt Ahnhem, wat het lezen van zijn boeken in de juiste volgorde nog maar eens onderstreept.
'Ik probeer me altijd in het denkproces van de lezers in te leven.'
Grote hoeveelheid personages
Ahnhem is niet zuinig met zijn personages. Het ene na het andere komt voorbij en je moet goed bij de les blijven om al die namen te onthouden en te bedenken wie het ook alweer waren en wat ze ook alweer deden. ‘Het is niet zo dat ik van tevoren bedacht had dat ik veel personages nodig had. Zoiets gebeurt gewoon. Van het een komt het ander. Toen er in het eerste boek (Zonder gezicht) een moord was gepleegd, had ik ook een Deens personage nodig, maar omdat er in een Deens politieteam niet dezelfde sfeer heerst als in een Zweeds rechercheteam wilde ik dat ook uitschrijven. Dan ontkom je er niet aan dat het Deense personage collega’s nodig heeft. Ik wil de lezer niet te veel verwarren met de grote hoeveelheid personages, maar ik wil de verhalen wel iets gecompliceerder maken dan normaal,’ legt Ahnhem uit. ‘Ik probeer me altijd in het denkproces van de lezers in te leven. Waar is de lezer op dit moment, wat verwacht de lezer op dit punt van het verhaal. Is de verwachting dat de personage rechtsaf slaat, dan zorg ik ervoor dat de personage een andere richting op gaat, rechtdoor of naar links. Ik vind het leuk om een spel met de verwachtingen van de lezers te spelen.’ Waarvan akte!
'Het enige traditionele dat ik erin gehouden heb, is dat hij veel te hard werkt.'
Fabian Risk
Met alleen een schrift binnen handbereik en de tijd om te schrijven, creëert Ahnhem de wereld van Fabian Risk en zijn collega’s. Het moge duidelijk zijn dat Fabian Risk de tegenhanger is van Wallander. ‘Ik was wel een beetje klaar met de oude, chagrijnige rechercheurs die te veel drinken, alleen door het leven gaan, omdat ze hun familie verloren zijn en een expert zijn in hun gebied. Ik wilde daar tegenin gaan.’
En zo werd Fabian Risk geboren: een veertiger (dus jonger), met een gezin, nergens een expert in, zonder drankprobleem, die gewoon zijn best doet. ‘Een moderne man, met een grote hoeveelheid aan gevoelens. Een man die dingen probeert, maar zich ook kan realiseren dat hij fout zit. In de eerste drie boeken had hij juist vrouwen nodig die hem hielpen. As hij hun hulp niet had gehad, dan was hij allang dood geweest.’
Toch is er iets wat wel overeenkomt met Wallander. ‘Het enige traditionele dat ik erin gehouden heb, is dat hij veel te hard werkt. Als hij eenmaal aan een zaak werkt, is het lastig voor hem om te stoppen.’
In hoeverre lijkt Ahnhem op zijn personage? ‘Ik werk ook te veel, vraag maar aan mijn kinderen,’ lacht hij. ‘Ik houd van mijn werk, ik houd van schrijven.’ Even is het stil, dan gaat Ahnhem verder. ‘Soms haat ik het. Vaak genoeg is het moeilijk. Je moet gaan zitten en gaan schrijven. Als je een flow hebt, is het heerlijk. Maar soms… kijk ik echt uit naar het weekend of naar een paar weken vakantie. Maar ja, dan ga ik het schrijven op een gegeven moment toch echt weer missen. Om een universum te creëren en te kijken wat er gebeurt en welke kant het opgaat. Nou ja… eigenlijk kan ik nou eenmaal niets anders dan schrijven,’ sluit Ahnhem zijn verhaal relativerend af.
Stefan Ahnhem (1966) is een Zweedse auteur die opgroeide in Helsingborg en daarna naar Stockholm verhuisde. Sinds 2017 woont hij met zijn Deense echtgenote in Kopenhagen. Hij maakte carrière in de televisie- en filmwereld, onder andere als scenarist voor Wallander. Een volgende stap was het schrijven van Zonder gezicht, zijn eerste thriller met Fabian Risk in de hoofdrol. Inmiddels is Risk uitgegroeid tot een populair seriepersonage.
Motief X is het eerste deel van een tweeluik binnen de 'Fabian Risk'-serie. In het najaar wordt X manieren om te sterven verwacht. Momenteel is Ahnhem bezig met het schrijven van het zesde deel van de Fabian Risk-serie. 'Het zesde deel wordt het laatste deel,' zegt Ahnhem. Stilte. 'Misschien.'